"MOS" Hl'i Acht jaar geleden kwam ze bij ons werken, Marguerite Moscou-de Ruyter. Klein dametje met enorm veel spierwit haar en een reusachtige boodschappentas. Wat ze óók bij zich had, onzichtbaar toen, maar merkbaar in de loop der jaren: een onverwoestbaar goed humeur, idem dito werkijver en levensmoed. Nu vraag ik u, wie gaat er op 72-jarige leeftijd, wonend in Schiedam, driemaal per week in Den Haag en tweemaal per week in Haarlem werken? En dan nog doen of het de gewoonste zaak van de wereld is? "Eén bezwaar heb ik tegen haar," had Tjalie bij haar sollicitatie gezegd, "te veel diploma's. Ze heeft meer diplo ma's dan wij allemaal bij elkaar. Dat loopt nooit goed af!" Mevrouw Moscou werd binnen een week "Mos" of "Mosje", alleen Tjalie bleef haar plechtstatig Marguerite noe men. Ze typte kopij, facturen, adverten ties, brieven en deed alle bijkomende klusjes met nooit aflatende opgewekt heid. Regen, sneeuw, vorst, ze was er altijd. Eens per jaar werd ze ziek, in de winter. Een afschuwelijke bronchitis- hoest waar ze bijna in bleef en wij ook. Van de zenuwen. "Mos, ga naar huis," zeiden we streng, "en dóé wat aan die hoest!" Ja, ze deed wat aan die hoest, een rolletje Stophoest, andere medicij nen verdroeg ze niet. Hoe ziek ook, geen dokter komt er bij Mos aan te pas, want wat hij zou voorschrijven kan ze toch niet hebben. De Kempetai zorgde er met zijn folteringen voor, dat haar maag en darmen niet goed meer zijn. Nooit hebben we Mos horen jammeren, klagen en zeuren over bij stand en uitkeringen. Toen ze na 30 jaar eindelijk haar uitkering als oor logsslachtoffer kreeg, was ze blij. Maar wie denkt dat Mosje toen lekker ging gojang kaki of de parkietjes voeren, heeft het mis. "Als ik niet werk ga ik dood", zei ze. En omdat we Mos nog lang in leven hopen te zien, houden we haar aan het werk, weliswaar met een sterke werktijdbeperking. Het wordt tijd dat ze zich eens gaat gedragen als een 80-jarige. Nou, dat doet ze dan. "Ik heb mijn keuken nieuwe plafond tegels gegeven," vertelt ze. Toch niet zelf gedaan? Jawel. Hoe? Gewoon op een ladder, lijm op de tegel, lijm op het plafond en dan aandrukken." Mos, je bent niet wijs! Ze kan eindeloos lachen, heeft een geweldig gevoel voor humor, lacht meer en langer dan iemand anders om een mop of een grappige situatie. Als iedereen allang heeft opgehouden blijft ze stikken van de lach. Totdat we roe pen: "Mos, hou op, ga aan je werk!" Ze gaat om half twee 's morgens naar bed en staat om 6 uur 's morgens op. Om één uur 's nachts laat ze haar "Timmeke hond", een mooie collie uit, aan een 7 meter lang touw! "Mos, dat kun je niet doen, dat is gevaarlijk! In de eerste plaats moet je niet zo laat op straat gaan en bovendien dat lange touw! Hoe haal je het in je hoofd!" Neen, ze weet heus wel wat ze doet. Ze rekent er op dat louche kerels res pect zullen hebben voor haar witte haar en nog meer voor Ti.mmy, die heel boos kan doen als je zijn vrouwtje benadert. Dan zeggen we haar dat boze kerels haar witte haar voor plati na blond zullen houden en dat Timmy 7 meter terug moet lopen voor hij bij haar is. Als hij tenminste niet om een struik of paal gedraaid is. Maar zulke sombere voorspellingen zijn aan dove- vrouws oortjes gedaan. Marguerite de Ruyter, 1 december 1898 geboren in Malang, vader in de cultures. Als ze 10 jaar is gaat ze naar Nederland, Wageningen. Komt op haar 20ste terug als onderwijzeres. Neemt steno-typen, handelscorrespondentie bij de Zusters Ursulinen later en is jarenlang lerares aan het Pitman in stituut waar honderden leerlingen hun diploma haalden en velen zich haar nog herinneren. handel, die de kamptijd slecht door komt. Een paar jaar na de bevrijding is Marguerite Moscou weduwe. Ze zit boordevol herinneringen, voor ons is ze een levend naslagwerk. Ze had een afschuwelijke bezettingstijd, bij de Kempetai. Ze praat er weinig over en wil er ook zo min mogelijk over horen. Haar belevenissen liggen bij Prof. de Jong's oorlogsdocumentatie en daar zullen ze wel blijven liggen ook. Ze prijst iedere dag dat ze, af gezien van wat fysieke mankementjes, gezegend is met een goed gehoor, goede ogen en goede benen. Wat wil een mens nog meer? Van dieren houden, elk dier. Ze geeft de zwerfkatten in Schiedam te eten, ze kennen haar, kruipen onder de struiken vandaan. Zolang er niets aan deze epidemie gedaan kan worden, mag Mos hun leven alsjeblieft dragelijk ma ken? Ze heeft lak aan alle priemende flat-ogen. Maar ze is ook wel pienter genoeg om ook anti-conceptiepillen rond te delen. Je moet toch wel iets aan de toestand doen? Huisdieren knuffelt ze tot piepens toe (zie foto met onze Minou). Haar goede oude dag? Haar kleinkin deren op wie ze stapel is en zij op haar. "Wat zou je doen als je helemaal niet meer zou werken?" "Reizen," zegt ze, "met zoon Dick ste nen zoeken in Bangkok!" In televisie-termen zou men dit artikel een "special" noemen. Speciale aan dacht voor een dame die met glans en glorie de leeftijd der zeer sterken bereikt heeft. En waarom dan niet, op deze laatste maand van het jaar een stille groet en hulde gebracht aan AL onze 80-jarigen en veel ouderen (ik denk aan Oma v.d. Made, Saja Sadja o.a.), aan die velen Ze trouwt met Moscou, iemand uit de (lees verder pagina 19) 4

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1978 | | pagina 4