odó ^eóchenk De dag is een geschenk van God, je moet direct trima als HIJ geeft. Je mag Hem toch niet laten wachten! (TT nr. 10, Bij de voorplaat). Toen ik die regels las dacht ik: ,,Zou die Opa misschienEn mijn ge dachten gingen terug naar een vacan- tie doorgebracht in het bungalowbedrijf Ngadiwono boven Tosari. Manager was Bep Wilmink, een blonde reus die tevens een geweldige kok en bakker was. Dagelijks schotelde hij ons complete menu's voor en 't brood (ook krentenbrood) bakte hij zelf. Zijn spekpannekoeken waren overheerlijk. Ik heb nooit van spekpannekoeken ge houden, maar zoals hij ze maakte heb ik ze nooit meer gegeten. Op het front van de open haard stond met grote letters „Carpe Diem" (be steed de dag) en elke nieuwe gast ad viseerde hij dan ook om de dag (goed) te besteden. Misschien bedoelde hij wel om de dag niet slapende door te brengen. Een vacantie op Ngadiwono betekende wandelen en paardrijden in de naald bossen van het Tenggergebergte en De Batok, de Bromo, en op de achtergrond de Smeroe. (Foto: H. Bongers) TINI hebben. We hoeven niet aan de monstraties mee te doen om gelijke rechten te verkrijgen. Op het ogenblik vindt men de Indonesische vrouw in haast elke funktie, ook in de rege ring." Met vuur gaat ze verder: "Jammer dat vele Indonesische vrouwen "Modern" niet juist weten toe te passen. Modern is relatief, dat heb je in alle tijden. Hier wordt vaak iets uit het Westen als modern aanvaard. Velen hebben het ideaal de westerse levenswijze te vol gen. Volgens mij, kan je je volgens de westerse mode kleden, aangepast aan het oosterse leven. Ik zelf als iemand van de jongere generatie, moet selec tief zijn in het aanvaarden van wes terse invloeden. Ik ben er van over tuigd dat Kartini de vooruitgang van de Indonesische vrouw wenste, maar niet ten koste van de persoonlijkheid als oosterse vrouw." Tot slot ontmoet u een buitenlandse dame: Mrs. Rajem Justin, uit Sri Lang- ka. Ze woont in een groot huis aan Jalan Lombok. Haar man is direkteur van een firma, ze hebben twee kinde ren. Ze woont vier jaren in Jakarta en vindt het hier prettig. Volgens haar is het klimaat hier haast het zelfde als in haar geboorteland. De Indonesiërs vindt ze erg vriendelijk. Zelf is ze lid van een damesclub de "Ramashinta Club", maar haar kinderen kunnen zich moeilijk aansluiten bij de Indonesische kinderen. Terwijl we spraken kwam het meisje even wat vragen en Mrs. Justin praat te nogal goed Indonesisch. Ik vroeg haar toen of ze van Indonesische voettochten naar de Zandzee en de Bromo, met als grootste attractie: Zonsopkomst op de Penandjaan, het hoogste(??) punt op de westelijke oever" van de Zandzee. Dat zouden wij met acht gasten van het bungalowbedrijf gaan "beleven". Vertrek om 2 uur 's nachts bij afne mende maan en heldere hemel en aan komst om 3 uur bij een klein houten gebouwtje, waarschijnlijk van de vulka- nologische dienst. Op een plankje stond 7777 en iemand zei: „Hoogte 7777 voet". In de maneschijn zagen wij in het oos ten de silhouetten van de Smeroe, de Bromo en de Batok, met daarboven wat wolkenslierten en schaapjes-wolken. En toen we naar de oostelijke hemel tuurden, zagen we bijna gelijktijdig een lichtstreepje, toen nog één en nog één. Was het ourper, paars, rood, groen, geel of oranje? We wisten het niet meer want telkens veranderden de kleuren. Van al die prachtige kleur schakeringen kun je geen beschrijving geven. In stille bewondering keken wij naar het werk van „de Grootste Schil der aller tijden" die als met een reus achtig penseel de prachtigste kleuren op de wolkjes toverde. En telkens weer een andere kleur totdat de kleuren oranje en rood de overhand kregen. We konden toen meer van de omgeving zien. De Batok met zijn „groeven", en de Bromo met zijn rookpluimpje en daarboven het mooiste schilderij van een zonsopkomst dat ik ooit gezien had. In ons gezelschap bevond zich een kunstschilder die ijverig begon te schetsen. Op mijn vraag of hij een zonsopgang ging schilderen antwoord de hij bevestigend en voegde er bijna eerbiedig aan toe: „maar zoals HIJ kan ik het niet hoor!!" Zou die opa ook een keer vanaf de Penandjaan een zonsopkomst bewon derd hebben? Want als je zoiets moois gezien hebt, ga je net als hij denken: „De dag is een geschenk van God...!" Th. K. kost hield. "O, ja. Eens in de week laat ik de kokkie Indonesisch eten koken. Ik ben dol op ayam goreng". "Welke Sri Langkase schotel is uw favoriet?" "Seeni Sambol, een soort rijstschotel, met santen gekookt en diverse krui den. Dit wordt met gezouten vis en kruiden gegeten. Mevrouw Justin heeft het thuis druk met haar huishouden en de kinderen. Vaak ontvangt ze haar landgenoten. Thuis helpt ze haar man met admini- stratiewerk. Naast haar bezigheden heeft ze toch nog tijd om af en toe badminton te spelen met haar kinderen. Het hele gezin is Katholiek. Voor je het huis binnenkomt zie je boven de voordeur een mooie Christus-afbeelding. E. SUNDAH 12

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1978 | | pagina 12