het huis en voor in de tuin stonden verschillende gekleurde bougainvilles die in de loop der jaren als een tros bloemen op ons puntdak lagen. Achter in de tuin stond een hoge waroe-boom en boven in de takken had ik dan met oude planken een Tarzan-nest ge bouwd, en "Jane" zat op kostschool. Ook hadden we verschillende gekleur de oleanders en die roken zo heerlijk en nog andere bloemen en planten en rozen, hadden we in de tuin opzij van het huis staan. Ook heb ik meegedaan met een dui- venrace. Ik had echte kampioenen van de lucht. De grijze dat waren echte postduiven. Ik heb daar ook veel ge vliegerd, en glasdraad gemaakt, dat spanden we tussen de tjemarabomen voor ons huis, om te drogen. Ook heb ik daar mooie siervliegers gehad zo als een "cowboy" en een "staartvlie- ger" met een staart van wel 5 meter lang. Die werden allemaal gemaakt door de werklui die bij mijn vader werkten op Morokrembangan, het vliegveld. Deze mensen ook brachten trouw op oudejaarsdag wel krandjangs vol met vuurwerk voor de sinjo. Er waren er bij die zo dik waren als een rol closetpapier en dat vond de sinjo wel leuk natuurlijk, de hele avond knallen en rentengans afsteken, hete lucht-ballons oplaten en "doentjer" die vlogen overal naar toe. Je liep de vol gende dag tot je enkels in de snip pers papier en dan kwamen ook prompt alle mensen die bij mijn vader werkten "slamat taoen baroe" wensen. Ze kregen ook altijd wat te drinken en te eten van mijn moeder. Onvergete lijke tijden zijn dat toch geweest en zo vlug voorbij allemaal. Als je dat zo na jaren nog eens nagaat, wat een lieve en goede mensen toch, die altijd in hun eenvoud het beste met je voor hadden, en altijd lachten en even vriendelijk waren. Ook de afstandsmarsen, die ieder jaar gehouden werden, waren onvergete lijk. Ik heb alle jaren meegedaan en je deed er erg veel vrienden en vrien dinnen mee op. De laatste 25 km wa ren het zwaarst, doch als dan het mu ziekkorps van de Mariniers weer be gon te spelen was je weldra alle moe heid weer vergeten en vloog je naar de eindstreep, ondanks alle blaren die je had. Je moest soms nog naar huis lopen ook of gontjeng bij je sobat. Ook met het huwelijk van Prinses Juliana en Prins Bernhard in 1937 heb ben we op het Perakplein onder lei ding van mijn vader, die toen voorzit ter van het Oranje-comité was, een groot feest georganiseerd. We heb ben in de maanden die hieraan vooraf gingen, duizenden tulpen gemaakt, met de hele buurt, van crêpe-papier, deze op stokjes gestoken en toen geverfd in de kleuren rood, wit en blauw. Daar werd een bollenveld van gemaakt op het Perakplein in de vorm van de Hol landse vlag. Ook zijn er Hollandse ge veltjes gebouwd met een grote molen erbij. Dit werd nog aangevuld met een grote dans- en feesttent, en daar heb- De schrijver als winnaar van de race Soerabaja-Bangil. ben we met de hele buurt wel een week lang feest gevierd. Er werden ook voor de kinderen allerlei festivi teiten georganiseerd o.a. zaklopen, koekhappen en noem maar op. Ook een heel groot gecostumeerd bal voor kinderen. Hiervoor werden door mijn lieve moeder wel honderd kinderen aangekleed in de verschillende cos- tuums, die zij dan uitkozen en die door haar gemaakt werden. We hadden in de dagen voor de feesten wel vier "toekang djaïts", achter op de galerij zitten, die deze costuums onder leiding van mijn moeder in elkaar zaten te stikken. Weken, ja maanden lang is ze hier mee bezig geweest. Ook achter in de tuin en op de galerij werden verschil lende spullen klaargemaakt en geverfd voor het feest, dus dan begrijp je wel wat een troep dat was Natuurlijk met eten