GEWELDIG
onafhankelijk Indonesië geworden, zou
bezoeken en er met overstelpende
vriendelijkheid werd ontvangen.
Dat hij, gereserveerd, maar toch altijd
uiterst hoffelijk, toch ook onderhevig
was aan sterke emoties bleek bij een
enkele gelegenheid uit een triviale om
standigheid. Wanneer zijn gevoelens
de overhand dreigden te nemen zag
men deze niet-roker plotseling naar
een sigaret grijpen. Hij rookte dan met
gulzige halen en had binnen enkele
seconden zichzelf weer geheel in de
hand. Eenmaal zei hij, nadat Mr. Jonk
man als voorzitter van de Volksraad
weer eens een van zijn klewangwet
tende krijgszangen had afgestoken
korzelig tegen mij: "Wat bezielt die
man toch? Kunt U een verklaring ge
ven van zijn optreden?"
De oorlogsomstandigheden en de re
acties van de Nederlandse gemeen
schap daarop vormden uiteraard te
genover de schrikbarende ontwikkeling
een enorm probleem voor de voor
lichting. Er was ook bij de Landvoogd,
toen effectieve steun van onze ge
allieerden uitbleef geen twijfel aan de
te verwachten uitslag van de strijd, die
wij met ons politieleger en zwakke
maritieme middelen te voeren hadden.
Een groot deel van onze luchtmacht
was in Singapore gebleven in de strijd
tegen de Zero's. Moest de regering de
waarheid zeggen en de Nederlanders
inlichten over de te verwachten ge
beurtenissen? Of moest men trachten
het moreel zoveel mogelijk te steunen?
De beslissing was kort maar krachtig:
"Voor zover ik mij herinneren kan heb
ik in mijn leven nooit een bewuste
leugen uitgesproken," zei de Land
voogd. Dus werd het Nederlands pu
bliek niet met zoethoudertjes gepaaid.
Het besluit, toen de bezetting zeker
heid scheen te worden, om de rege
ring niet te evacueren naar het buiten
land en de Nederlandse gemeenschap
in Indië het vertrek te beletten is even
eens ter discussie geweest. In het
kort was de motivering van dit besluit
deze: wanneer te zijner tijd, na de
overwinning van de geallieerden -
waaraan de Landvoogd niet twijfelde -
de positie van Nederlands-lndië ter
sprake zou komen, zouden de Neder
landers door te blijven kunnen bewij
zen, dat zij zich beschouwden als een
bevolkingsgroep en niet als vreemde
lingen, die de benen namen wanneer
er gevaar dreigde.
Politiek op lange termijn dus. Dat zij
heeft gefaald is een andere zaak. Maar
de Landvoogd trok de uiterste con-
sekwentie uit dit besluit. Ook hij bleef
en dronk de lijdensbeker tot het bitte
re einde. Op de dag vóór de capitula
tie liet hij mij komen: er was een te
lefoontje uit Londen met het verzoek
mij naar Australië te zenden ter ver
sterking van de kleine ploeg functiona
rissen uit Indië. Ik weigerde. "Als U
blijft, blijf ik ook". Ik zal dat korte ge
sprek in het residentshuis te Bandung
niet licht vergeten. Het mag als bewijs
gelden van de gevoelens, die deze
koele, gereserveerde figuur wist in te
boezemen. Bovendien hadden wij bei
den nog de illusie dat er wellicht nog
mogelijkheden bestonden "iets" te
doen voor de Indische bevolking. Had
den de Japanners bij hun binnenkomst
in Batavia niet laten weten, dat alle
ambtenaren op hun post moesten blij
ven? De naïVe gedachte dat er nog
een rol zou zijn weggelegd voor Ne
derlanders in een bezet Indië is spoe
dig en definitief de kop ingedrukt.
Nog eenmaal heb ik in Indië de gou
verneur-generaal ontmoet: de volgen
de morgen in de bunker van de villa
aan de De Grootweg. Na een korte
bijeenkomst vertrok de Landvoogd in
gezelschap van de legercommandant
en enige ambtenaren naar Kalidjati,
waar zijn houding de Japanners mate
loos irritterde. Toen ik hem de volgen
de maal ontmoette in zijn woning te
Wassenaar liet zijn gezichtsvermogen
reeds veel te wensen. Hij was oud ge
worden, maar nog altijd kaarsrecht en
wanneer hij sprak leek er geen afstand
meer te liggen tussen de jaren rond
1940 en bijna twintig jaar later. Hij was
volkomen zichzelf gelijk gebleven: een
edelman, een regent, een Groninger.
JHR.
"Ik herinner me nog die mooie och
tend in de maand Juli 1938. We woon
den aan de Kendalweg te Semarang.
Mijn zuster en ik, 7 en 9 jaar oud,
wachtten om 10 uur 's morgens de
stoet van de GG af, die het nieuwe
vliegveld Kali Banteng als einddoel
had. Het oude vliegveld was Simongan.
Toen de GG en zijn gevolg voorbijre
den wuifden we hen toe. We waren
nagenoeg de enigen op straat. Nooit
zullen we vergeten dat hij ons op
merkte en nadrukkelijk terugwuifde
met zijn witgehandschoende hand. Wij
kinderen vonden het in één woord
gewéldig!
L. v.d. WORM-FLOHR
Hoewel Jhr. Tjarda zich de laatste jaren weinig meer in het openbaar begaf, gaven hij en
zijn echtgenote wel altijd acte de présence bij gelegenheden, waar mensen uit Indië bijeen
waren, zoals op de foto links bij de herdenking op 15 aug. 1970 van het feit dat Japart
25 jaar geleden capituleerde en bij de reünie van de overlevenden van de kampen Amahai-
Haroekoe-Liang en Flores in de Rotonde van de Houtrusthallen in april 1977. (foto boven)
5