De "verovering" van Oost Timor vóór tie Japanse bezetting Een paar maanden geleden zijn we teruggeweest. Ik ga U daar niet over ver tellen. Een van mijn zoons wilde zijn geboorteplaats Poerwokerto wel eens (terug) zien. Zodoende. Zijn opvolger was Amangkurat I. Deze leek in niets op zijn vader. Was on besuisd en wreed van aard. Schrok snel en trok zijn kris bij het horen rit selen van bladeren. Zijn handelingen waren grotendeels gebaseerd op wil lekeur, niet op redelijke overwegingen. Zelfs zijn eigen zoon, de kroonprins haatte hij wegens diens relatie met een van zijn gemalinnen, die nog met pop pen speelde. Op een dag moest de keizer uitwijken voor Trunojojo, een Madoerese prins, die tegen hem opstond, vluchtte naar Batavia, maar overleed onderweg en werd begraven in Tegal-arum op een heuvelhelling ten zuiden van de stad Tegal. Zijn zoon volgde hem op als Amangkurat II, ook wel Amangkurat Admiraal genoemd. Amangkurat II was een evenbeeld van zijn vader. Hij ruimde iedereen uit de weg - met de hele familie - die hem niet naar de zin was. Ook zijn bond genoot, en mede-samenzweerder tegen zijn vader, prins Trunojojo, heeft hij eigenhandig gekrist. Voor deze daad had Commandeur Speelman de keizer ernstig gewaarschuwd, hoewel prins Trunojojo ook geen beste vriend van Speelman was. Na zijn dood volgde zijn zoon hem op als Amangkurat III, meer bekend als Sunan Mas (de gou den Sunan). Deze was mank en was een nog groter tyran dan zijn vader. Bijna iedereen haatte hem. Zijn oom, Pangéran Puger, liet hij gevangen zetten op een met bamboe-pagger omheinde plaats dicht bij de alun-alun. De grootste vernede ring voor een prins. Maar Puger had nog vrienden in het paleis. Hij vluchtte naar Semarang en benaderde daar 's- Compagnies vertegenwoordiger ter plaatse. Zijn rapport werd doorgezon den naar Batavia; de heren in Batavia beraadslaagden lang en grondig wat er gedaan moest worden. Ten langen les te kwam men tot het besluit om Puger te erkennen als keizer van Mataram met de titel Sunan Pakubuwono I. Su nan Mas week uit naar de Oosthoek, waar het nog broeide door de oproe rige benden van Trunojojo. Na een meningsverschil met zijn bondgenoten gaf Sunan Mas zich over aan de kom- peni. Deze wilde hem niet uitleveren aan zijn oom, Sunan Pakubuwono I, wat beslist het doodvonnis voor hem betekend zou hebben, doch verbande hem naar het eiland Ceylon. Tot nu toe zijn er nog veie nakomelingen van Ja vaanse vorsten en prinsen daar. Onder de regering van Sunan Pakubu wono I (Puger), had eigenlijk zijn ge malin scepter en zweep in handen. Zij poogde zelfs de keizer te bewegen, niet zijn oudste zoon, Mangkunegoro als troonopvolger te erkennen, maar een jongere broeder, een "charming prince", Pangéran Blitar. Het lukte haar, maar de Kompeni stoorde zich niet aan dit besluit en zette Mangkune goro op de troon onder de naam A- mangkurat IV. Zijn twee halfbroers verlieten het pa leis. Dat betekende opstand. Bovendien, al zijn wij totoks, Indië is geen dag uit onze gedachten en alle zes onze zoons zijn daar geboren. Toen ik daar in Poerwokerto de vroe gere Muloschool bezocht, ontmoette ik wel een oudleerling. Een fijne kerel, hij was nu generaal, en ging dit jaar met pensioen. Mijn God, denk je dan perplex, dat is waar ook, dat was veertig jaar geleden. Maar goed. We bezochten de C.B.Z. in Surabaya waar we het eind mee maakten en probeerden ook het vroe gere Marine Etablissement te bezoe ken, waar ik mijn diensttijd als zieken verpleger heb doorgebracht. Dat laat ste lukte niet omdat president Soe- harto die dag juist zou komen om iets van Soekarno te onthullen. Enfin, nu mijn verhaaltje. In het marinebassin lag het pantser- dekschip Surabaya, dat we