Tante Troel 85 jaar en niet van gister GRAMMATICA Ze is maar een klein mager mensje en treedt nooit op de voorgrond. Ze is altijd erg eenvoudig maar juist daarom sluit een ieder haar in het hart. Eerlijk maar hard voor zichzelf en nu vooral streng voor haar kleinkinderen vestigde zij zich met haar gezin na de moeilijke jaren in Indonesië aan de Watertorstraat 51, Nijmegen. Wie kent niet het hoekhuis met het hekwerk met rose bruidstranen aan de Koksteeg 19 in de Krembanganbuurt te Soerabaja? Daar woonde de hele familie Erdtsieck met Oma Lies, kinderen en veel later kleinkind. Er was altijd visite, want het was er o zo gezellig en het rotan zitje in de voorgalerij stond uitnodigend klaar. Het tuintje stond vol lidah buaya, een heel oppervlak van vier bij vier en de enkele bloeistengel zwiepte door de wind. In de hoek groeide een djarak. Rrrring-ring-ring, dat was de fietsbel van Oom Paul, die van 't werk thuis kwam in z'n jas tutup. Gendoh snelde naar het hek en nam de fiets over. Tante Troel stond klaar en kreeg een kus op het voorhoofd. Er was gedekt voor de heer des huizes in de achter galerij: koffie en soorten Indische koekjes en de twee honden wachtten geduldig op het hun toebedeelde lek kers. Zo klein als ze was (Troel werd ze genoemd maar haar ware naam is Betsy) regelde ze veel ofschoon Oma Lies de heerlijkste gerechten klaar maakte en de hele huishouding deed. Dan slofte Oom Paul op blote voeten (want het voelde zo zalig koud aan op die vloer!) een sigaret rokend naar de kerosi malas in de voorgalerij en nam tante Troel plaats in de rotan arm stoel. Tiek-tok, tiek-tok! Wie wil er bamie? "Ndoro?" Dat was Siti, de langganan met de tènong vol Indische koekjes. Wij die op bezoek waren werden altijd gul onthaald. Chinese pastel tutup in kleine kommetjes, een tikkeltje zoet, bestreken met wat eidooier en dan gebakken in een pan pembakaran, ge- toek lindri en schuitjes colombijn en nog veel meer. Mevrouw E. Erdtsieck Ze hadden in de gang een telefoon. Voor die tijd kon niet iedereen een telefoon betalen I Rrrring, rring! Tante Troel liep er al heen. "O, met het zie kenhuis. Wat? Een zoon geboren? Alles in orde? Ik geef het direct door. Ja, ze bellen U terug" en dan haastte tan te Troel zich om het blijde nieuws door te geven aan de betrokken familie. Zo werd menig bericht via tante Troel doorgegeven. Eens in de maand stopte een dogkar voor hun huis. Vol beladen met pak ken suiker, koffie, Norton snoep, blok ken Sunlight zeep, noem maar op, alles wat het personeel via Internatio, waar Oom Paul boekhouder was, kon kopen. Dan kwam tante Troel in 't ge weer, woog en woog, pakte in en maakte krandjangs klaar. Daar moes ten nog wat blikjes bij en snoepjes, want dat gezin had kinderen. Neen, in die krandjang moest er nog Sunlight zeep bij en suiker Betalen? Ho maar! Dat wilden ze nooit!! Dat kregen ze goedkoop via het werk, was altijd het antwoord. De klontong was een graag geziene gast. "Tabeh nyonya besal! Bagus ba- gus, tjobak liat!" en alweer net als iedere maand werd er gemeten en ge knipt en zat tante Troel er met een stapel stofjes op schoot. Ik zat er wel eens bij, evenals andere dames die zaten te tawarrèn. "Wat vind jij mooi?" vroeg tante Troel dan en als ik aarzel de zocht zij wat uit en met z'n meetlat lachte de tjina klontong al zijn gouden tanden bloot, want ook voor hem was er blijdschap van zwaarte voelen in zijn portemonnaie bij het naar huis gaan. Eerste zondag van de maand! Tante Troel