KNUS 36 PRACHTIGE ANSICHTKAARTEN uit het land van Nooit Winter Een originele serie van de mooi ste plekjes en de prettigste din gen uit Indonesië, gefotografeerd door lezers van Moesson. 6 stuks f 3,50 porto 80 ct. per stuk 0,75. De complete se rie van 36 voor f 20,incl. porto BOEKHANDEL MOESSON taal andere klimaatsfeer een winterse dag iets verrukkelijks wezen! Daar zou ik zelfs een tijdlang de tropenzon niet voor willen inruilen. Goddank voor ons hier, komt na elke naargeestige winter tijd: de Hollandse lente! Onze lente, die is uniek! Als een gift van de goden zelf. In brieven van Uw Indovrienden wordt Holland altijd afgekraakt? Dat spijt mij méér dan ik hier tot uitdrukking kan brengen. Wat zullen zij U met hun brieven moeten vervelen! Ik geloof U direkt, want een "Hollander" (onge acht waar zijn wieg eens stond!) kan kert nu eenmaal graag. Overigens een beruchte Hollandse eigenschap. Ik ben geabonneerd op allerlei bladen, tijd schriften, van zowel linkse als rechtse signatuur: ze schrijven eigenlijk nooit iets goeds over Holland! Alles schijnt hier hopeloos en fout te gaan! Het zij zo Ik geloof niet, dat dit hoeft te beteke nen, dat een Nederlander, die op het land, waar hij zijn domicilie heeft, kan kert, persé een tegenzin in dat land heeft. Ergens, juist ondanks dat ge kanker, blijft het voor de meesten toch: "dat kleine, belachlijk lieve, lieve Holland!" (Woorden van Wim Kan!) Holland met Indonesië vergelijken? Onzinnige opgave. Jan Greshoff was het, die eens ergens schreef: "Met alle vóór- en tegens, ik ben en blijf Neder lander, zoals een eikeboom een eike boom is en blijft! Tragisch de ontwor telden, die die zekerheid missen." Het teren op een verleden, dat er niet meer is, niet bestaat dus, is als het jagen op iets uit een ver verwijderd schimmenrijk. Een bezigheid, die ner gens toe leidt. Veel liefs aan Soerabaia, onze oude krokodillenstad, waar ik tot aan mijn laatste snik een ongelooflijk gróót zwak voor zal houden(mijn jeugd, mijn jeugd I I I adoe, zó lang, lang, lang geleden! HETTY EICHHOLTZ EEN WINTERMORGEN 1979 De sneeuw die 's nachts gevallen is dempt de geluiden van de straat. Als de wekker niet afgegaan was, had ik me zeker verslapen. Een blik naar buiten bevestigt het ver moeden dat er weer een flink pak sneeuw gevallen is. Een witte wereld, sprookjesachtig mooi. Je kunt er ech ter niet naar blijven kijken en dromen, want er bestaat ook nog zoiets pro zaïsch als sneeuwruimen behorend bij de geneugten van het buiten de stad wonen in huis met tuin. Je staat buiten. Ik voel me altijd enigs zins vermomd in mijn winterkleren. De laarzen met dikke gummi zolen, je glijdt er niet zo makkelijk mee uit. Mijn muts moet ik regelmatig over mijn oren trekken, het heeft de neiging af te val len omdat ik mijn haar in gevlochten kondé omhoog gestoken draag. Het omgaan met een houten sneeuw schuiver heb ik deze winter wel goed onder de knie gekregen. Het tuinpad is gauw genoeg schoongeveegd, in elk geval zo dat je makkelijk de voor deur kunt bereiken. Maar dan, om het huis staan coniferen en als de sneeuw in dikke lagen op de takken ligt zou den ze kunnen breken en dat zou na tuurlijk jammer zijn. dus wat doe je? Met een bezem de sneeuw eraf schud den maar doordat ik niet zo groot ben moet ik vaak boven mijn macht reiken en kan ik niet zo gauw opzij springen als de lading naar beneden komt. Het gevolg laat zich raden. Toch werkt deze situatie altijd weer op mijn lach spieren. Hetzelfde