J Wkt iTmerttan 1 De animo voor deze militia onder de Indone siërs was enorm groot. Er mochten slechts 18.000 man onder de wapenen komen, maar bij de eerste oproep meldden zich al honderddui zend man! Tenslotte konden wegens gebrek aan bewapening slechts 6000 man worden aangeno men. De gehele bewapening van onze defensie was trouwens ver beneden peil. De laatste voor raad wapens, voor een appel en een ei gekocht uit de Italiaans- Abessijnse oorlog, was voor een groot deel verroest en onbruikbaar! Het opperbevel berustte echter bij een uiterst kun dig volslagen onbevreesd legercommandant, een Indo: generaal Berenschot van wie zelfs het onmogelijke verwacht kon worden. Deze defensie-leider kwam echter door een vliegon geval om het leven, twee maanden voor de Ja panse aanval. Zijn opvolger, gen. Honk ter Poorten, had ook geen tijd meer zelfs het minimum van defensie te voltooien en in drie maanden was de oorlog beslecht. Het is treurig dat na de oorlog zoveel be schuldigende vingers gerich' werden op per sonen, die "schuldig" waren aan de "neder laag", b.v. gen. ter Poorten en zoveel voor treffelijke Indische officieren. Ook het KNIL is ten onrechte veel verweten. Uit het voren staande is wel duidelijk dat het defensiebe leid en het gehele regeringsbeleid faalden! Ook heeft men vee! schuld willen afwentelen cp de "vijfde colonne", terwijl volstrekt ob jectieve historische en militaire rapporten duidelijk hebben aangetoond dat van een vijf de colonne althans in vergelijking met b.v. de NSB in Nederland - geen sprake was. Ook is op beschamende wijze de Indonesiër beschul digd van "samenheulen met de vijand". Niets is minder waar. In het aangezicht van de na derende oorlog is door alle partijen bij her haling trouw betuigd en hulp aangeboden. Ook in de eerste jaren van de bezetting bleven de Indonesiërs de Nederlandse zaak trouw. Maar langzamerhand moesten zich wel andere ge dachten ontwikkelen: Nederland had alle hulp van Indonesiërs in de oorlog afgewezen, dus was Nederland schuldig aan de ellende waar in Indonesië gedompeld was, zei men. En toen Japan het nationalisme onder de Indonesiërs begon aan te moedigen, voltrok de scheuring zich tenslotte volkomen. Overigens bedenke men, dat ook zonder oorlog de Indonesische onafhankelijkheidwel gekomen zou zijn. Daarvoor was over de hele wereld het verzet tegen het kolonialisme al te ver gevorderd. Wat was intussen het lot van de Indo-groep? Zij kwam, als Nederlandse groep, uiteraard achter de kawat. Wel opende de Japanner nog een klein zijdeurtje voor ontsnapping, door Indo's apart van Nederlanders in kampen onder te brengen, hopende dat men zou "bijdraaien maar de Indo bleef tot het laatste moment lo yaal. Buiten de kampen v/as de bereidwillig heid om in verzetsgroepen werkzaam te zijn, dat de Jappanners met de grootste wreedheid en gestrengheid moesten optreden om daar een eind aan te maken.Vele Indo's stierven in de martelkamers van de Kempetai of voor execu tie pelotons. Dit leed ligt nog te vers in het The Only Independent Dutch-Indonesian Magazine in America Verschijnt de 15e en 30ste elke maand Samen met Tong-Tong (zeepost) Prijs: per nummer.50 per half jr5.00 per jaar $10.00 ftffPACY LEX£E£ITIG. f APvgtfTFMTtF CaÖKNGMtVTl Lilian Dureile Tjalie Robinson telf. 699-6837 Roy J. Steevensz Marijke Steevensz telf. 944-3549 P. O. Box 4572, Whittier, Cal., 90608

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

American Tong Tong | 1964 | | pagina 2