BRIEVEN OVER lAKt K&Pie^ET POIRRIÉ IN LAKE KEPLÈSÈT 1980 DAAR KRAAIDE GEEN HAAN NAAR ('-PISANG) TopAY.- GEMÊMSP pubbel 2. mans.bob<sepebok "Als je de bochten riiet op han den en voeten had gemaakt, had je gewonnen". Mogen kleine gebeurtenissen in het dagelijkse leven Poir- rié niet onberoerd laten, ook belangrijke evenementen hebben zijn onverdeelde aandacht. Door middel van zijn tekenpen laat hij ons weten hoe hij er over denkt, of welke associaties bij hem worden opgeroepen. Zo heeft de Olym pische ijspret op Lake Placid bij hem herinneringen wakker gemaakt die U voor onwaarschijnlijk zult houden. Maar U kent Poirrié deze zes jaren nu wel, het is allemaal "èh- hebeur". Zijn Lake Keplèsèt ligt in de tropen, al die sneeuw en vorst-ellende is deelnemers en publiek bespaard ge bleven. Geen 30 graden ónder, maar boven nul was het daar. Verder vertelt hij bij de tekening van die jongen op bamboe-ski's het volgende: "Wij Sumatranen (Poirrié is in Baturadja geboren - red.) plachten onder elkaar hele tournooien te organiseren in het klapperboomspringen. Afgekeken van onze voorouders, de klapperdieven, die bij ontdekking op zo'n blad gingen zitten, dan door met de parang het ding af te kappen in glijvlucht vanonderen gingen. Dus niet afgekeken van de Lampongapen, die de Javanen voor onze stamvaders hou den. Kunst was nu om door de veerkracht van het klapper blad over de geboortekampong in de boomtoppen van de andere kant terecht te komen. Mislukte ook wel eens, daarom zie je zoveel platte koppen en doorgezakte voeten bij ons. Ik mocht van Ma nooit meedoen, dus je moet niet zeggen dat die vent op het plaatje op mij lijkt." Dat weet U dan alweer. Wij hebben Poirrié voorgesteld een ethnologische rubriek te beginnen. Hij heeft het aanbod uit bescheidenheid niet geaccepteerd. Jammer, we zouden elkaar op een heel andere manier leren kennen L.D. PROFESSOR GERRETSON Tot mijn schrik en verwondering zag ik in het laatste nummer van Uw blad van 1 maart, dat Mevr. Ems van Soest op p. 19 beweert, dat mijn vroegere leermeester wijlen Prof. Dr. F. C. Ger- retson, minister van Koloniën geweest zou zijn. Ik heb voor alle securiteit Dr. H. J. de Graaf (Velp) net gebeld en die bevestigde dat Prof. Gerretson nooit minister van Koloniën ge weest is. Van 1935-1937 heb ik Prof. Gerretson meegemaakt in Utrecht, toen ik Indologie studeerde, als hoogleraar in de Koloniale Geschiedenis aan de zogeheten Petroleumfaculteit. Hij had enkele hobbies ontwikkeld zoals Jan Pieterszoon Coen en Koning Willem I, en was een uitermate boeiend docent. In 1951 werd hij lid van de 1e Kamer voor de C.H.U., wat hij tot aan zijn dood 1957) gebleven is. Gerretson was een uitzonderlijke figuur, die zijn Nederlanderschap op een uitzonderlij ke manier beleefd heeft. Typerend voor de mentaliteit van zijn tijdgenoten was wel, dat Gerretson nooit gedecoreerd is. H. D. v. PERNIS 9 Maart '1980. Een laaghangend grijs grauw wolkendek benadrukt de zware mistsluier die hoge torenflats, kale bos sen, stilliggende boten op het roerloze wateroppervlak van de brede rivier om tovert tot een landschap dat wil gaan slapen. Het is bijna ingedommeld, mid den op de dag. Eén stapje verder en de mens slaapt hier mee in. Als die geen herinneringen bezat. Dit éne stapje komt niet. Het wordt weerhou den door slechts een artikel in Moes son nr. 14 van 1 maart jl. 'De KNIL- officier en het huwelijk.' Dat roept her inneringen op aan gebeurtenissen waar geen Kon. besluiten en geen ordon nanties aan te pas kwamen, maar die wel waar gebeurd zijn en die mensen levens gekost hebben. Tussen de jaren 1920-'30 werkte er in het Centraal Burger Ziekenhuis te Ba tavia een Kotagedangs arts die de fout beging om verliefd te worden op een Nederlandse ass. apothekeres die daar ook werkzaam was. Zij verloofden zich. Voor straf werd de arts overgeplaatst naar Rengat, een gatje op Sumatra. De Minangkabauer deed hetzelfde wat elke Nederlandse Fries in zijn plaats gedaan zou hebben. Hij liet zijn ver loofde overkomen. Zij trouwden voor de penghulu, waardoor de vrouw Indo nesische werd evenals hun kinderen later. Ik zal U het verhaal besparen van de rampzalige gevolgen die dit ingeluk- kige gezinnetje door deze overplaat sing naar de rimboe moest ervaren. De dokter was soms weken aaneen op tournee. Zijn vrouw was in bepaalde omstandigheden aangewezen op in landse hulp hetgeen haar noodlottig werd. Een dorps- en ambtsgenoot van deze dokter kreeg in die dagen een jaar strafoverplaatsing voor het feit dat hij nb. het rauwkostdiëet van de beroem de Dr. M. O. Birscher Benner aan een patiënt voorgeschreven had, waar de directeur van het ziekenhuis tegen was. Die hield niet van rauwkost. Beide doktoren heb ik goed gekend. Laten wij er toch voor waken om niet mede in te dommelen, ook al zullen de jaren de realiteit zoals die daar in Ned. Indië toegepast werd gaan versluieren gelijk de mist het landschap in Neder land zachtjes toedekt anno 9 maart 1980. E. VAN ZANTEN-HASSELMEIJER 5

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1980 | | pagina 5