c^ardf^Qllig heden
Onze jeugd past zich aan
Van heinde en ver komen ze aangefietst! Onze jon
gens en meisjes. Hun zon-verbrande wangen verto
nen nog de gloed van de indische zon, hun donkere
kijkers spreken van het verre geboortelandginds
tussen de blauw-grijze bergen en de goudgele padi,
maar hun montere energieke wijze van aantrappen
van hun gammele fietsen, spreekt reeds van de
frisse ondernemingslust, die ze op aardappel
velden en aardbeien-planten zullen botvieren.
de zomervacantie verdien je je eigen geld
WANT verdiénen zullen ze, hun
eigen vacantiegeld!
Daar heft u de jongen, die ver
leden zomer de hoer is opgegaan.
Hij is een Mulo-jongen, zTi spieren
zijn niet getraind op het lange knie
len hij de aardappelkuilen, die hij
met zTi hlote handen heeft gegra
ven. Hij voelt z'n rugspieren, z'n
knieholten doen hem pijn. Hij weet
dat hij vanmiddag, wanneer hij te
rugrijdt naar huis, zo van z'n fiets
zal afrollen en in z'n bed zal krui
pen. Want het valt om de dooie
dood niet mee 0111 bijna 8 uren aan
één stuk, met een schaftuur zo tus
sendoor aardappelen te rooien.
Je moet goed weten hoe ver je je
mes mag steken 0111 de knollen niet
te raken. Het is een kwestie vau
gevoel. Want zo iets is niet te leren.
Soms groeien de knollen dicht aan
een, soms schieten ze een eindweegs
weg. E11 je mag niets laten liggen,
slordig werk neemt de boer niet
aan. Het „dongkellen" valt niet mee.
J)at heeft je zusje daai verderop al
lang door. Toch kranig van het kind,
dat ze doorzet. Ze is óp van moe
heid en pijn in de rug. Dat zie je
haar zo reeds aan. Maar ze. wil een
spijkerbroek verdienen, heeft ze hem
gezegd. Ze mag er van Vader (die
ouwerwetse vent) niet één kopen, dus
wil ze het nu van haar zelf ver
diend geld doen. Zou hij er voor z'n
meisje ook één kopen? piekert hij.
Of zou haar ouwe heer dat brutaal
van hem vinden? Ja, afwachten
maar. Je weet nooit hoe ze het op
vatten.
„Zeg, je steekt te diep", roept
daar de hoer. „Zo bederf je de knol".
Dat komt er van als je er met je
gedachten niet hij hent. Oppassen,
anders neemt hij je volgend jaar
niet meer. En dat zou jammer wezen.
Want het zijn beste mensen hier.
Straks dikke boerenboterhammen met
zelf gerookt spek, een vol glas melk
met room, en zelf gebakken koek
na. Of je het overal zo krijgt weet
hij niet, maar hier staan ze er op,
dat je je goed voedt. Als er zuur
kool is, of boerenkool met worst,
schept de boerin je ook een bord
op. Bést mens!
HOEVEEL heeft hij nu al wel ver
diend? Als het meevalt, ontvangt
hij deze week zo'n 70 pop. Lang niet
gek. Nog twee weken werken en hij
heeft zo'n dikke 200 pop. Dan kan
hij die lange broek kopen en die
leuke Engelse jas. Fijn. Hij houdt
dan nog over voor een leren jek-
ker, voor liet geval hij op de brom
fiets van z'n ouwe heer mag rijden.
Nou ja, hij doet het stiekem ook
wel, met z'n meisje achter op. Maar
koud dat het is met enkel z'n school-
jekker aan, nee, dan is de lol er
voor een goed deel van af. Ruw weg
geschat komt dat alles hem op zo'n
f 150,te staan; als hij voor thuis
nog wat lekkers en cadeautjes mee
brengt, houdt hij toch zeker nog een
slordige f 30,over. Voor een fiets
tocht meer dan voldoende. Of zal
hij toch maar geen Eng. jas kopen,
dan kan hij naar het buitenland,
gedeeltelijk liftend natuurlijk.
En zo z'n vacantie-plannen en
garderobe-uitbreiding uitbroeiend,
spit hij verder en werkt keurig z'n
veldje af. Trouw, iedere dag present.
Want het zijn de eerste drie a vier
dagen, die het zwaarst zijn voor deze
jonge ruggen, doch wanneer ze door
moeder gemasseerd en gewreven de
eerste week zijn doorgekomen, dan is
de restperkara ketjil"
EN ons meiske? Hoe is het daar
mee? Was haar doorzettingsvermo
gen even groot als van haar sterke
broer? Helaas niet. Ze zag ten rechte
in dat dit werk te veel van haar
krachten vergde. Dus staakte ze reeds
de volgende dag deze voor haar te
zware arbeid. Maar wie denkt dat ze
haar vacantie verder luierend door
brengt, heeft het mis. Twee dagen
nam ze om goed uit te rusten, toen
ontmoetten we haar met een com
plete toeristen-uitrusting in de trein
naar Amsterdam.
„Wel, wel", lachten we, en met
ons de adelborst die gelijk met ons
was ingestapt ,,je ziet er echt als
een wereldreizigster uit. Een came
ra aan een riem om je nek, nog
een tas met Blilzlicht-Iampjes, en
een Italiaans mandje met alle reis-
attributen! Kind, kind, wat ben je
van plan?"
,,Gaat u de tour de France kie
ken?" plaagde de adelborst.
