I?
AURORA TRAVEL
SERVICE B.V.
af: "Apa dan toch? Maoe tidoer! Ga
weg!" Op het laatst geven de meisjes
het maar op en gaan lachend de ka
mer uit zoals ze gekomen zijn. "Kleed
me nu maar aan, Koestiah," zeg ik.
"Saja, Non." Nog met een kleine snik
over het haar aangedane onrecht.
En dan wordt er op de deur geklopt.
"Kijk eens wat dèt nu weer is, Koes
tiah." Het blijken John, Dick en Fred
te zijn. Ik herken Dicks stem: "Slapen
jullie nog? We komen jullie halen."
"Halen? Waar naar toe?" "Nou, zó
maar, de stad in. Naar de Pyramiden
en de Sfinx."
Nu kan Louisa wel wakker worden.
"Enig, zeg! Ik ben zó klaar." En ze is
het bed ook al uit en schiet in haar
kleren. "Ik heb gemandiëd," zeg ik,
"wil jij niet ook?" "Vanavond. Nu niet".
Ik was intussen al aangekleed. Durfde
ik zo wel mee te gaan? Toch op z'n
minst even mevrouw van Everdonck...
Die jongens lachten toen ik bij de ka
mer naast de onze aanklopte. "Moet
de Kolonel eerst zijn zegen geven?"
Laat ik nou het geluk hebben dat die
daarbinnen te vast lagen te slapen om
me te horen! De Kolonel snurkte alsof
er een roffel voor een stormaanval
werd geslagen en mevrouw deed het
ook niet veel minder. Vooruit, ik heb
m'n best gedaan. Koestiah dan maar
met de boodschap achterlaten dat ik
onder veilig geleide de stad in ben
gegaan en eerst nog eerlijk gepro
beerd heb het te zeggen. Koestiah na
tuurlijk ongelukkig. "Wah, Non, nanti
banjak soesah!" Nou ja, dat zien we
dan wel weer. "Ben je ook klaar,
Louisa?"
Ja, ze is klaar. Dus wij er vandoor.
a/b "Queen Victoria",
tussen Alexandrië en Malta
Ik moest m.'n vorige brief haastig af
breken, omdat de post werd ingeza
meld. Nu dus maar verder. Waar was
ik gebleven? Ik heb je nog niet van on
ze tocht naar de pyramiden en de Sfinx
verteld. En van de bootreis op de
Nijll Nou, daar gaat-ie dan, kind.
In het hotel nog gauw een hapje ge
geten: een bordje rijst met schape
vlees, gelukkig hiet weer van die vre
selijke koeskoes: pannekoek met wat
smurrie er in. Wel enig, hoor, die gro
te zwarte kerels in lange jurken en
zo'n hoge rode fez-met-kwast, die
maar voor je hollen; de sloffen vliegen
hun er zowat bij van de voeten. Heer
lijk zoete zwarte koffie na, gloeiend
heet.
Toen naar de bazars; daar hebben we
een tijdje in rondgedwaald: scheme
rige straatjes met aan weerszijden
open winkeltjes waarin je meteen kunt
zien hoe alles gemaakt wordt; ze be
werken er koper, zilver, leer; kleine
jongetjes naaien er burnoesen, poefs,
muilen, kameelzakken. Waar niet ge
klopt en gehamerd wordt is het in
eens doodstil en je wordt helemaal
bedwelmd door al die geuren van
kruiden en sandelhout en rozenolie;
je loopt er als in een droom; zo moet
het zijn als je slaapwandelt en je ziet
de dingen om je heen in een vreemd
wazig licht. Ik had alles wat ik zag
wel willen kopen en John zei maar:
"Wat wil je hebben? Zeg het maar,
dan krijg je het van me." "Ben jij zo
rijk?" vroeg ik. "Als het om jou gaat,
ja." "Schei nou eens uit met die on
zin," zei ik, en van de weeromstuit
kocht ik juist helemaal niets; ik kon er
alleen niets aan doen dat hij toch met
een flesje Arabische parfum kwam
aanzetten. "Hier, dit is iets voor jou:
'Barbe du Pasha'. Of hou je niet van
baarden?" Nou, ik heb het toen maar
aangenomen, omdat hij het me met een
grapje aanbood en ik niet flauw wou
zijn, maar ik wist niet of ik het eigen
lijk wel mocht doen tegenover Pieter;
aan de andere kant bedacht ik dat ik
het toch wel leuk zou vinden als die
me ook eens met zoiets verraste
nou ja, hij is nu eenmaal meer iemand
voor nuttige cadeau's. "Heeft die lui
tenant van jou een baard?" vroeg
John ook nog. "Nee, en dat kon je
toch wel weten?" zei ik, "onder de
rang van kapitein mogen officieren
geen baard dragen." "Ook niet als ze
voor hun meisje graag mooi willen
zijn?" "Nee, ook dan niet," zei ik, "en
voor je geruststelling: ik hou niet van
baarden."
