NEW GENE w VOORRAADSCHUUR EEN INDO IN STOCKHOLM Wie geeft'mij het adres van Jeanne Damwijk-Stok, wonend in Biak of Hollandia OTTs het Manokwari? Brieven aan:_L. Boon-van Zele Karei v. d. Woestijnestraat 1 1 Amsterdam-W. Transportonderneming 9 M Hoofdvertegenwoordiger t van de Ford-automobielen en N.S.U.-motorrijwielen Scooters en Bromfietsen te Hollandia Noordwijk G. J. tuurwaarde van eerste orde, die het koloniale Ne derland had kunnen gebruiken om tot een essen tiëler vriendschapsband met de Indonesiër te ko men, maar zij werd verguisd en vergeten. In de dertiger jaren zat Fred Belloni in Holland. Verder dan tot een enkele uitvoering voor het KRO-orkest, gedirigeerd door Frits Hinze, kwam het echter niet. In London dirigeerde hij het Co- lumbia-orkest en genoot hij de medewerking van Hollandse zangeressen als Sophie Haase-Piene- man en Freddy van Kroon-van Drunen (waar ble ven de Indische meisjes?!). Naast zijn muziek ont. wikkelde Fred Belloni een andere liefhebberij, waarin hij spoedig excelleerde: de kunstfotografie. Als kunstfotograaf heeft hij van 1933 tot 1939 in Den Haag algemene bekendheid genoten. Daarna terug naar Indië, de oorlog, de kamptijd en dan bij terugkomst in Holland de vergetelheid van vandaag. Een vergetelheid die elk ander mens tot dof pessimisme en een vroege dood zou brengen. Maar Fred Belloni schijnt even onster felijk als zijn kunst (die nu nog gehoord wordt in Indonesië, Malay en Achter Indië!!). Zijn herin neringen aan zijn geliefde Indië uit hij niet in jammerklachten, maar hij verwerkt ze in steeds weer nieuwere en mooiere composities, die hij ijverig uitwerkt voor grote orkesten die niet bestaan. Want zijn Indische volk zit met een zuur gezicht bij de radio en droomt van Drees-pensioen. En voert niets uit. God sta ons bij. Wij zijn het volk vóór wie en uit wie Fred Belloni eens zijn Ban- dan Serenade componeerde, een lied dat gewijd was aan ons vrije, rijke buitenleven achter Kam pong Bandan, waar de echte Indische jongen met disdain voor de wufte namaak-pret van Petit Trouville zijn eigen vreugden hadt de geur van alang-alang, het fluisteren van de klapperblade ren in de wind, het daverende schot van de Bayard, de bijtende mannelijke geur van karang op de zeewind Ah niet Fred Belloni is dood. Hij leeft eeuwig, ma;r WIJ zijn dood. T]ALIE ROBINSON. VOOR POSTZEGELVERZAMELAARS. Ten behoeve van de kas van de -stichting bieden wij te koop aan: één enveloppe „eer ste dag van uitgifte" voorzien van afge stempelde Nieuw Guinea postzegels voor de „Lepra-bestrijding" aldaar. Alsmede andere Nieuw Guinea postzegels. Inlichtingen: Redactie „Onze Brug tel.: 63.77.86. Den Haag. Er is geschreven over „An American in Paris", ,Een Hollander in New York", „Een Fransman in London", waarom ook niet over „Een Indo in Stockholm"? De lezer zal zien dat een Indo over Stockholm anders schrijft dan een Fransman of Nederlander. Hij heeft een typische kijk op het leven, die onze kijk is. Wie onder onze lezers brieven heeft van familieleden of kennissen in San Francisco, Bahia, Sydney of Madrid, moet ze ons toch sturen (schrappen wat té persoonlijk is). U zult zien dat dit een bijzonder interessante ru briek wordt, waaruit overduidelijk zal blijkeni een Indischman is een Indischman, waar hij zich ook bevindt op de aarde. Hier gaat dus de eerste brief. De schrijver is stu