Gelukkig Nieuwjaar! 2e JAARGANG, JANUARI 1958 No. 11 Uitgave van de Stichting „Onze Brug'' Onder Redactie van A. de Grave-Terwogt en Tjalie Robinson Prijs per nummerf 0.25 Kwartaalabonnementf 1.50 Jaarabonnementf6.— Gironummer 6685 Redactie-adres: Franklinstraat 106 Den Haag Administratie W. E. Samson, v. Swietcnstr. 76-78 Den Haag Telefoon Redactie 63.77.86 Halfmaandelijks blad van en voor Nederlanders die onder de Tropenzon geleefd hebben. Ons blad heeft op het eind van het vorige jaar geschud op zijn grondvesten en wij hebben even gedacht dat wij moesten stoppen. Maar evenals bij een bijna uite kachel in de morgen van een nieuwe dag ontdekten wij ergens nog wat smeulen en we zijn nu bezig met snippers papier, spaantjes hout en wat eierkolen een nieuw vuur op te bouwen. Het in ons hart het verlangen naar die ouwe, goede, tropische hitte. Zullen wij erin slagen? Met de hulp van onze trouwe lezers beslist! Het feit alleen al, dat wij weer en tóch verschijnen lijkt ons een bewijs dat wij slagen zullen en dat wij een krant zullen maken zonder weerga. Een krant die nooit bestaan heeft in Nederland (dat 350 jaren hand in hand leefde met ons geboorte land!), maar nu bestaan ZAL! Om even te resumeren: twee maanden terug zak- ten onze fondsen plotseling gevoelig en leek daar mee ons lot bezegeld. We konden nog even ver der, maar bereidden ons voor op het einde. Waarom het toch geen adieu is geworden? Misschien omdat we overal zulke stemmen hoor den als „Zie je wel?"! in alle variaties van treurig heid tot spijt enja, ook voldoening. Zo zijn er! Nou, zulke dingen kan je niet nemen. Op de een of andere manier zijn we toch wel nazaten van een volk dat 400 jaar geleden niet Spaans wilde worden en 15 jaar geleden niet Duits. Er is in dit bloed achter een bruine huid een soort koppig heid overgebleven om te willen blijven bestaan zoals we zijn. Er zijn een paar beurzen weer open gegaan. (Heil, tij bioscoopjes en patates frites al leen kan een mens niet leven naast dit geestdoden de werk in deze maatschappij!) en dus rollen we weer verder. Nog steeds zonder hulp van welke maatschappelijke groep in Holland ook. Daar zijn we werkelijk trots op. vVij hoeven niet te leven van andermans gratie. De weg naar de Nederlandse pers is NIET open (ondanks al het gezwijmel over persvrijheid en „gelijke rechten voor iedereen"), nu maken we onze eigen pers. Het klinkt verwaten met dit .voetbalblaadje maar we geloven in Hans Andersen en zijn sprookje van het lelijke eendje dat een zwaan wordt. Ja, al zijn wij „maar" Indischen, wij hebben ver mogens in ons, die ons kunnen uitdragen vér boven het normale en beperkte. Als we maar denken aan zulke mixtiezen-kunstenaars in Zuid- en Midden- Amerika als Gabriele Mistral, Machado d Assis, Diego Rivera, Haya de la Torre Gilbete Freyre, Yma Sumac, Oscar Niemeyer en honderden, hon derden anderen. Ja. als wij maar willen, MIILLEN. Een eerste stap in de goede richting is de durf, bru taliteit en eerlijkheid om in discussie te treden mof de redactie. Lees dus in dit nummer ook het ar tikel „Pro of contra redactie". 'Hier is een redac tie van Indische mensen. Hier is een redactie, die geen enkel eerlijk stuk opzij legt. Hier is een re dactie, die zich NIET bewust is van onfeilbaarheid, die nog veel van haar lezers hoopt te leren. Maar vooral ook: schrijf, schrijf, schrijf. Heb je geleefd. mensen met je bruine vel, GETUIG DAN! Of heb je in Indië1) alleen maar gemaft, gegeten en ge-gojang kaki? NEEN, nietwaar? Vooruit, pak je pen. Begin. Dit is een nieuw jaar. Laat dit geen suf sleurjaar worden achter een lege wens bij de jaarwisseling. Doe drie dingen: 1. blijf abonné, 2. schrijf vijf stukjes voor Onze Brug, 3. Win tien abonnees. Dan hebben wij iets gemaakt wat wij nog nooit ge maakt hebben: een eigen krant die op eigen ver diensten staat en leeft. Waar wij dus het nieuwe jaar mee ingaan, zijn niet de beste wensen, maar de eenvoudigste presta ties. Dan wordt het een goed jaar ook zónder beste En nu in Nederland en Nieuw Guinea. wensen. DE REDACTIE. NW. GUINEA EN DE GEBEURTENISSEN IN INDONESIË. Uiteraard hebben de verbazingwekkende gebeur tenissen in Nw. Guinea ook grote beroering ver wekt in het nabije Nw. Guinea. Hier voelde men een sterk verlangen zich hechter