„pMiiieke. HcMds" Indonesië onder de schijnwerper Handelsovereenkomst met Rusland Djakarta vraagt 50 miljoen en krijgt ze ook Representatieve figuren SPEL VAIK FICTIE EK POLITIEK „In een sfeer van wederzijds begrip" zoals eensgezind de voorzitter van de Indonesische delegatie Dr. Soebandrio en de voorzitter van de Russische delegatie te Djakarta het formuleerden, werd op 12 augustus jl. een handelsovereenkomst tussen Indonesië en Rusland ondertekend. De gesloten overeenkomst betreft zuiver handelsaangelegenheden; de besprekingen over economische samenwerking en technische bijstand door de Sovjet-Republiek aan Indonesië, zullen nog worden voortgezet. DE New York Times van dins dag (14 aug.) wist hierover na dere bijzonderheden te melden. De intensieve pogingen van Moscou en Peking (vooral na het laatste be zoek van Dulles aan Djakarta) om de Indonesische republiek voor zich te winnen resulteerden in de boven genoemde handelsovereenkomst, waarbij Indonesië op zich neemt rubber, copra, koffie, thee, tabak, rietsuiker, palmolie etc., etc., aan Rusland rechtstreeks te leveren, waartegenover Rusland machine- werktuigen, vervoer- en transportmid delen, pompen en compressors, ma chines voor bouwaangelegenheden, voor wegenaanleg, hoor- en distil- leerwerktuigen voor olie, electrische motoren tot een sterkte van 100 kilo watt etc., etc., naar Indonesië zal exporteren. De betaling zal geschieden in pon den sterling, de duur is voorlopig gesteld op 1 jaar, doch kan worden verlengd. Wat de economische en technische hulpverlening betreft, zou volgens de New York Times de Sovjet Unie aan Indonesië een geldlening hebben aan geboden met een looptijd van 12 tot 20 jaar. Ook zouden zij hebben aan geboden het hopeloos verouderd wa penmateriaal van Indonsië te vervan gen door modern aan de huidige tijd aangepast materiaal. Rood-China wenst hierbij niet achter te blijven en stimuleert deze Indon.-Russische activiteit door dc Indonesische communistische partij ruimschoots van kasmiddelen te voorzien welke voornamelijk door de Chinese handelaars worden ver strekt. Tegen welke prijs? Sjepilow heeft op de Londense conferentie over het Suez-kanaal niet te veel gezegd toen hij ver klaarde dat ook Rusland belang had bij de ongestoorde doorvaart van dit kanaal, aangezien de Sovjet „in de toekomst" een druk gebruik hiervan zou maken door de uitgebreide betrek kingen met Azië, Afrika en het Verre Oosten. In het bijzonder met landen als India, Indonesië, Com munistisch China, Birma, Perzië en Ceylon. WIE het onlangs verschenen ver slag van de Bank Indonesia over het boekjaar 1955/56 met aandacht leest, zal het verzoek van de minister van financiën Joesoef Wibisono aan het Internationale Monetaire Fonds om een lening van 50 miljoen Ame rikaanse dollars ter versterking van de Indonesische reserves aan buiten landse valuta, volkomen begrijpen. Met al de naar buiten stralende gran deur, is niet te ontkennen dat de pro ductie onbevredigend is, dat de span ning tussen kosten en prijzen voort durend toeneemt, zodat de Indone sische monetaire situatie in een steeds precaire toestand verkeert en de te korten op de begrotingsbalans ern stige reden tot ongerustheid geeft. Wel is waar doet de Ford-foun dation schenkingen aan Indonesië en zal de opleiding van Indon. econo men en personeel voor handelskan toren worden bekostigd, terwijl de universiteit van Ca,l(fornië 300.000 dollar voor salarissen, reis- en an dere kosten za'1 ontvangen voor het zenden