Een verlegen blik naar ons, een
vinnige blik naar de rood-gekraagde
in zijn foutloos zittende uniform en
toen lief en kleintjes tegen ons;
,,Neen, ik ga eerst een maand als
hulp werken in een hotel-pension,
een heel bekende uitspanningsplaats
met een grote tuin. Ik doe dan prak
tische kennis op. U weet toch dat ik
op de huishoudschool ben? Dit is m'n
laatste jaar. Zo leer ik hoe je scho-
U BOFT toch maar met het weer
op Nieuw-Guinea. Nee toe, begint u
nu niet meteen verontwaardigd en
luidkeels te protesteren, doch luistert
u heel even naar ons. Hier in Neder
land tobben wij troosteloos voort in
een kille klets- en kletsnatte zomer.
Van „zomer mogen we eigenlijk
helemaal niet spreken. Vroeger zei
men dikwijls schertsenderwijs, doch
met een ondergrond van droeve ernst:
Als de zomer dit jaar nu maar op
een zondag valt", maar dit jaar is
de zomer helemaaal niet gevallen.
Hoogstens in het waterop het menu
van een bekend restaurant in Rot
terdam, dat toch werkelijk niet de
spot drijft met zijn zeer gewaardeerde
bezoekers, prijkt sedert enkele weken
heel hatelijk als „speciale midzomer
attractie 1956": Erwtensoep met kluif
en zuurkool met worst. En werkelijk,
wij gaan gewoon likkebaarden als
we er aan denken, U ook daarginds?
TROUWENS denkt u maar niet,
dat het van de andere kent, in Au
stralië, zo ideaal is. Onlangs werden
de blauwe bergen bij Sydney op-
tels moet opmaken en hoe je moet
serveren. Want wat je op school
leert, is toch niet hetzelfde als in de
praktijk nietwaar?"
„Kranig van je dat je dat doet.
Maar denk er aan" lieten we er
voorzichtig op volgen, „dat je voor
lopig alleen maar borden en glazen
zal hebben af te spoelen." Het is lam
om het enthousiasme van een kind
kapot te moeten gooien, maar haar
teleurstelling zou anders zo groot
zijn.
„Nou, en als ik eens kom, dan ga
je me maar 'ns van alle kanten kie
ken", plaagde de rood-kraag niet-on-
vriendelijk.
„Natuurlijk niet", dat mag toch niet,"
antwoordde ze met ontwapenende meis
jesachtige openhartigheid.
„Maar" aarzelend klonk zijn
stem „waarvoor heb je dan die
complete kiek-batterij meegenomen?'
moest hij toch weten.
„Ik blijf toch niet ééuwig borden
wassen en glazen spoelen? Ik zal toch
ook wel eens vrijaf hebben? En dan,
ik heb me maar voor een maand ver
huurd, daarna begint mijn vacantie!"
En wie de jubel in die jonge
meisjesstem heelt gehoord, gunt
het kind van harte haar eerlijk
verdiende zomervacantie met
zwaar zeil verdiend geld.
Dat is nu de Indische jeugd in
Holland. Een jeugd die weet van
aanpakken, en die voor de toe
komst veel beloolt: voor zichzelt
én voor de komende generatie.
F.
geknapt met de zwaarste sneeuwval
sedert tien jaar, terwijl Melbourne
met een temperatuur van 31 graden
Fahrenheit onder nul het in negen
jaar niet zo koud heeft gehad. In
Sydney heeft het zelfs 44 graden
gevroren, terwijl ijskoude winden
en sneeuwbuien de stedelingen door
merg en been gingen. Om dan nog
maar niet te spreken van de over
stromingen, waardoor verscheidene
gebieden in Australië geteisterd zijn
en van de orkanen, die in de Ver
enigde Staten met een angstwek
kende regelmaat huishouden. Heus
u 'boft met het weer op Nieuw-
Guinea.
TJONGE, dat was een hele rel
in het goede oude Amsterdam. In
een dagblad-advertentie werd abu
sievelijk niet „een huis te koop",
maar „een huis te huur" aangebo
den. Die afschuwelijke vergissing
heeft tot gevolg gehad, dat de bood
schappendienst van een hoofdstede
lijke telefoonservice-onderneming bij
na drie dagen achtereen overbelast
is geweest. Voor velen bleef deze
dienst uren lang telefonisdi onbereik
baar, (daaj" a'Ue toestellen onafge
broken bezet waren ten dienste van
de makelaar een cliënt van de
onderneming die de advertentie
had doen plaatsen. Van zaterdag
morgen tot en met maandagmorgen
werden ruim 1600 gesprekken ge
teld. Degene, <die op zo duivelse
wijze „koop" tot „huur" 'had ver
wrongen, zal er wel een hartig
woordje over gehoord hebben. Het
geeft overigens wel weer een triest
beeldje van de woningnood in Ne
derland.
KIJK, dat heeft ons nu werkelijk
sympathiek aangedaan, ja, een ware
verademing zouden wij het willen
noemen, dat men in Italië „Mijnheer
Lelijk 1956" heeft gekozen. Uitein
delijk is dit veel menselijker en hart-
verwarmender dan de verkiezing van
welke verleidelijke, star tandpasta-
lachende schoonheidskoningin ook.
Het gebeurde in het schilderachtige
olaatsje Luserna san Giovanni, dat
kleiner is dan zijn eigen naam. Dc
32-jarige piekharige, druipogige en
haakneuzige vrijgezel Dhiaffredo La-
sagno uit het nabijgelegen stadje
Brischerasio werd unaniem tot kam
pioen uitgeroepen door een vrouwe
lijke jury, die bij de aanblik van
Chiaffredo kreetjes van verrukking
slaakte. Mijnheer Lelijk 1956" heeft
verklapt, dat hij twee nachten niet
naar bed was geweest, eer, dag niet
had gegeten en zich een dag niet
had geschoren teneinde hef gewenste
effect te verkrijgen.
BERNARD.