en drinken erbij, nou ja, vooruit maar. In die tussentijd waren werklui bezig aan het oprichten van de dans tent, helemaal van bamboe. Het dak en de wanden gedeeltelijk van atap, op het Perakplein zelf, dat was wat voor ons jongens. We deden natuur lijk om het hardst mee, de tent moest ook nog versierd worden. Nu, ik ge loof dat al de vlaggen van de hele Marine daar hingen. We klommen na tuurlijk steeds overal in en op, vooral toen het hoogste punt bereikt was klommen we er lekker stiekem op en dan kon je lekker ver zien, net een stel monjets. Er was een heel program opgesteld en de Gouverneur Van der Plas sen- diri was bij de opening aanwezig. Nou, mijn pa trots als een pauw hoor, en dat mocht ook wel, want hij had er hard genoeg voor gewerkt met zijn hele staf om alles op tijd klaar te heb ben. Daarna aan het feesten, nu, dat was iets onvergetelijks! Ik geloof dat menig Soerabajaan dat zich kan herinneren, want overal vandaan kwamen mensen kijken en iedereen had toegang, dus wat wil je nog meer. Ook mijn lieve moeder kreeg van alle kanten dank betuigingen voor al het goede dat ze gedaan had, ik weet nog dat het hele huis vol bloemen stond. Ik kreeg op mijn 18e jaar mijn eerste motorfiets, natuurlijk een Harley-Da- vidson. Dat was gauw geleerd want de eerste instructies kreeg ik van mijn vader. Nu het rijbewijs halen. Ik ging op zekere dag met mijn motor naar het politiebureau en naar "mas-opas" voor "minta rijbewijs" "bisa djalan", natuurlijk zeg Hij achterop en "dja lan", wij de stad in en "kiri", eerst toeter dan hand uitsteken dan "kanan", weer eerst toeter dan hand uitsteken enz. enz., door de stad, stoppen en weer rijden. Toen terug naar het po litiebureau en achtjes draaien in 1e, 2e en 3e versnelling, motor af en op de standaard en dan naar binnen. Rijbewijs invullen naam en adres en geboortedatum "tjap djempol" erop, een rijksdaalder betalen en klaar is Kees. Ik heb het nog na 40 jaar! Wat een gemak allemaal en hoe ge moedelijk ging dat, zo kan je wel doorgaan met schrijven, dagen en nachten lang over al die kleine dingen die zich daar hebben afgespeeld. Ik was een keer met de fiets en toen begon het te regenen. Het hield niet op en het was nog donker ook, ik wist niet waarheen ik moest gaan. Ik was drijfnat en daar zag ik een "roemah- goeboek" staan op de sawah. Ik er heen en naar boven geklommen. Ik zag daar iets liggen in een sarong en zei "noempang". Er werd een beetje opgeschoven met een zucht en ik er bij. Het was lekker warm en weldra sliep ik als een roos. Maar de volgen de ochtend ben ik wel erg geschrok ken toen ik wakker werd Ik heb nog nooit naast zo'n lelijk oud mannetje geslapen! Hij was wel aardig, want hij maakte nog kopie toebroek voor me in zijn oude blikje en toen ik dat op had en ik weer helemaal droog was geworden, gaf ik hem wat en ging weer vrolijk verder. Zo vlogen de jaren voorbij, als je er nog wel eens aan terug denkt, aan die mooie onvergetelijke jeugd, je kon iedere dag overal heen en ook altijd op een bepaalde dag afspreken, het was altijd mooi weer. Er viel wel eens een buitje, maar daarna was het toch weer vlug droog. Je was een buiten mens, en vooral ik persoonlijk hield erg veel van de natuur. Als ik zin had pakte ik 's morgens vroeg, in het don ker desnoods, de fiets en ik zag vele malen de zon opkomen en genoot er van. In alle windstreken waarin ik te recht kwam was het altijd goed, altijd vrolijke mensen en altijd eten en drin ken en vooral goed weer, en dat mis sen we hier nog wel eens in ons twee de Vaderland. 13

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1980 | | pagina 13