aaneen te slui ten. O.a. hield de Gouverneur een radiorede in deze geest ter gelegenheid van de Koninkrijksdag. Dat is 15 december, de dag dat het Koninkrijk een nieuwe vorm kreeg van samenwerking tussen zelfstandige rijksdelen, waarin de West met Ne derland is verenigd. In deze rede schetste de Gouverneur de loop der gebeurtenissen in de afgelopen acht jaar betref fende Nw. Guinea als geschilpunt tussen Neder land en Indonesië, waarbij Nederland koppig voet bij stuk gehouden had, waarna hij zijn rede besloot met de volgende verzekering: „Het einde der gebeurtenissen valt thans niet te overzien. De thans in Indonesië heersende verwar ring laat het maken van voorspellingen niet toe. Ik weet alieen dit, en dat wil ik U, na al wat gij welllicht gehoord hebt van Indonesische radio stations, op deze Koninkrijksdag toeroepen: er be staat geen enkele reden voor ongerustheid omtrent de houding der Nederlandse Regering. Nederland is minder dan ooit geneigd te wijken voor Indo nesische dreigementen en chantage. De Regering wordt daarbij gesteund door de die pe verontwaardiging, die als een golf over het Ne derlandse volk is heengegaan. Het zal de rechte loosheid, waaraan zijn burgers zijn blootgesteld, niet licht vergeten. Daarom roep ik u op deze Koninkrijksdag op tot vertrouwen in uw regering, die het voornemen haar woord gestand te doen jegens u en jegens dit land, geenszins heeft laten varen. Vertrouwt die Regering en geeft uw krachten aan dit land. Voor de vrije toekomst van Nieuw-Guinea zijn in deze dagen door anderen grote offers gebracht. Het moet ons een erezaak zijn de handen ineen te slaan en voort te gaan met de opbouw van dit land met inzet van onze gehele persoon en dit te doen in het bewustzijn, dat wij samen één zijn." AAN DE LEZERS IN NW. GUINEA. Eén van de bezuinigingen, die het uitgeven van Onze Brug toch nog mogelijk maken, treft speciaal de lezers in Nw. Guinea, die voortaan het blad niet per lucht- maar per zeepost zullen krijgen. De redactie vindt het zelf wel het ergst, want zij weet dat deze lezers tóch al zo'n gebrek hebben aan lectuur, maar voorlopig is het een eerste zaak in leven te blijven. Het spreekt vanzelf dat het herstellen van het luchtpostcontact bovenaan de lijst staat, zodra er weer ruimer ademgehaald kan worden. Wie in Nw. Guinea helpt uit eigen middelen mee om dit mogelijk te maken. Zend daartoe een privé postwisseltje aan mevr. A. de Grave, Franklin straat 106, Den Haag. Verantwoording volgt in dit blad. Bij voorbaat mijn hartelijke dank "oer uw hulp. A. de G. EEN KLEINERE KRANT. Ons blad komt nu uit in een enigszins beknotte vorm. Uit de strijd met de ondergang hebben we ons kunnen redden, maar met verlies van twee pagina's, zodat onze lezers er nu maar 4 krijgen i.pl.v. 6. Misschien zullen sommige lezers zich te kort gedaan voelen, maar wij, die eerst dachten dat het er voortaan nul zouden worden, zijn met 4 pagina's meer dan tevreden. Deze 4 pagina's zullen gauw weer kunnen uit groeien tot 6, als wij meer abonné s winnen. U hoeft er maar een paar te winnen, deze nieuwe lingen winnen er ook wel een paar, enzovoort. Misschien maken we dit jaar nog van een twee maandelijks blad een weekblad. En dan zal het werkelijk niet aan de redactie te danken zijn, maar aan onze lezers en donateurs. 110.000 WERKLOZEN. Het totaal aantal werklozen in Nederland heeft het onrustbarende cijfer bereikt van 110.000. En daar komen dan nog enkele duizenden van have en goed berooide Indische Nederlanders bij. Er zijn er, die er zeer verbitterd over zijn dat voor deze uit Indonesië afkomstige vluchtelingen minder qedaan wordt dan voor b.v. de slachtoffers van de watersnood in 1953 of zelfs maar voor de Hongaren. 'Maar in de kop van dit berichtje staat ook wel één van de redenen. Ook mogen wij niet vergeten dat per slot van rekening de Indische groep zelf de handen niet uit de mouwen steekt, verdeeld als zij is over heel Nederland en verdeeld als zij is door onverschilligheid t.a.v. elkanders be langen en ,deeën. De alg :mene roestand is echter van die aard, dat een verergering niet onmogelijk is. Als wij ons niet hechter aaneensluiten, kunnen we onszelf nooit goed helpen!

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Onze Brug | 1958 | | pagina 1