van 4 faculteitsleden naar Djakarta om onderricht te geven in de handelswetenschappen. Doch wat betekenen deze culturele doel stellingen, wanneer er geen moreel tegenwicht wordt gesteld om de la ter op verantwoordelijke posten te plaatsen functionarissen tegen cor- ruptieve bevliegingen te beschermen? Want het is toch nief te ontkennen, dat Indonesië een loge-p'laats in neemt in deze merkwaardige sport. Een goed jaar geleden werd minis ter Djodi veroordeeld tot een jaar gevangenisstraf wegens corruptie als vrije-tijds-besteding. Hij heeft juist zijn door Boeng Karno met reductie vereerde straf uitgezeten. Min. Iskak van economische zaken gaf een nummertje weg door zich in de Europese hoofdsteden aan de Indonesische justitiële arm te ont trekken, een sport die enige weken geleden, vlak voor de Londense Suez-conferentie door Roeslan Ab- doelgani met verve eveneens werd beoefend. Als voorzitter van de In donesische delegatie was Roeslan als Indonesië's representatieve figuur veilig zo tussen al die boengs van de internationale wereld. Maar als hij weer op vaderlandse bodem stapt... dan weet men er wel weer een draai aan te geven, opdat hij zich bij Boeng Karno in Moscou kan voegen. En dan te denken dat Roeslan Abdoelgani erevoorzitter is van de Journalistieke Vereniging van Indo nesische Journalisten en voorzitter van de Ereraad Het eenzijdig verbreken eerst van de R.T.C.-overeenkomst en daarna de aantasting van verdragen (waarvan de inkt nog niet droog is) door het botweg annuleren van de overheids schuld van het vroegere Ned. Indië, zijn niet zo vreemd als men dit te gen de bovenstaande corruptie-golf ziet en de vreemde moraal, dat Kol. Warouw de copra-smokkelaaar-ex- pert in het gevolg van het Indone sische Staatshoofd zijn entree maakt bij buitenlandse regeringsleiders als Eisenhouwer, Adenauer en nu Mao Tse Tung. De Verenigde Staten nemen een ongelooflijk slap standpunt in te genover al deze manipulaties. Wan neer Nederland gejioopt 'had, dat een protest bij de „leider der wereld" enig gunstig resultaat zou afwerpen, moet het thans wel wijzer gewor den zijn door de houding van Fos ter Dulles bij het Suez-Kanaal con flict. Hij heeft Eden letterlijk in z'n hemdje laten staan. Amerika laat zich uitsluitend lei den door zijn eigen belang. De uit gestippelde lijn in de Amerikaanse buitenlandse politiek schrijft vóór dat de Ver. Staten „goodwill" en het „vertrouwen" van de minder- ontwikkelde gebieden moeten trach ten te winnen en te behouden. Dat men hierbij beproefde bondgenoten „HET is niet de eerste maal dat Indonesië met Sultan Zainul Abidin komt opdraven", zo schreef ons dr. W. A. V. „Reeds in 1949 bracht de vorst van Tidore een bezoek aan Nieuw- Guinea, waar hij echter niet bepaald hartelijk werd ontvangen, want de Papoea van de Noordkust bewaart aan de „goede oude tijd" van Ti- dore's gezag over N. West-Guinea geen aangename herinneringen. Er bestaan dus oude betrekkingen tussen Nieuw-Guinea en Tidore. Het is dan ook niet zonder belang deze historische relatie, waarop Indonesië zijn vermeende rechten goeddeels baseert, eens nauwkeurig onder de loupe te nemen. De V.O.C. heeft verschillende expedities ter exploratie van de kus ten van Nieuw-Guinea uitgerust, waarvan de tochten van Jan Car- stensz en Abel Tasman wel de bekendste zijn. De resultaten vielen echter niet mee, de Hollandse zee lieden vonden een bevolking „sonder rijs noch eenige considerable fruyten, seer arm, ende op vele plaatsen quade genatureerde