Een Indo in Hongkong anno 1980 Toen wij medio 1978 de kans kregen naar Hongkong te gaan waar mijn man een lectoraat aan de University of Hongkong was aangeboden, dacht ik, als meisje uit Indië: "Hoera, eindelijk weer terug naar de tropen!" Negen lange jaren had den wij in Holland gewoond om der wille van de kinderen, die naar de middelbare school moesten. Met veel verdriet hadden we daarom afscheid moeten nemen van Z.O. Azië, waar we de eerste veertien jaar van ons huwelijk fijn gewoond hadden (Nieuw Guinea, Singapore). Maar nu was daar die nieuwe kans. Twee van onze drie kinderen zouden meegaan. De oudste bleef getrouwd achter. Alles was "naar volle tevredenheid van een ieder" geregeld en we verheugden ons mateloos op het komende avontuurEn daar zat 'm nu juist de kneep, tenminste voor mij. Als de verwachtingen te hoog gespannen zijn, is de val naar de teleurstelling des te dieper. Lieve mensen, Hongkong is geen In donesia. Is geen Singapore zelfs. Het heeft behalve een wat aangenamer klimaat dan Holland (in de winter hier daalt het kwik tot plus 7 graden Celcius en niet lager) totaal niets dat aan onze Tropen doet denken. Het is een stad vol en vol gebouwd met torenhoge flats, die vol en vol zitten met Chine zen. Bijna vijf miljoen. En allemaal doen ze westers. Ze kleden zich wes ters, hebben zelfs hun kleinste optrek jes en eethuisjes airconditioned, zodat de typische aanblik van een tropen- stad: eetstalletjes aan de kant van de weg met daarbij behorende verrukke lijke etensgeuren hier bijna helemaal ontbreekt. Er is heel weinig groen en dat wordt steeds minder omdat het wegennet in en om de stad steeds meer uitgebreid wordtdóór maar dóórWant al die mensen willen ook in een superde- luxe auto rijden. Nergens op de wereld zie je bijvoorbeeld zoveel Rolls Royces rijden als hier. Tussendoor: Een van de duurste hotels hier heeft net een "vloot" van 9 nieuwe Rolls Royces besteld om zijn gasten van en naar het vliegveld te rijden, m.a.w. om slechts taxi-diensten te doen. De wegen zijn dan ook volkomen inadequaat. De fi les van de woonflats naar de binnen stad 's morgens en 's avonds zijn on voorstelbaar. Regelingen om verkeers problemen op te lossen, die in Singa pore al 10 jaar gelden (en met succes) zijn hier nog onbekend. Of men wil er niet aanWij wonen op het eiland Victoria, dat zo groot is als ongeveer eenvijfde van de provincie Utrecht, en daar werken wij ook. Onze jongste, die op de Engelse middelbare school zit, "reist" met zijn schoolbus elke mor gen ruim een uur over een afstandje van 31/2 kilometer. Dat wil zeggen: hij reist niet, hij staat meer stil. Onze dochter heeft een leuke baan bij een reisbureau. Zij werkt in 't Central Dis trict, (de beneden stad zouden wij zeg gen). Voor haar elke ochtend dezelfde misère. Zij gaat met 't Openbaar Ver voer; Dubbel-dek bussen net als in Londen. Maar ook die staan in de file. Alleen manlief heeft het 100% naar zijn zin. Ach en dat is ook veel waard. De Universiteits- en Collegegebouwen liggen allemaal nogal dicht bij elkaar rond het grote Queen Mary Hospital. Ook de flatgebouwen van de docenten en gezinnen. Daar moeten wij in wonen want die zijn van de Universiteit, 't Is ook goed en goedkoop want een "huis" huren "buiten" zou niet te be talen zijn. De huur is veel hoger dan in Holland. (Grond is hier nog kost baarder door die overbevolking). Een zeer bescheiden optrekje met 2 sl. ka mers kost al gauw 2000,4000, per maand, afhankelijk van de buurt. En dan heb je wat basis spullen erin zoals: tafels, stoelen, bedden. Dat noemt men: fully furnished! 't Is on voorstelbaar. Maar wij, van de Universiteit, betalen een percentage van het salaris aan huur. Wij zijn bofferds; wonen op de 1e étage van een lage flat (6 verdie pingen), hebben een hele ruime zit-eet- muziekkamer in een soort L-vorm, kan- jieuze keuken, 4 sl. kamers en 2 bad kamers. En manlief kan van hieruit lopen naar zijn werk. Gelukkig staat de flat in een soort parkje, dus de boomtoppen en het groen reiken tot op ons grote voorbalkon. Daar zitten we veel, want ons uitzicht (en dat is van bijna iedereen hier), is prachtig. Wij zitten op de Zuid-West punt van het eiland en kijken uit over de Zuid Chinese zee met zijn vele eilandjes. Schepen die van Singapore af komen zien wij voorbij varen op weg naar de Victoria haven die ligt tussen 't Noor den van het eiland en Kowloon. Dat is 't stuk vaste land van China dat nog bij Hong Kong hoort. Hong Kong eiland is eigenlijk een stelletje rotsen en pie ken bij elkaar. De flats zijn tegen die rotsflanken opgebouwd, Je hebt dus nooit overburen en bijna altijd een mooi uitzicht. Vanuit zee komend (zeg gen zeelieden wel eens) lijkt 't een beetje op Rio de Janeiro. Ook de school van onze jongste bijv. is ge bouwd tegen de "Peak" aan. Allemaal gebouwen met grote galerijen op ver schillende hoogten. En die gebouwen (je hebt 't talengebouw; 't scheikunde- en biologiegebouw etc.) zijn onderling verbonden met trappen, trapjes en ga lerijen. En zelfs op school is 't uitzicht prachtig. Alle tussenliggende vrije split- level plekjes zijn benut. Er zijn bas- ketbaliveldjes van gemaakt of een speelterrein of 'n tennisbaan. Er is zelfs een zwembad. De jongste heeft 't op school dus best getroffen. Hij gaat ook met plezier naar school moet ik zeggen en dat ontbrak er in Holland nog wel eens aan, waar hij in weer en wind van Vleuten naar Utrecht moest fietsen. Elke dag op en neer. Huishouden doen is hier ook geen si necure. Omdat 't klimaat subtropisch is, baad en verschoon je je vaak. Dus veel was (elke dag). Het huis is groot, dus veel onderhoud. Omdat de Chi nees zo westers is, liggen de bedien den (amahs heten ze hier) niet voor het opscheppen. Een parttime amah vraagt HK$ 10,00 per uur. (Een HK dollar is 50 hollandse centen, voor het gemak) maar met je aangepaste salaris is HK$ 10 een heel bedrag. Een full time amah is helemaal niet te betalen, (lees verder volgende pagina) Gezicht vanaf de Peak op Hong Kong eiland over de haven naar het Noorden, naar Kowloon. Markt in de open lucht in Kowloon 16

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1980 | | pagina 16