had ik als kind, wanneer de dikke regendruppels van een tropische bui je in luttele seconden drijfnat maakten, ook toen bleef ik schater lachend staan inplaats van weg te lo pen. Hetzelfde plezier is er weer, wel liswaar wat minder luidruchtig van wege de volwassenheid! maar het is er. Vervolgens moet achter het huis rond het vogelhuisje de sneeuw ook ge ruimd om voer voor de vogels te strooien. De huiseend moet vers water met suiker dat voorkomt te snelle be vriezing. Door alle dikke kleren heen ga je de kou nu toch wel voelen en als je dan naar binnen gaat en de warmte van het huis je weer omgeeft en een warm kopje koffie je van binnen verwarmt en je met genoegen naar buiten kijkt, dan onderga je een behagelijkheid die een echte winter je alleen kan geven. M. S. van HEYST WINTER IN GRONINGEN Wah dok, als Winter hier in Groningen, beroerd. Ik weet wel, U wil een "bloem lezing" over de Winter: dit is de mijne. Betul, over de Winter 1979, met z'n 20 graden en meer onder nul en z'n andere "ongemakken" valt niet mooi te praten. Leest U maar. Eén Winter morgen in Groningen. Natuurlijk hebben wij centrale verwar ming, lange onderbroek en beremuts maar toch je handen, je voelt, kaya gringgingen. Je wil weg. Auto inge sneeuwd. Biar niet ingesneeuwd, ken toch niet starten. Lopen, goed voor hart en bloedvaten, ken niet. Sneeuwduinen van vier tot vijf meter hoog. Sörö. Je denkt, wag even, ik poekoel teroes. Naar de grote weg. Met de bus. Je graaft je letterlijk met een schep naar de bushalte. Busnya ister al. Boleh, deze! Alleen busnya kosong. Afgesloten. Misschien mogok. De Oosten-Wind blaast je in het ge zicht. Besterft 't van de kou. Pulang. Thuis. Je pakt twee borrels, drukt je dijen stijf tegen de cv. en kijkt naar buiten. Pas dan vind je de Winter mooi. Zet de radio aan. Instinktief voel je een noodsituatie. Betul! Hilversum II is- terniet. Daarvoor in de plaats zend Radio-Noord uit. Crisis Centrum hoor je. Duizend militairen worden ingezet om twintig dorpen te ontzetten. Man van dertig jaar dood gevroren toen hij boodschappen deed voor z'n gezin. Helicopters worden ingezet voor trans port van zieken en andere precaire ge vallen. Mijn Politie scanner staat rood gloeiend. Ineens vind je de Winter niet mooi meer. Je wordt treurig. Je lange onderbroek begint te kriebelen, ergens. Bij je eigen denk je dan, die blanda's nog niet zo erg, maar hun weer, Cilaka! Op zulke momenten denk ik, steevast, zat ik maar bij U dok, aan de Jl. Raya Diponeqoro. HENKIE HARTOG Hoe men ook over Winter denken mag, er kan niet ontkend worden dat hij erg veelzijdig is: kou, vriezen, ijzel sneeuw, regen, storm, donker, spruitjes, erwtensoep, stamppot, zuurkool, warme chocolademelk win terjas, sjaal handschoenen, griep, verkouden, uitglijden, gebroken ledematen, schaatsen, skieën, sleeën sneeuwpoppen sneeuwwandelingen, gordijnen dicht, lampen en pyama aan, open haard, kachel hoog, knus, binnen etc., etc. Een van de betere karaktertrekken van de winter is zijn neiging om mensen naar binnen te drijven. Binnen waar het warm en veilig is. Laat het buiten maar koud en vies zijn, binnen zit je goed. En wanneer mensen binnen zijn gaan ze het zich gezellig maken. Ze gaan bijvoorbeeld met elkaar praten. De qezins- band wordt hierdoor versterkt. Men kan en/of wil geen kant uit. Men is op elkaar aangewezen. Zo'n samenzijn in de winter noemt men knus RALPH BOEKHOLT 12

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1979 | | pagina 12