allemaal beter kennen onder zijn vroegere naam De Zeven Provinciën. Door zijn ge ringe topsnelheid was hij volkomen on geschikt voor deelname aan een strijd ter zee. Hij diende nu als opleidings schip. Zijn laatste lauweren had hij geoogst bij de bezetting van Portugees Timor vóór de Japanse bezetting, een episode die volgens iemand, die er volgens zijn zeggen bij geweest was, als volgt verliep. De Surabaya werd door onze regering naar Dilli, de hoofdstad, gestuurd, dat door de neutrale Portugezen onvol doende werd verdedigd en zo een groot gevaar kon opleveren voor het oostelijk deel van onze archipel en vooral ook voor de Australiërs. De Japanners zouden er een prachtige uitvalsbasis aan hebben. Met de Ca- nopus van de Gouvernementsmarine werden al vroeg een kolonel van ons leger, een kolonel van de Australische zeemacht en een matroos-seiner in burgerkleding aan wal gezet. Een auto met een chauffeur, die er Zijn regering werd ernstig gestoord door de opstand van Mas Garendi, een kleinzoon van de bovenvermelde naar Ceylon verbannen Sunan Mas, met zijn "Chinezen-leger". Mas Garendi was bekend als Sunan Kuning, naar de bleekgele huidskleur van zijn volge lingen, de Chinezen. (wordt vervolgd) LICHTPUNT "Adoe, als je die honderdduizend sta kers en rellenmakers op de Dam ge zien hebt, je verlangt met de brand spuit weg te spuiten!" "Ach, laat maar. Voor toekang tjopet goeie dag deze!" uitziet als een generaal, brengt hen naar het paleis van de Gouverneur- Generaal. Net als de chauffeur is ook deze reeds in vol ornaat. Hem wordt de eis gesteld het eiland over te ge ven. Zo niet, dan zou geweld worden gebruikt. Hij kan kiezen of delen en heeft tot tien uur bedenktijd. Er vallen grote woorden. De G.G. ijsbeert door de zaal. Dan zegt hij, hevig geëmotio neerd: "Gentlemen, I can't take a decision." De toestand wordt dreigend. De Su rabaya op de rede en vijf bommen werpers, die van Koepang, het Neder landse gedeelte van het eiland, zijn opgestegen, cirkelen dreigend rond.. In de stad heeft men iets in de gaten gekregen en verscheidene mensen vluchten het strand op of de bergen in. Het Portugese leger bestaat uit een troepje soldaten op blote voeten en in haveloze uniformen; de kleding van de paar officieren en onderofficieren com penseert dit echter volkomen. De vloot bestaat uit een ongeveer honderdvijftig jaar oude houten schoener met één kanon. De onderhandelingen gaan voort. De G.G. vraagt en krijgt een uur uitstel. Tegen elf uur zegt hij: "Heren, de Por tugese regering kan Uw eisen niet in willigen. Indien Uw troepen de stad bezetten zullen wij ons om bloedver gieten te voorkomen niet verzetten. De bezetting geschiedt echter tegen de wil van de Portugese regering en on der haar uitdrukkelijk protest. Ik voel mij zeer geschokt!" Dit antwoord wordt met vlaggen ge seind naar de Canopus, die het radio grafisch weer doorgeeft aan de Su rabaya. Dan worden vierhonderd In dische en Australische soldaten ont scheept en Timor Dilli is bezet. Met de Pijnacker Hordijk wordt later een grotere groep, die van Java komt, aan wal gezet. M. J. M. VAN KUPPEVELD GRAFRECHTEN BEGRAAFPLAATSEN JAKARTA Het Ministerie van Buitenlandse Zaken maakt het volgende bekend: Van de Ambassadeur te Jakarta werd vernomen dat de kosten voor verlen ging van grafrechten over het tijdvak 1978- 1980 (drie jaar) thans zijn vast gesteld op Rp. 3.500,voor klasse A-1 en Rp. 2.500,voor klasse A-2, terwijl voor het onderhoud van een graf per jaar Rp. 7.500,is verschuldigd. Het gevoel dat het goed is te zwijgen, als een ander praat of musiceert, heeft de radio de mensheid afgeleerd. Simon Carmiggelt 7

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1980 | | pagina 7