dent, die de kost verdient als „assistent-djongos" in een restaurant, maar genoeg verdient om met een vriend een kamertje te huren. Hallo Tjih! Ik ben werkelijk blij dat we deze kamer hebben genomen, want de herfst is hier plotseling uit de lucht komen vallen. Tegenwoordig is het hier moordend koud, een wind vaak van windkracht minstens twaalf en het regent hier veel. Nu ja, we zitten lekker hoog en droog hier thuis en le zen en vreten ons r.t. Wilfred heeft nu namelijk ook een baantje bij de S.A.S. in het restaurant waar ze de hap voor de vliegtuigpassagiers klaar maken en de containers schoonmaken, die van de reis terugkomen. Je gelooft werkelijk niet wat er terugkomt en dan gewoon weggesmeten wordt: kip (alleen de vleesrijke stukken dus de pootjes en dijtjes) helemaal uitgebeend, karbonaden, liters orange juice, koek, noem maar op. En dat neemt hij dan mee naar huis. Hij neemt de veldfles elke dag mee, vult hem daar met orange juice, dus hebben wij nog vloeibare vitaminen bij de kip ook. Alle tijdschriften die de reizigers daar mogen lezen, worden op stapels gegooid en verkocht, maar daarvóór heeft iedereen al uitgepikt wat hij hebben wou en dat is voor ons: Life, New Yorker, enz. Ik heb zondag eens in Stockholm-Zuid geneusd en wat zag ik daar? Lichtgrijs flanellen broeken voor 12,50 kroon (ongeveer 9 pop). Ik de zaak in en daar lagen ze gewoon op een stapel op de grond gegooid. Ja, zei de kerel, dat zijn rotbroeken, heel oud. Inderdaad oude snit, heel wijd en te groot voor mij. Als je er één wilt hebben, zeg het maar en ik koop. We kunnen ze wel laten vermaken. Wat de Zweedse taal betreft, de rotste die er is. Wil ik nooit leren (misschien voor een paar duizend wel). Maar mijn Italiaans gaat elke dag 'beter (De schrijver heeft Italiaanse vrienden, ook student, ook assistent-djongos, - Red. O.B.). De cheffin praat alleen Zweeds, dus vesta ik er geen lor van. Ik laat gewoon één van die Italianen alles in het Italiaans zeggen en dat versta ik dan. Krankzinnig, maar op de een of andere manier herinner ik me plotseling al het Frans dat ik in die twee jaar geleerd heb op de HBS. Daardoor gaat het misschien zo lekker met deze, taal. Ik heb het adres van Sergio in Turijn en hij heeft gezegd dat ik altijd bij hem kan logeren, als ik die kant uit kom. Verder ook het adres van Don Franco Molinero Gonzales in Madrid, maar die komt mis schien nooit meer thuis zegt hij, want hij vindt Spanje afgrijselijk. Ik heb net van hem een lekker dikke trui en een paar schoenen overgenomen voor 30 kronen (f22,—). Hij wil weer verder trekken en dan moet hij zo weinig mogelijk bij zich hebben; daarom zo goedkoop and be cause I don't want to make a business of it). Werkelijk meesterlijk, want mijn schoenen begon nen al aardig te slijten. Het Zweedse eten is ook één van de vieste die er bestaan. Ik probeer het telkens weer bij de SAS. Je mag toch zo maar nemen wat je lust, dus het kost me geen cent, maar ik krijg vaak bijna geen hap door mijn keel. Zo net heb ik een omelet met vulsel geprobeerd. Het vulsel was een stijfselsoort waarin visbrokjes zaten. Als dessert nam ik iets lekker roods. Het bleek ook een stijfsel te zijn, nu met een flauwe kersensmaak, afschuwelijk. Ik heb het werkelijk niet opgegeten. Heb toen maar ka- viaarsandwichcs genomen om bij de vis te blijven. De meeste Bohémiens die ik hier