mens°hen". Wel ondervond de V.O.C. nadeel van de zeeroof der kust-Papoea's, waarom de Compagnie haar vazal, de sultan van Tidore, ais heer van de „Papouse eylanden, voor soveel die onder de gehoorsaamheyt van den coningh van Tidoor sorteren" erkende, met de verplichting even wel aan de piraten-praktijken van zijn onderdanen paal en perk te stellen. Het was natuurlijk de bedoeling van de V.O.C. „op een koopje" van deze Papoea-zeeroof af te ko- in de kou laat staan, mag geen ge wicht in de schaal leggen. De onder ontwikkelde gebieden moeten voor alles - worden ontzien. Een nieuwe race met de Sovjet om po litieke invloedsferen in deze gebie den te kweken, waarbij kapitaalin vesteringen het proces hebben te stimuleren, ligt er aan ten grond slag. Dat hiermede de evenwichtsfactor in de wereldverhoudingen wordt verstoord, ziet Amerika helaas niet in. Daarvoor mist het de „koloni ale" ervaring van Engeland, Neder land en Frankrijk, de landen die het Oosten door en door kennen. Onbewust, maar daarom niet min der dramatisch, werkt Amerika mede aan de verschuiving van het machts evenwicht in de wereld op een tijdstip dat de wereld hiervoor nog niet rijp is. En dit is een gevaarlijk spel. F. men, - maar in de practijk bleek dit contract van 1667 toch wel nauwe lijks een succes. De sultan nam zijn politionele taak geenszins au sérieux, het was hem meer om slavenjacht dan om gezagshandhaving te doen. Het Tidorees gezag was in de Com- pagnietijd dan ook meer fictie dan werkelijkheid. In deze situatie kwam in de 19e eeuw voorlopig weinig verandering, Tidore zelf kwam in sjeeds groter af hankelijkheid van het Ned Ind. gou vernement dat in 1861 de sultan ver dere hongi-tochten kort en krachtig verbood. In het contract van 1874 werd zelfs bepaald dat de Nëd. Ind. re gering „zoodra het zulks goedvindt, zelf het bestuur over het gehele rijk of over een gedeelte daarvan in handen zal nemen". Van deze be voegdheid heeft het Ned. Indisch gouvernement in 1947 bij de troons bestijging van Zainul Abidin inder daad gebruik gemaakt. RESUMERENDE kunnen wij dus zeggen dat het gezag van Ti dore door de Papoea-bevolking misschien enige negorijen in dc uiterste Westhoek uitgezonderd - nimmer erkend is, dat de bestuurs- activiteit van de sultan vrijwel uit sluitend uit slavenjachten heeft be staan en dat tenslotte ook de for mele band tussen Tidore en Nieuw- Guinea in 1947 dus nog vóór de souvereiniteitsoverdracht is doorgesneden. Waarmede dus te vens de Indonesische „aanspraken" tot hun juiste proporties zijn terug gebracht. Dr. W. A. V. Wanneer men denkt dat slechts concrete zaken behandeld worden in het Indonesische parlement, kan men thans zijn mening herzien. Op 15 augustus werd in alle ernst in plenaire vergadering door het Indonesisch parlement een wetsontwerp aangenomen voor de oprichting van de provincie West-Irian. Commentaar hierop lijkt ons overbodig. We hopen slechts dat het geen gewoonte wordt van parlementen om wetsontwerpen aan te nemen over de oprichting van provincies van zijn naburen. Het lijkt ons on begonnen werk en een massa verknoeide arbeid welke beter voor de verbetering van de economische toestand van de eigen provincies gebruikt kan worden. Indonesië denkt hier echter anders over. Ze is maar matig gesteld op Gouverneur van Baal en heeft in diens plaats reeds een andere „gouver neur" benoemd. Zainul Abidin, de sultan van Tidore.

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Onze Brug | 1956 | | pagina 5