HET KASTEEL VAN BATAVIA (I) door E. H. Meren w////M///m LEGENDA. Reeds direct nadat de eerste Hollanders in Indië voet aan wal zetten om er han del te drijven in specerijen voelde men de noodzaak om een vast punt te stichten om van daar uit de hele handel te coördineren. Ik zal er niet over uitweiden hoe lang het duurde voordat de definitieve keuze werd bepaald op de plaats van het vroegere Jakatra, dat door Coen op 30 mei 1619 werd veroverd en verwoest. Voor die tijd waren er reeds door de Hollanders twee sterke stenen gebouwen neergezet die een rechte hoek met elkaar maakten. Deze gebouwen waren Mau ritius en Nassau genaamd. Ondanks een versterking in de vorm van een aarden wal tussen de dichtst bij elkaar gelegen delen van beide gebouwen vond men het raadzamer iets te bouwen dat beter verdedigbaar was. Vooral in de moeilijke tijden voordat Coen met troepen uit Ambon terugkwam en het fort het doel wit was van de troepen van Sultan Agoeng deed zich de behoefte gevoelen een sterk, goed verdedigbaar bouwwerk te stichten. Coen was degene die een eerste schets maakte van wat later het Kasteel van Batavia zou worden. Als wij aan een kasteel denken dan zien wij in gedachten een bouwwerk zoals het Muiderslot of het slot Loeve- steijn, met dikke, zware muren van een respectabele hoogte en voorzien van kantelen. Zo'n kasteel was een ver sterkt punt dat verdedigbaar moest zijn tegen een in kracht gelijkwaardige vijand. Het Kasteel van Batavia diende een ander doel. Men kon van de toen malige bewapening van de Indonesiërs niet zeggen dat ze gelijkwaardig was aan die van de westerlingen. Zeer zware muren waren dus niet nodig. Het Kasteel had echter een andere functie dan Europese kastelen, namelijk de vestiging van een handelslichaam bin nen haar muren. Er was woon- en werk ruimte nodig voor het administratieve personeel, er was een militaire macht nodig, men moest ruimte hebben voor opslag van goederen, kortom, men moest als het ware een zelfstandige leefgemeenschap vormen, naast de eveneens nieuw gestichte stad Bata via. Van het Kasteel van Batavia zijn geen foto's beschikbaar, aangezien dit bouw werk in het begin van de 19e eeuw op last van Daendels bijna in zijn geheel gesloopt werd, een paar tientallen ja ren dus voor de uitvinding van de foto grafie. Een goede plattegrond is er ook niet. Wij zullen ons dus moeten be helpen met een vrij povere plattegrond van het Kasteel omstreeks 1740 een vergroting van een deel van een stadskaart. Er bestaan wel verschillende prenten en enkele schilderijen van het Kasteel. Zeer verdienstelijk was de tekenaar Johannes Rach. Ook niet te vergeten zijn Johannes Wolfgang Heydt en Nieu- hof. Als schilder noem ik nog Andries Beekman, van wie in het Rijksmuseum in Amsterdam een schilderij hangt, een kijkje gevend op het Kasteel vanuit Kali Besar West, bij de Maleise gracht. De beide bastions die daarop te zien zijn, zijn Saffier en Parel. Zij vormen met de er tussen liggende muur en Waterpoort de noordzijde van het Kasteel. In de tijd dat het Kasteel ontworpen was waren de beide bastions omringd door zeewater. Wegens de sterke aan slibbing was enkele jaren later zoveel land gevormd dat er een kanaal moest worden gegraven in west-oost richting om de Waterpoort voor schepen be reikbaar te houden. Zoals ik reeds zei was het Kasteel door Daendels bijna in zijn geheel ge sloopt. Wat er o.a. nog van overbleef is de nog tot na de 2e wereldoorlog intact zijnde Amsterdamse Poort. Deze poort behoorde oorspronkelijk niet tot het Kasteelsgebied en is tijdens gou verneur generaal Van Imhoff (1743- 1750) gebouwd op diens last. Deze poort kwam in de plaats van de oor spronkelijke Landpoort, gelegen tussen de bastions Diamant en Robijn. Toen Van Imhoff besloot de courtine tussen de Diamant en de Robijn af te breken om wat meer ruimte te scheppen in het benauwde Kasteelgebied kwam hiervoor in de plaats de Amsterdamse Poort. In tegenstelling tot de van oor sprong mooie Amsterdamse Poort was de uit 1636 daterende Landpoort zeer onaanzienlijk. Er stond een torentje op met een bel en een steen waarin een zeilend schip is uitgebeiteld, het wapen der Compagnie. Links en rechts van de Amsterdamse Poort bevonden zich destijds kazernes in drie bouwlagen. De bovenste vér diepingen waren bestemd voor sol daten, de benedenverdieping west was hoofdwacht en garnizoenskamer, oost was cavaleriekazerne. Aan weerskan ten van de poort liep een muur achter de kazernes langs. In 1748 kwam alles RijnL Roeden A. Diamant. B. Robijn. C. Saphier. D. Parel. E. Landpoort. G. Pinangpoort. H. Gouvernement. K. Raadzaal. L. Loge. AI. Wapenkamer. N. Achterplein. O. Waterpoort. P. Vijverpoort. Q. Speelhuisje. R. Binnenplaats van het Gouvernement. S. Kasteelskerk. T. Delftsche poort. 14

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1978 | | pagina 14