ken, zijn eigen lijk schijn-Bohemiens en gewoon waardeloze ke rels, die alleen maar luxe willen leven zonder er een klap voor uit te voeren. Interessant gekleed en zo, maar lui en gemakzuchtig. Durven niks. Ik denk dat het veel leuker is om te werken voor jets dan zo maar iets te krijgen. Je werkt dan voor een doel dat je graag wilt hebben of doen. Ik vind het verd.leuk om in de vakantie te werken en dan zo maar een tijdje in Frankrijk te zitten zonder tegen iemand dankjewel te hoeven te zeggen. Ik heb ook gemerkt dat het meesterlijk is om dingen te kopen van je eigen verdiende centen. Hierdoor heb ik ook plotseling gemerkt dat ik eigenlijk niet goed met geld kan omgaan. Je hebt hier op het ogenblik de „Realisation", de uitverkoop. En dan kleren met zulke mooie kleuren die je in Holland nooit zou kunnen krijgen, tegen een belachelijke prijs. Ik heb nu twee broeken en een Arabian blue sweater ge kocht, alles samen voor f 35,En ook sokken met kleurcombinaties, die je in Holland niet krijgen kan. Ik moet nu wel oppassen, anders kan ik niet naar Frankrijk. Ik denk dat ik hier blijf tot eind september en dan even in Holland kom en dan doorga naar Frankrijk. Tjih, het wordt tijd dat ik ga ophouden, want ik weet niks meer. Groeten aan de rest and keep the sunny side up (if there is any sun in Holland!). So long! ROGER. P.S. Waar blijven mijn sigarettenvloeitjes? Ik snak weer naar een echte sigaret (Roger rolt ze zelf - Red. O.B.). R- Alles kan je hier krijgen. Ontjom, tahoe, kloewek, asem. Je kan het zo gek niet bedenken of de kruidenier heeft het en anders de drogist wel. En elk van deze artikelen kan je alleen maar kopen met tranen in je ogen want waar komt het van daan? Grotendeels van Singapore. Drie en een halve eeuw koloniale mogendheid en waar komen je koloniale waren vandaan? Van de Engelsen, van V'ie ze zeggen, dat ze Indië voor ons ver knoeid hebben. NatuurlijK. Holland is geen koloniale mogendheid meer. Het is nog maar een steuntrekkers mogend heid met eeit kastekort van pakweg 4,6 miljard. Maar er zijn inch tropische landen waar de Hol landers in hogt mate de baas zijn. Neem West Indië. Wat kan jo daar al niet krijgen. Mangga, Blimbing. Lobsters van bijna een meter en ga zo maar door, maar wot daarvan komt hier? Wij wachten natuurlijk eeiöt tot de Amerikanen het recept hebben om die mangga in te blikken. Hier in Holland ligt dat recept ook wel, maar wij heb ben geen lef meer. En Nieuw Guinea dan. Van hier tot Milaan, zo groot is het gebied dat nog braak ligt, en dat wacht op ontginning en beplanting met b.v. Pa paja, pisang, ramboetan en nangka. Komt niets van in. Geen geld? smoesjes. Geen lef, zeg het maar. En er zijn niet eens zulke grote tuinen nodig wan neer je vandaar uit Holland zou willen voorzien van kedelé of tjabe rawit. Maar in Nieuw Guinea hebben ze nauwelijks genoeg om zichzelf te voorzien. Hun tropische produkten, zoals koffie en suiker komen uit Holland. Crazy ge woon. Het zou erg belangwekkend zijn te horen waarom Nieuw Guinea zo armlastig is. Er zijn toch altijd twee mogelijkheden voor initiatief. De eerste komt van de regering, maar daarnaast moet er op kleine schaal toch altijd nog veel initiatief van gewone mensen mogelijk zijn. En waar bliift dat? Het is allemaal zeer vreemd.

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Onze Brug | 1957 | | pagina 5