koopste was. Hij bouwde n.l. voor f 143,per vierkante meter. Gedurende twee jaren bouwde de heer Koch voor het Boswezen en zijn dankbaarheid en waardering voor het toenmalige hoofd van deze instantie is diep en oprecht. De oude suikermachinist was het bouwen niet verleerd. Dat is het veelzijdige aspect van het Indische Bouwwerk Boswezen vordert. De V. spant gaat overeind. beroep. Wij kennen menige suiker administrateur, waarvan die van de Sf. Boedoeran nog geregeld door de Laan van Meerdervoort wandelt, die in zijn machinistentijd fabriekshuizen heeft gebouwd, die krachtiger weer stand boden aan rampok en geschut dan de fabrieks-installaties. Dit zijn de kranige werkers van ons oude Indië, de mannen die van de Indische Technische Scholen of de Amster damse M.T.S., van de Kon. Marine of Koopvaardij afkomen als officier- machinist of werktuigkundige en in Ind in de suiker' overgegaan, bui ten de campagne aan het huizen- bouwen worden gezet. „Of je ooit een blauwdruk-tekening Boswezen alle spanten staan overeind. Op de foto: de woning wanneer ze gereed is. Comfortabel en doelmatig. OP 8 augustus 1951 zat het gezin Koch geheel geïnstalleerd in de eigen woning en begon de strijd om het bestaan. Zoals men weet, mag iedere passagier f 50,boordgeld hebben, wat voor het gezin Koch op f 250, neerkwam. Met deze contanten, wat rottanzitjes uit Indonesië en 10 pe- troleumblikken (18 liter p. bik) zoe te ketjap, die in flessen werd ver kocht, zo begon het avontuurlijk leven van deze pionier. Hem werd immers reeds van te voren mede gedeeld dat er voor hem geen werk- behulp van enige Indische jongens stampte de heer Koch binnen af zienbare tijd moderne houten bunga lows uit de grond, die voorzien wer den van elektrisch licht en krachtin stallaties, welke het leven in de rim boe comfortabel maakten. Hij kreeg deze bouwopdrachten omdat na ver gelijking met andere Bouwmaatschap pijen zijn aannemingssom de goed- Het zware werk is gereed de prefab-woning is „bewoonbaar In 1 maand en 8 dagen zelfstandig gebouwd in het oerbos. kring was bij de Overheid noch in het particu 'ere bedrijfsleven. (En dat terwijl hij als medewerker van de M.I.D. onder Overste Weifenbach verscheidene diensten had verricht voor de Militaire instanties op Ja va.) Tot december 1951 was het een harde strijd om het bestaan. (Zelfs van zoete ketjap kan men ook wel eens genoeg krijgen!) Doch toen kwam plots de gelukkige ommekeer. Zo begon Koek in december 1957 meteen kleine draaibank en tafelhandboor. Opdrachten van het Boswezen. Op het moment dat een mens de wanhoop nabij is, kan er soms een lichtstraal komen die alles met één slag verandert. Het leven krijgt weer waarde, het dieptepunt van strijd en leed is voorbij. Ook hier was dit het geval. Hei geluk lachte dit gezin op nieuw toe. Het begon met een opdracht van het Boswezen. Oorspronkelijk om ge bouwen op te trekken, doch spoedig betekende het ook de voorziening van elektrische krachtinstallaties. Met Huizenbouw voor het Boswezen. Het uitleggen van de spanten. m in je klauwen hebt gehad, dat vraag ik je niet", bijt een administrateur je dan toe „maar hier heb je een werktekening, bekijk hem en ga aan de slag. Voor het mengen van spe cie vertrouw je maar op de mandoer, en de rest haal je uit je eigen Hol landse kop". Zie met zon leerschool leer je wel bouwen. Daarenboven weten die ouwe toekangs en mandoers het ook altijd nog wel. Als men niet al te eigenwijs is als Baroe, slaat men er zich wel doorheen. En anders zweet men bloed en tranen, maar dat is normaal in Jan Oost. Met zo'n leerschool moest Albert Koch wel slagen. En hij slaagde dan ook in New. Nieuw Guinea, waar hij thans een prachtige showroom heeft voor de verkoop van de nieuw ste radio-toestellen, van elektrische apparaten en hypermoderne koelkas ten. Doch hoe het verder met hem ging, willen wij in het slotartikel ver tellen, want er gaat een stimulerende werking uit van het leven van ups and downs, van succes en tegenslag van een pionier uit Nieuw-Guinea. Keep smiling wanneer je geen cent op zak hebt ook dat is een kunst! A. H. Führi-Mierop.

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Onze Brug | 1956 | | pagina 5