POIRRIE Sabang na de Oorlog Sabang kent vrijwel iedereen die vóór de oorlog in Indië is geweest, hetzij op de eerste reis naar de Tropen dan wel op de terugreis naar huis, never mind op welke reis, want vrijwel een ieder, die zijn carrière in Indië opbouwde en uitdiende, maakte in die jaren wel verscheidene reizen vice verca naar en van Europa. Sabang, de vrijhaven, waar je aan invoerrechten en accijnzen onder hevige goederen spotgoedkoop kon kopen. Op de kade, waaraan de schepen meerden, in de alom bekende toko van Alberti, werd je dit alles aangeboden. Begrijpelijk maakten de meesten van dit buitenkansje gebruik, waarbij artikelen als eau de cologne, parfums, alcoholhoudende dranken enz. gretig werden ge kocht. Een oase van rust in bewogen tijden. Sabang was voor de scheepvaart be langrijk, eerst als kolenstation en wa tervoorziening der schepen, nadien ook, toen de schepen meer op olie gingen varen als bunkerstation voor olie. Wat betreft in- en uitvoer van goederen en producten was Sabang niet zo belangrijk, dit beperkte zich wel tot wat invoer voor Atjeh en uit voer van klein kwantum producten, eveneens uit Atjeh en van de noord westkust van Sumatra, welke produc ten via Sabang de weg vonden naar elders over de aardbol. Sabang is een natuurlijke haven, welke er, ook wat natuurschoon betreft, mocht zijn. De baai, omgeven door vrij hoge heuvels, waarop de huizen der Europeanen, die er woonden, waren gebouwd en vanwaar je een prachtig uitzicht had op de baai en de toegang vanuit de Indische oceaan. Een socië teit en een hotel waar vele passagiers, ondanks het overvloedige en prima eten aan boord, zichzelf vergastten op een echte rijsttafel. Verder bezat deze plaats een prachtig aquarium met een zeer grote collectie tropische vis sen, en niet te vergeten een intiem, wel klein, maar uiterst gezellig, zwem badje, terwijl de passagiers van vrij wel alle passagiersschepen, indien zij van de voetbalsport hielden, konden medeleven in een voetbalwedstrijd tussen de bemanning van hun schip en een ploeg van de wal, gemengde ploeg van Europeanen en Indonesiërs. Van dit Sabang was eind 1945 niet veel meer over. Het gehele haven complex lag in puin. Voor één der steigers lag op de bodem van de baai een schip van de koninklijke paket- vaart maatschappij op haar zijde, een heerlijk oord voor de vissen, die je in het heldere water door de patrijspoor ten van het schip in en uit zag zwem men. Maar het K.P.M. schip was niet het enige wrak dat in deze baai op de bodem lag. Vele japanse landings vaartuigen, waarschijnlijk vernield door een staaltje van heldenmoed toen een Hollandse torpedobootjager tussen het opgestelde geschut van de Jappen door de baai binnenvoer en de in tact zijnde olieinstallaties volkomen ver nielde. Ook de woonwijken, gelegen tussen en achter het haven complex la gen volkomen in de prak. Wat onmiddellijk opviel in dit Sabang vlak na de Japanse bezetting, de ge weldige rust, die er heerste. In verge lijking met plaatsen als Batavia, Soera- baja en Medan waande je je daar in een paradijs. Kunt u zich voorstellen! Geen prikkeldraad versperringen rond de woonwijken, geen geschiet om je heen en in de verte en vrij kunnen rondlopen op het gehele eiland. Kinde ren, die je los kon laten zonder dat de moeders er zich zorgen over be hoefden te maken en ze niet in angst zaten als de kinderen eens even over tijd thuiskwamen. Rust, rust en nog eens rust, iets dat men elders in Indo nesië, ondanks de herkregen vrijheid, volkomen miste. Sabang na en vóór de tweede wereld oorlog verschilden nogal wat van el kaar. Er waren na de oorlog veel meer Europeanen, doordat een deel van de troepen uit Birma te Sabang tijdelijk werd ondergebracht. De vrouwen van deze militairen, die op Java, Sumatra of elders geïnterneerd waren geweést kwamen vanzelfsprekend met de kin deren ook naar Sabang, zodat van het totaal aantal zielen, dat Sabang toen telde er circa tweeduizend Hollanders waren. Een groot vraagstuk was de behuizing voor deze families. De woonwijken la gen grotendeels in puin. Maar één op lossing! "Onder één dak", niet van Jan Fabricius maar in werkelijkheid. Verscheidene families werden in één huis ondergebracht. Gaf natuurlijk wel eens moeilijkheden, maar door de band genomen viel zulks nog al mee. De meeste vrouwen hadden in de oor logsjaren en ook vlak daarna genoeg ellende meegemaakt, zodat de welda dige rust, die zij op dit eiland verkre gen, hen gemakkelijk over andere moeilijkheden, zoals bijv. dat samen wonen, deed heen stappen. Vrijwel niemand kankerde of maakte moeilijk heden, men was te blij uit de hel van waar dan ook verlost te zijn. Een kleedje hier, een vaasje daar, een paar plaatjes aan de wanden en men had een gezellige sfeer, die men al die oorlogsjaren had moeten missen. Voor amusement werd natuurlijk ge zorgd. Er werden avondjes georgani seerd waar bridge-drives en andere gezelschapsspelen plaatsvonden. De Welfare werd ingeschakeld, zodat zo nu en dan een beroepsgezelschap uit Holland ook deze uithoek kwam be zoeken. Zelfs een modeshow ontbrak niet aan het vertier. Wat was nl. het geval? Door bemiddeling van de U.N.R.A. ontving Sabang speciaal voor de aldaar bivakkerende vrouwen uit A- merika verscheidene balen gedragen dameskleding. De japonnen werden eerst gesorteerd in 1e, 2e en 3e kwali teit, vervolgens mochten de dames per kwaliteit kiezen, d.w.z. wie voor de 1e kwaliteit no. 1 had getrokken, kreeg voor de 3e kwaliteit het laatste num mer. Ik ben vergeten hoe de volgorde voor kwaliteit no. 2 luidde, zal wel goed zijn geweest want een commis sie, (zonder een commissie kunnen wij Nederlanders nu eenmaal niet), be staande uit vijf dames hadden zich over de wijze van uitdeling beraden en unaniem een regeling vastgesteld. Na uitdeling van deze japonnen, die natuurlijk als boter op een gloeiende plaat viel, kwam er een organisatie voor een modeshow. De rust te Sabang kreeg alom buiten het eiland bekendheid. Van Medan, van Palembang en zelfs van nog ver der gelegen oorden kwamen zij, die de chaos in hun woonplaatsen en daarom heen eens wensten te ont vluchten, naar Sabang om daar de rust te vinden waarna zij over geheel Indonesië snakten, doch die buiten dat eilandje, waarop Sabang lag, niet te vinden was. Iets merkwaardigs moet ik hier echter wel even bij vertellen. Te Sabang was een torpedobootjager gestationeerd, die zo nu en dan even de baai uit- (lees verder volgende pagina) "Mocht U de huissleutel kwijt zijn, dan zorgt dit ingenieuze apparaatje ervoor dat U hoe dan ook binnen komt". 16

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1978 | | pagina 16