had dan enkele weesmeisjes thuis die bij de Erdtsieckjes onthaald werden en zwaar beladen met allerlei lekkers terug gingen naar het kloos ter. Ik herinner me onze uitgangetjes! Eerst naar Pröttel. Dat was het gebouw waar later het Soerabaiasch Handelsblad werd gevestigd. Bij Pröttel werkte tan te Giebel en wie weet was er nog een voordeeltje. Via Hoffmann en Krapp naar Onderling Belang, want ik was bijna jarig en elk jaar kreeg ik een paar ijzersterke schoenen van tante Troel. Jans en Hetty, die thuis Boeby en Muis genoemd werden gingen altijd mee en als kinderen had je zeker lol. Eerst schoenen passen op de tweede étage, daarna een goochelvoorstelling volgen een verdieping lager, waar je je plezier bijna niet op kon. We kregen een ijsje en een gebakje en je raakte er hele maal opgewonden van. Ik vond het zalig! En dan was het uit met de pret en werden we thuis afgezet. Toen we ouder werden, een jaar of twintig en iets ouder in de Japanse tijd, was het vaak het trefpunt om te mu siceren en te zingen. Ik speelde veel piano in die tijd en de meisjes Carter, Lizzy, Oily en Bea, deden niet onder voor de Boswell Sisters. Vijfentachtig jaar, klein maar dapper en een mondje dat ze nog best roeren kan. Ze kookt zelfs nog, heeft haar uitgan getjes en de Bingo-Club! Hulde tante Troel en wordt maar ge rust honderd jaar, van mij mag dat zeker, nog ouder zelfs! ELLY HEIL-VERSFELD Vroeger kwam de kapper thuis. Dat gebeurde eens in de maand op een afgesproken tijd. Hij was van Brits- Indische afkomst, sprak steenkool En gels, driekwart Nederlands, wat Maleis en natuurlijk voor honderd procent zijn eigen taaltje. Zijn komst kondigde hij altijd aan met: "Hier de haarkèaèaper!" Dan ging de hele familie, op moeder na, die haar ouderwetse haarwrong trouw bleef en het altijd met pracht en praal droeg, naar de achtergalerij om zich te laten kortwieken. Eerst kwamen de groten aan de beurt, dan de klein tjes. Want deze konden wel eens "rèwèl" (lastig) zijn. In een mum van tijd lag de gladde vloer bezaaid met haarlokken. Het deed me altijd denken aan een slagveld met scalpen, door bloeddorstige Indianen achtergelaten. Toen ik eens op zo'n knippartijtje aan de beurt was, vroeg onze baas aan mijn moeder: "Hoe geknipt; jongens kop of meisjeskop met ponnie?" "Bobbed", zei mijn moeder. "Wat?" vroeg de kapper verbaasd. "Zo moet je knippen," legde mijn moe der hem uit en ze maakte denkbeeldige bewegingen met de schaar. Onze Brits- Indiër dacht heel lang na. Toen klonk zijn eureka triomfantelijk. "Niet man nelijk, niet vrouwelijk, dus moet ik haar onzijdig knippen. Dat is bobbed", grin nikte hij. We waren stomverbaasd over de grammaticale kennis van onze toe- kang potong ramboet (kapper). L. v.d. WORM-FLOHR 18e REÜNIE EX-KNIL "BUNGA MELATI" Voor de 18e maal komen op zaterdag 3 mei a.s. ex-Knil-ers van de Vereni ging "Bunga Melati" in het Gemeen schapshuis "Doornbos", Abdijstraat 26, Breda Noord bijeen. Als vanouds zal er tussen 10.00 uur en 21.00 uur op geanimeerde wijze contact zijn tussen de oud wapenbroeders. Een gezellige makanan, een dansje op de muziek van het huisorkest van Bert van Middel koop afgewisseld door eventuele spre kers of zangers vullen het programma. Mocht u meer inlichtingen willen over deze reünie en de Vereniging "Bunga Melati", wendt u zich dan tot het se cretariaat bij Henk de Wit, Beverweg 64, 4817 LN Breda, tel. 076- 13 67 15. 10 i

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1980 | | pagina 10