KENT U MADOERA (2) Links: Kalianget tegen de avond. Rechts: de hoofdweg van Kalianget met rechts de eenvoudige pasanggrahan door Lilian Ducelle foto's: Poirrié Kapedi, een piepklein plaatsje voor Soemenep is onze volgende stopplaats. Daar zullen we overnachten bij een oud-patiënt van Joop Soetjahjo, een zekere Fathorachman (of Vathorachman, maar een V ben ik nog nooit in een Indone sische naam tegengekomen). "Hij is rijk", zegt Joop op dezelfde achteloze toon alsof hij constateert dat Fathor twee armen en benen bezit. Al spoedig blijkt dat deze man niet alleen verschrikkelijk rijk is, maar bovendien de gastvrijheid van een Madoerees èn die van een goed Islamiet bezit en dat is een niet te versma den combinatie van goede eigenschappen. Eerst dacht Joop dat Fathor rechts van de weg woonde, maar dat blijkt links te zijn, rechts staat het oude huis. Hij heeft nu een moderne villa laten bouwen, het oude huis wordt bewoond door een dochter, die er eigenlijk ook niet echt in woont, maarnou ik weet niet hoe dat was, wel, dat er naast het oude pand twee moderne dépendances zijn bijgebouwd. Voor de zonen in het buitenland als die eens zin zouden hebben in een vakantie bij Pa en Ma in good old Madoera! Het huis van Fathor zou in Malibu Beach in Californië niet opvallen, maar hier zit ik werkelijk verpletterd te kij ken naar de moderne architectuur en de inrichting van deze villa in desa Kapedi. Ook zonder airconditioning is deze hypermodern ingerichte woning koel en aangenaam van atmosfeer. Koelte komt van de "zwevende plafonds", een uitvinding die ik eens tegengekomen ben in een Amerikaans blad van bin nenhuisarchitectuur. Ze zijn dusdanig geconstrueerd dat er een luchtstroom mogelijk is tussen het loshangende fraaie plafond en de eigenlijke dakcon structie. De vloer is van witte, gegla zuurde tegels waarin elk meubelstuk zich weerspiegelt. De binnengalerij heeft vele fauteuils in Braziliaanse stijl, er staan maar liefst vier reusachtige rocking-chairs. Een wijde overloop en daaraan de bijgebouwen met logeer kamers. We hebben voor het kiezen, de bedden staan krakend wit opgemaakt. Uitein delijk kruipen we in een van de dé pendances, we krijgen koffie, ijswater, en voor alles wat we nog meer belie ven, hoeven we maar naar de over kant te wippen. De maaltijd die we binnen een uur na aankomst voorgezet krijgen is fenomenaal. De versgebak ken vis met sambal ketjap die er na tuurlijk ook is, zou voor mij voldoende zijn geweest! Iets wat me telkens weer verbaast in Indonesië; waar je ook komt en ze je vragen of je al gegeten hebt, staat binnen de kortst mogelijke tijd een vers bereide maaltijd klaar. Geen opgewarmde gerechten, maar zo, net uit de keuken. Hoe krijgen ze het voor elkaar! Ik schaam me gewoon dood als ik eens een Indonesiër hier zou moeten ontvangen. Rijst met tje- plok en vers geoelekte sambel, dat is alles waar ik du moment toe in staat ben! Van onze gastheer kan ik eigenlijk geen hoogte krijgen. Hij loopt in plekat en singlet, is puissant rijk, wil het graag weten, maar loopt er niet mee te koop. Hoe hij rijk is geworden? Tabak en handel en grondbezit. Zonen studeer den in buitenland, werken in buiten land. Ik heb nog nooit zo'n Madoerees gekend. Moet denken aan Jatim, onze djaga in de Jappentijd, met zijn wijde zwarte broek en openfladderende knal rode kabaja en brede leren riem met volgepropte beursjes. En zijn vrouw Siti, brutaal en mooi en toekang botol. En toch, als ik die houding van Fath zie, ietwat arrogant-brutaal, zelfbewust, herken ik ze er uit. Als hij lacht (of je misschien uitlacht) splijt zijn gezicht in tweeën en davert het door het huis. De slaapkamer die ik met Koes deel heeft geen muskietengaas, "dat wordt dus stikken of krabben," zeg ik tegen Koes. "Dan maar stikken," kiest Koes, "aan warmte wen ik wel, maar een muskiet maakt mij dol!" Ze spuit voor het slapen gaan de kamer vol "Raid", trekt een kain over zich heen en slaapt. Ik ben allergisch voor die lucht van dat spuitmiddel, muskieten doen mij nooit wat, ze kijken wel uit, mijn bloed is giftig. Ik neem mijn kussen mee, trek twee stoelen naar elkaar en ben voor nemens de nacht op te blijven en door te brengen op de zijgalerij. Slapen kun je in Holland altijd nog, genieten van een sterrenacht op Madoera nooit. De stoelen glijden uit elkaar, dat is niet zo gemakkelijk, even ga ik op de koele tegels liggen, dat is lekker, maar dan kan ik door de muur niet naar de hemel kijken. Af en toe hoor ik een muskiet in duikvlucht op me afkomen en weer wegzoemen. Gedachten, herinneringen aan alles, mijn jeugd, de oorlog, de tijd erna, de uren gaan voorbij, slaap- (lees verder volgende pagina) Een bloeiende tabaksindustrie in Madoera. 4

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1980 | | pagina 4