bahasa
Indonesia
dische Typen en Schetsen" nog altijd
wel gezellig is om te lezen.
Ook in de Oost kende iedereen hem
reeds, zodat zijn voorleesavonden
druk bezocht werden. Bovendien was
hij broeder Vrijmetselaar, wat hij in zijn
boek niet onder stoelen of banken
steekt. In Batavia werd hij op een bal
ten Paleize Rijswijk genood, waarover
hij breedvoerig schrijft. Laten wij de
ijdeltuit zef aan het woord. Vooreerst
de fraaie invitatiekaart; die hij op een
tafel in zijn hotelkamer aantrof:
Namens Zijne Excellentie den Gouver
neur-Generaal en Mevrouw van der
Wijck heeft de Luitenant Kolonel Ad
judant de eer den Heer Justus van
Maurik uit te noodigen een bal te ko
men bijwonen. Zondag den 2en Au
gustus 1896, des avonds ten negen
uur, enz. enz.
Dat was dus net op de verjaardag der
Koningin-Regentes Emma, en het uur
is het gebruikelijke Indische uitgaans-
tijdstip (m.i. véél te laat).
Dan volgt een beschrijving van het bal
op de voor Justus van Maurik karak
teristieke manier, waarbij wij met aller
lei vermakelijke typen kennis maken,
b.v een Belgische consul, die Frans
spreekt, maar toch behoorlijk plat-
Vlaams babbelde. Zo gaat het een 4
tot 5 bladzijden voort, tot het hoogte
punt nl. Baron van Heerdt, Adjudant
van Zijne Excellentie, stelt hem aan den
Gouverneur-Generaal van der Wijck
voor: Uiterst minzaam stak de Gouver
neur-Generaal mij de hand toen en ter
wijl, ik buigend, mijn hand in de zijne
lei, dacht ik, wat een flink interessant
gelaat; wat 'n joviale uitdrukking heeft
Zijne Excellentie in zijn oogen.
"En U bezoekt ons Indië dus eens,
daar doet u goed aan; heeft U een
goede reis gehad?"
"Uitstekend Excellentie
"Niet zeeziek geweest?" vroeg de
gouverneur-generaal.
"Gelukkig in 't minst niet."
"Kom, dat 's flink. En wat zegt u wel
van Indië?"
"Een verrukkelijk schoon land, Excel
lentie, vol hartelijke menschen."
"Ja, de Indische lui ziin gastvrij en
goed. En U zal waarschijnlijk Uw reis
indrukken wel schrijven. Maakt U er
een boek van?"
"Wanneer ik heelhuids weer thuis ben,
zal ik er zeker mijn best toe doen.
"Vertel dan veel goeds van ons Indië,
want dat verdient het ten volle!"
De gouverneur-generaal stelde mij nog
voor aan zijn Echtgenoote, die zich
zeer vriendelijk met mij onderhield -
toen traden beiden een halve pas te
rug en maakten een lichte hoofdbui
ging ten teeken, dat het gesprek ge
ëindigd was.
Tevens het einde van dit citaat, dat de
ijdeltuit wel met veel plezier zal ge
schreven hebben.
Doch wanneer van een Justus van
Maurik zoveel notitie werd genomen,
hoeveel aandacht zal dan niet van ho
gerhand besteed zijn aan een ster van
In Moesson no. 14 plaatsten wij een stukje over de koempoelans van uit Indië afkomstige
dames, die geregeld in Sydney worden gehouden. Hierbij nog een foto van een van deze
gezellige bijeenkomsten, die ons werd toegezonden, en die werd genomen in de achtertuin
van het huis van Mevr. Joke Mattern-Boom. Staande v.l.n.r.: Willy van Sweers, Joke Mat-
tern-Boom, Lies Warlicht-v. Tongeren, Mary Scheltens-Kaijadoe, Zisca Radovanovic, Els
Blankenzee, Mary Aterlaken, Titi Leenders-Scheltens, Ellen Saltzman-Boom, Ann Vogelpoel,
Lotte Clignett en Hetty de Blanke. Voorste rij bukkend: Erna van Waardt-Swartz, zittend:
Toos Haasman, Peggy Rijke, Nana Hughan-Rade, Cobi de Jong en Susan Djuandy.
de eerste grootte, Conrad Busken
Huet, de scherpe criticus, toekomstig
schrijver van het Land van Rembrandt.
Hij kwam niet zo maar als toerist naar
Indië, zoals onze Amsterdamse grap
penmaker, doch was een zevental ja
ren werkzaam aan de Indische pers,
de Java Bode, zelfs woonde hij enige
tijd in Buitenzorg, onder de rook van
het Paleis. Toch heeft hij nooit een
uitnodiging ontvangen, om er een
kunstuitvoering bij te wonen, ofschoon
de toenmalige gouverneur-generaal
jhr. Loudon (1872-1875) een zeer be
schaafd en kunstzinnig man was. Aan
zijn "hof" werden zelfs Franse toneel
stukken opgevoerd van zeer goed ge
halte.
Merkwaardigerwijze heeft Huet ook
nimmer een invitatie voor een open
baar gehoor ontvangen. Ten paleize
moet men toch wel iets over deze gro
te letterkundige gehoord hebben, of
ten minste zijn doorwrochte artikelen
in de Java Bode gelezen hebben. Blijk
baar bleef men Huet beschouwen als
een nederig journalistje, zo'n kranten
mannetje, die zijn blad volpende, om
aan de kost te komen.
Huet schijnt ook nooit moeite te heb
ben gedaan, om zich te koesteren in
de landvoogdelijke zon. In zijn corres
pondentie met Potgieter heeft hij nooit
zijn ergenis gelucht over deze ver
waarlozing van hogerhand. Slechts
éénmaal verscheen er in de vader
landse pers, nl. de liberale Arnhem-
sche Courant, het opzienbarende be
richt, dat C. Busken Huet als "repré
sentant de la presse" (vertegenwoor
diger van de Pers) door de gouverneur
generaal Mijer (1867-1871) op een of
ficieel diner geïnviteerd zou zijn, maar
dit was een vergissing. Huet's neef,
Walter Huet had in januari of februari
1869 als werkend lid van het muziek
gezelschap "Aurora" met 25 andere
jongelui een soirée musicale bij de
Landvoogd bijgewoond. Vandaar dit
abuis. Het is er verder nooit van ge
komen.
Een dergelijk eerbetoon aan de grote
schrijver en criticus zou Buitenzorg
zeker gesierd hebben.
Gefluisterde woorden hebben meer
invloed op de wereldgeschiedenis,
dan slagschepen en de zwaarste ka
nonnen. - Ernst Hohenemser
voor beginners
drs. suci bartini kuntoro
Eenvoudig, praktisch, overzich
telijk.
Prijs 14,50 f 1,70 porto
8