Hij wou ook nog met ons in een mos
kee. "De Sultan Hassan moskee moet
van binnen erg mooi zijn," zei hij. Ik
denk dat hij tevoren een boek over
Cairo gelezen heeft, want hij weet er
verschrikkelijk veel van. Er is ook een
soort vesting met twee hoge minaret
ten die boven de stad uitrijzen: de
Mohammed Ali-citadel, en hij vertelde
dat daar door die Mohammed Ali, die
toen Khedive over Egypte was, eens
een groot banket voor de Mamelukken
werd gegeven, dat waren Turkse offi
cieren of zoiets die hij niet helemaal
vertrouwde, en aan het eind ervan
werden ze tot de laatste man afge
slacht en hun hoofden werden over de
muur gegooid. "De oosterse gastvrij
heid is niet voor niets beroemd," zei
John.
Ik ben niet zo dol op moskeeën: je
moet je schoenen ook nog uittrekken.
Maar er lagen binnen mooie tapijten
op de vloer, daar was het natuurlijk
om. En de man, die ons rondleidde, de
'modin' zouden wij in Indië zeggen,
zei dat wij onder het trapje naar de
preekstoel moesten doorlopen: "You
must do it for good luck," zei hij. Nou,
ik geloof daar niet erg in, maar Louisa
natuurlijk meteen onder het trapje door
en hij z'n hand ophouden voor een
baksjisj. Hèm had het in elk geval al
geluk gebracht!
En toen in twee rijtuigen naar de py
ramiden; John wist het wel zo uit te
kienen dat hij met mij in één ervan
kwam te zitten. Louisa vond het best:
die hac( Dick en Freddie; ze reden
voor ons uit en we konden ze horen
lachen. John is net een wandelende
encyclopedie: die wist weer alles over
het kanaal dat er misschien zal komen
tussen de Rode en de Middellandse
Zee; in de oudheid hebben ze daar
ook al over gedacht, maar ze waren
bang dat het niet kon vanwege het
grote verschil in niveau tussen die
twee zeeën: heel Egypte zou onder
lopen! Maar nou is er in Frankrijk een
meneer de Lesseps, Ferdinand de Les-
seps, die zegt dat dat allemaal onzin
is; hij wil het tóch proberen en zamelt
er geld voor in. "Als je rijk wilt worden,
moet je aandelen kopen," zei John,
"en ik denk dat ik het doe ook, want
ik heb altijd vertrouwen in iemand die
iets in zijn hoofd heeft en dan taai
doorzet tegen alle ongeloof en spot en
tegenwerking in. Je kunt wel begrijpen
wat zo'n kanaal zou betekenen: een
regelrechte verbinding met de Indische
Oceaan en het Verre Oosten; de
scheepvaartmaatschappijen zouden
wel gek zijn als ze er geen gebruik
van maakten: wat een tijdbesparing!
Ze zullen voor die doorvaart dan wèl
moeten dokken, en wie aandelen in
dat kanaal heeft, wordt slapende rijk."
"Ik dacht eigenlijk dat jij weinig om
geld gaf," zei ik.
Hij moest lachen. "Waarom denk je
dat?"
"Nou, dat weet ik niet. Ik dacht hetv"
"Ik geef ook niet veel om geld," zei
hij. "Maar ik ben toch nog altijd een
Engelsman en zo'n gokje vind ik wel
leuk."
Een vreemde jongen, die John, daar
kom ik steeds meer achter.
(wordt vervolgd)
llllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllll!lllllllllllllllllllllllllllllltllllllllllllllllllllllllllllllllllNIIIII|
Management:
Ans Fanggidaej-Jongkind
Wim Simon
Vakkundige Voorlichting
voor reizen naar
INDONESIË
Individuele vliegreizen naar
Amerika, Australië, Canada,
Hongkong, Japan, Singapore,
Taiwan en Thailand
Cruises in het Verre Oosten
Reserveringen Greyhound
Reisverzekeringen
Visabemiddeling
Kantooruren:
maandag t/m vrijdag 09.00-16.45 uur
zaterdag 09.00-12.00 uur
Clauskinderenweg 28
Amsterdam - Osdorp 1018
Tel. 020-19 93 77 19 93 96
iiiiuiiiiuiiinuiiniiiiiiiiiiniiiiiniiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiniiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii
10