Wonderboom in Midden-Java d$S" C.MER.KJLE 5 I VOOR INDISCHE j GOUDEN SIERADEN JUWELIER, I SPUI 167a - DEN HAAG 1 TELEFOON 070-60 48 85 j De wonderen zijn de wereld nog niet uit en zeker in Indonesië niet. Dat blijkt wel uit het volgende verhaal dat wij aantroffen in het in Semarang verschijnende dagblad Suara Merdeka, om precies te zijn: in het nummer van 11 februari 1978. Het voorval dat erin beschreven wordt, speelde zich af in de desa Djati in het district Gubug Grobogan. In die desa stond (en staat!) op het kerkhof een asemboom met een doorsnee van naar schatting twee meter die honderden jaren oud moet zijn. Deze boom nu werd eind december getroffen door een wervelwind, die desa Djati en de omgeving ervan teisterde. De boom werd omgerukt, de wortels staken in de lucht en vele kleinere bomen in de omgeving ervan werden erdoor omgeworpen. De desabewoners overlegden wat er nu verder met de enorme gevelde boom moest geburen. Besloten werd deze openbaar te verkopen. Dat gebeurde en de boom viel toe aan de 45-jarige pak Pardjan Hoho uit desa Kemiri, die grenst aan desa Djati. De^e was van plan van het hout van de boom arang te maken voor zijn handel in arang. Onmiddellijk begonnen pak Pardjan en zijn mensen de boom in stukken te zagen. In het begin verliep alles vlot. De takken en wortels werden afgekapt en gedecimeerd tot stukken die geschikt waren voor de arangbranderij. Wat overbleef was een kale stam van naar schatting vier meter lengte. Deze zou later klein gehakt worden. Dat ging echter niet door, want toen kwam het won der! Op een vrijdagavond op het eind van januari stormde het weer in desa Djati. Dorpelingen die zich in de omgeving van het kerkhof bevon den, meenden tot hun grote verbazing vrolijke stemmen te horen van uit de graven. Het was een geluid als van mensen die opgewekt met elkaar bezig zijn een desahuis te bou wen. De grote verrassing kwam de volgende ochtend. De asemboom op het kerkhof stond weer stevig rechtop, de grond eromheen was weer effen. Dat de boom ooit ontworteld was ge weest, viel niet te zien. Voor de bewoners van desa Djati had het gebeurde ook gevolgen. Het verhaal van wat er gebeurd was, deed de ronde en veel mensen kwamen en komen kijken naar de wonderboom. Dat levert zogezegd inkomsten uit het toerisme op. Maar wel kwam er uit het gebeurde ook een geschil voort. De loerah van desa Djati wilde niet dat het kappen van de boom zou worden voortgezet, maar de aranghandelaar pak Pardjan had wel degelijk de bedoeling daarmee door te gaan. Hij had per slot van rekening voor de boom betaald. Ook dat pro bleem werd opgelost: pak Pardjan kreeg schadever goeding uit de desakas. En de boom bleef staan en kwam tot nieuw leven. CHS. asem tamarinde; arang houtskool SOEMENEP (Madoera) In de kota Soemenep hebben nooit "blanken" gewoond. De kota is altijd geweest "het domein" van de nazaten van de sultan, plus natuurlijk de au tochtone gewone man. Aan de rand van de kota is een Arabische wijk, compleet met "Kapitein der Arabie ren". 3 km langs de Postweg naar het oos ten, dus richting Marengan en Kali- anget is Panglèghoer. Hier woonden de notabelen. 3 km verder Marengen. Hier woonden de onderwijzers (Soe menep had één Europese Lagere School), de havenmeester, de KPM agent en wat opziend personeel van de zoutlanden. 6 km verder Kalianget met de zoutfabriek. De ingezetenen uitsluitend fabriekspersoneel. Hoe onbelangrijk in feite Soemenep was, toch hebben daar verscheidene BB ambtenaren gezeten die het tot Gouverneur brachten. Treur, Gesier, Verschuur, Küneman, Hardeman en last but not least Ch. O van der Plas. Na 1908 trad hij op als aspirant-con troleur, standplaats Manding, 5 km benoorden kota Soemenep. Later werd het huis bewoond door een A. W. Het was een aardig huis met een gezellige vijver op het voorerf. Niet te vergeten de witgekalkte bloempotten op poot. 20 km benoorden kota Soemenep is de Java-zee. Vanaf Amboenten naar het oosten, een 10 km.lange duinen- strook. Het mooiste deel was bij Ser- gang, hoogste top en het breedste strand. Hier werd wel eens gepick nickt, van 's morgens totdat de kope ren ploert aan de horizon in zee dook, onhoorbaar sissend. P. JORDANS ïj» DE ASEMBOOM (TAMARINDUS INDICA) In de Soendalanden komt de kenari- boom (Canarium Vulgare) veel voor langs wegen en lanen van Buitenzorg, Bandoeng, Garoet en vooral Tjimahi, compleet met oeler boeloe. De asemboom is DE boom langs de grote Postweg op Madoera van Ka- mal tot Kalianget (180 km) van Tanah- merah tot Bangkalan. Zou dit laatste door Daendels (1808-1811) zijn bevo len, zoals hij ordonneerde de syste matische aanplant van djatibomen? De vruchtopbrengst van de asem was op vele plaatsen verpacht aan Chine zen. In bewoonde streken wordt de schors door de Madoerese vrouw met een mesje afgepulkt. Een aftreksel van de ze schors wordt gebruikt voor irrigatie. Aantekeningen uit: "Nederlands Oost Indië of Beschrijving der Neder- landsche Bezittingen in Oost tndië, door A. J. van der Aa. Uitgave: J. F. Schleyer, Amsterdam, 1846. |HIIIIIIIIIIIIIIIIIIHIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIItllilllllllllllllllllli:illlllllllllllllllllllllllllHlllllll!IUIIII'llllllllljll naar: Gespecialiseerd in het groeibril- j jant systeem. Eigen atelier voor j het vervaardigen van briljanten sieraden. 22 krt. en 24 krt. gouden scha- keiarmbanden, slangarmbanden, colliers, trouwringen, hangers, haarspelden, oorknopjes en vele andere sieraden. MAANDAG T/M ZATERDAG GEOPEND VAN 9.30- 17.00 uur J iiiiiiiiHniiiiiiiiiiniiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiïïi 22

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1978 | | pagina 22