15 OKTOBER SOERABAJA NUMMER Daaromwie kan ons iets aardigs vertellen over: Het verzoek van iemand om een serie oude en nieuwe foto's van Soerabaja op te nemen, bracht ons op het idee om een hele Moesson te wijden aan de Krokodillenstad. Genoeg Soerabajanen onder onze lezers om dit idee te kunnen appreciëren dachten we engenoeg Soerabajanen om dit nummer te helpen vullen. Uw medewerking hebben we natuurlijk nodig! 1. zijn/haar schooltijd in Soerabaja 2. zijn/haar werk, bedrijf, bezigheden 3. ervaringen tijdens de Japanse bezetting BUITEN het kamp 4. het culturele leven (muziek, toneel, etc.) voor en na de oorlog 6. bijzondere evenementen uit het Soerabaja'se leven 7. Anecdotes, grappige voorvallen, etc. etc. En natuurlijk: FOTO'S Er is best kans op, dat er zoveel goede bijdragen binnenkomen dat er genoeg overblijft voor een heel boek. Wie weet en waarom niet Ajo Soerabajanen, laten we er een daverend nummer van maken. U moet wel meteen aan de slag, want uw inzending moet UITERLIJK 20 SEPTEMBER binnen zijn. Wij zijn benieuwd en verheugen ons bij voorbaat op uw reacties Redactie Moesson tige nieuwe huizen die er gebouwd zijn, naar de werkelijk indrukwekkende gebouwen die Jakarta heeft, meer in aantal dan in Rotterdam, Amsterdam of Den Haag. Het is fout, neen domweg belachelijk, om te blijven jammeren om de oude Indische huizen rondom Koningsplein. Er staan er nog wel een paar, ver- of bijgebouwde complexen zijn het ge worden. Het moest, het kon niet an ders. Als u niet klaagt over al die oude huizen die er in Nederland omver worden gehaald om plaats te maken voor flatwoningen, waarom wel als het om een huis in Jakarta gaat? Batavia in de oude stijl zou onmogelijk zijn geweest, zoals Los Angeles, New York, Parijs van 75 jaar geleden nu onmo gelijk zouden zijn. Als u geen bewondering kunt opbren gen voor de moderne architectuur, VERwonder u dan over het feit, dat al deze grootse veranderingen plaats hebben kunnen hebben in een dertig tal jaren. Er is enorm veel werk ver zet, onvoorstelbaar eigenlijk als u denkt aan die tengere Indonesiërs met hun slome bewegingen, hun eigenaar dige werkindeling en gewoonten. Geen tourist staat stil bij een project in aan bouw. Hij ziet de chaos, de "vernie ling" van de weg en de oude bebou wing. En als hij over twee jaar terug komt, ziet hij een nieuw stadsgedeelte. "Moet je 's zien, hebben ze die aar dige kampong zus en zo ook weer weggebouwd. Het is toch treurig!" Weet u wat pas goed treurig zou zijn geweest? Als aan Batavia geen haar veranderd zou zijn. Gewoon alles zo laten, de oude straten, de oude In dische huizen in hun ruimteverslinding gewoon funest voor een moderne stad. Batavia met vroeger 500.000 inwoners, nu bijna 7 millioen. Ik stond met mijn taxi stil bij het stop licht op het drukke verkeerspunt oude Laan Holle. Voorlangs stak een bakso verkoper de weg over. Hoe hij dat deed deed me de adem stokken, omdat halverwege zijn gewurm achter en voor bumpers langs, het stoplicht weer op groen sprong. Ik zal nooit die man ver geten. Schriel in zijn dunne slobberige broek, een shirt met afgeknipte mou wen, een vilthoed raar over het hoofd getrokken waar aan weerzijden twee flaporen pathetisch uitstaken. Een ma gere figuur met een gammel karretje, vastberaden zwenkend en sturend, dwars op de stroom van aanrollena verkeer. Ze hadden hem kunnen ver morzelen, ze deden het niet. Er werd niet gescholden of vermaand of ge toeterd. Het mannetje stak af en toe een hand op als om het gevaar te be zweren. Hij en zijn broodwinning, ze kwamen aan de overkant. Ik keek hem achterom nog zo lang mogelijk na, hij verdween, ik zou hem nooit meer te rugzien. Rogier zou hem vastgelegd hebben en u zou weer verrukt zijn ge weest. Zo zouden we honderdduizend tafreeltjes kunnen vastleggen in woord en beeld. En verrukt zijn. Dat is Jakarta, het verstikkend hete, onleefbare, onmogelijke Jakarta. Lelijk? Integendeel, een van de mooiste hoofd steden die ik ken. Een grandioze stad, bewonderenswaardig uitvergroot. Het is net of een reuzenhand bepaalde stadsgedeelten onder een sterk ver grootglas heeft gelegd, wegen zijn tienmaal zo breed, gebouwen tienmaal zo groot geworden, je herkent de hele wijk niet meer. Zoals je je eigen gezicht in de scheerspiegel nauwelijks meer terugkent. "Ik herkende mijn straat niet meer," zei iemand tegen me, "maar ik weet hoe dat komt. Alles staat er nog, maar er is meer bijgekomen. De lege plekken voor en opzij van de huizen staan nu vol warongs, goedangs,. huisjes, de bomen zijn groter gewor den, de paggers hoger en dichter. Alles is anders, maar alles staat er nog als je maar goed kijkt." Als Tjalie nog leefde en gezond was geweest als toen in '50, hij zou een bundel nieuwe Piekerans hebben kun nen schrijven. Maar ongetwijfeld eerst moeten acclimatiseren, want zoveel millioenen mensen erbij hebben het be nauwder, warmer gemaakt. De lucht vervuiling is angstaanjagend, de stad is niet vuil in tegenstelling tot wat graag beweerd wordt. In ieder geval schoner dan welke stad in Nederland ook als de stadreiniging één keer zou staken! Stelt u zich ook de rotzooi voor als 7 millioen Nederlanders hun negotie langs de grote weg moeten bedrijven, als u weet hoe de berm van de weg er uit ziet na één zomerse dag. Jakarta is Indonesië niet, u mag het van mij overslaan. Maar kunt u tegen hitte en drukte, probeer het toch maar eens. Na de tweede dag vond ik het niet zo afschuwelijk meer, stond ver steld van mezelf. Ik zag levende per sonen met gezichten waarop ik niet kon aflezen dat ze diep ongelukkig waren. Er zijn op 5000 Jakartanen min der ongelukken dan op 50 Amsterdam mers, dat geloof ik vast. Maar hoe relatief is het begrip Geluk of On geluk? 5

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1979 | | pagina 5