KANJEUS den batiks, geheel of gedeeltelijk klaar, utensiliën, polo's (tekenvoor beelden van patronen) meegenomen en doorverkocht, meest aan Chinezen, die tijdens en na de oorlog toch al veel van haar patronen hadden ge- copieerd. Aangezien er een Neder lands-Indische auteurswet op batik- ontwerpen bestond (aangenomen in 1912) werden moeilijkheden omzeild, door vóór de naam E. van Zuylen te vermelden: Md. of M.D. MaDé, wat betekent "naar de stijl van"). Reden van deze vermelding kan ook zijn, dat het bekend was, dat de batikkerij Van Zuylen niet meer bestond. Wel hebben Chinezen een fabelachtige prijs ge boden voor het recht, de Van Zuylen- naam te mogen gebruiken, maar dat heeft de familie geweigerd. In 1970 verschenen er publicaties van zeer vooraanstaande en toonaange vende Indonesische dames, die een privé collectie bezaten. Er werden kleurenfoto's getoond van perfecte E. van Zuylen-batiks en van de be roemde Chinese batikker uit Kedoeng- woengi Oey Soe Tjoen. Deze imiteerde de batikstijl van Mevrouw van Zuylen en perfectioneerde haar nog, maar is reeds tientallen jaren geleden over leden. Nog altijd wordt Van Zuylen geïmi teerd, maar bij nadere beschouwing blijkt, dat men tegenwoordig veelal niet meer in staat is, of niet meer de moeite wil nemen, haar perfectie te evenaren. Bovenstaand artikel is een verkorte weergave van de Engelse publicatie "The batik compound Van Zuylen at Pekalongan (1890-1946)" uit te geven door The Textile Museum te Washing ton D.C., en in het Nederlands "De batikkerij Van Zuylen te Pekalongan, Midden Java (1890-1946)", van de uit geverij Terra te Gorssel, in kleuren druk, beide geschreven door M. J. de RaadtrApell. De opleving in Indonesië van interesse voor de Noord Javaanse batik heeft ook plaats in Nederland. In het museum "Nusantara" te Delft zal Drs. Harmen Veldhuisen een ten toonstelling houden van oude Noord- Javaanse kains en sarongs, gemaakt van 1880 tot enige jaren na de tweede wereldoorlog, waarbij duidelijk de in vloed naar voren komt van voorna melijk Europeanen en Chinezen op dit batikproces. Daarbij is de rol, die Me vrouw van Zuylen heeft gespeeld, te bewonderen in verschillende produc ten van haar onderneming. Ook wer ken van andere Indische, alsmede Chi nese tijdgenoten, zullen niet ontbreken. De tentoonstelling zal medio septem ber worden geopend, waarbij het ge noemde boekje over de batikkerij Van Zuylen gepresenteerd zal worden, en duurt tot begin december. De heer Veldhuisen en ondergeteken de zijn bezig, de Noord Javaanse ba tik verder te bestuderen en de resulta ten op schrift te stellen. Hiervoor zijn nog veel gegevens nodig, waarvoor wij de hulp van lezers inroepen. Mocht U in het bezit zijn van gesigneerde kains of sarongs, zoudt U dan zo vriendelijk willen zijn, ons dit te be richten? Gaarne zouden wij deze even tueel willen fotograferen. Mochten er onder U zijn, die zich nog namen, feiten of anecdotes herinneren van en over batikkerijen, al vindt U ze zelf nóg zo onbelangrijk, wilt U dan zo goed zijn, mij te schrijven? Wij zullen U zeer dankbaar zijn I Mevr. M. J. de Raadt-Apell Zwiepseweg 89 7241 GR LOCHEM Kunst is iets wat daar begint, waar het kunnen van de meesten ophoudt. A. O. WEBER niiintiiitiiiiiiiiiaiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiitiiiNiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiliiiiiiiiiitiiiiiiiiiiu "Waarin een klein land groot kan zijn!" Jaja, een bijzonder graag gebruikte opmerking van trotse Hollanders als er in het buitenland weer iets geweldigs gepresteerd is. En dat schoot me werkelijk meteen in gedachten toen ik op de laatste Pasar Malam rondliep. En de diverse koekstalletjes zag. Boekan main werkelijk die kanjeuze pakken, plakken, bollen en ballen die daar lagen en voor "Indisch snoepje" door moesten gaan! Precies de kanjeuze porties die je hier in de Chin./Indische restaurants voor geschoteld krijgt. Dat is dan één portie waar een eenvoudig Javaans gezin makkelijk met zijn viertjes van kan etenI Koekjes zijn toch snoepjes, oftewel "djadjan", dus een lekker "tussen-doortje"? Vooral in Indonesia waar de bevolking "de godganselijke dag kan eten" zoals een HolI. kennis van me eens verbaasd opmerkte. Dus telkens een klein hapje koud of warm, zoet of zuur, klefferig of olieglad. Maar het is en blijft een klein dingetje om dat kleine gaatje weer even te vullen. De meeste zijn dus van het prima passende "mond-formaat", precies één hapje. Maar dat is de Indo-koekjesmaakster na 35 jaar Holland misschien vergeten. Of heeft zich aan de Hollandse honger aangepast. Want men wil hier nu eenmaal altijd een brok hebben waar ze "U" tegen kunnen zeggen. Vlug op de Pasar Malam een klein assortiment ingeslagen en thuis een foto van gemaakt. En voor het geval U me niet zou geloven ook nog als bewijs een liniaal en een lucifersdoosje er naast gelegd. De koewé pisang, rechts, had het formaat van een kleine bantal, lengte 13 centimeter, maar ja, er zat dan ook een hele Chiquita-banaan in! En die lemper, tweede van links, leek wel een mini-goeling. Als je die twee voor het slapen nog even naar binnen- werkt moet je oppassen voor nachtmerries! De koewé-mangkok was echt een kleine roti-koekoes, de ondé-ondé bijna zo groot als een tennisbal ennenou ja laat maar zeg! Gewoon te dol om los te liggen. Maar nou weet ik ook meteen waarom al die oud-lndisch- gasten zo verrekte graag af en toe terug willen naar In donesia. Om eindelijk weer eens NORMALE snoepjes te kunnen snoepen ROGIER 15

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1980 | | pagina 15