Plichtsbetrachting Reisbureau Holwerda B.V. i i- Kustlicht op Java's Eerste Punt. (Foto P. J. J. Verbrugh, Off. b.d. Gouv. Marine) De koelie bleef op zijn post. Een klein nauwelijks opvallend krantenberichtje tussen al het schokkende nieuws uit een wereld, die vlak voor de eerste wereldoorlog staat. Er wordt over heen gelezen; alleen de zeeman zal zijn aandacht op scherp stellen. Het gaat over een "stille wachter", een vuurtoren, waarvoor geldt: "Ghij moet aan de wereld wijsen Hoe en waer men vaeren sal." Een ijzersterke, heel hoge toren, een voorbeeld van technisch vernuft met daar boven op een lichtbron. Elke dag tegen zonsondergang wordt de licht bron ontstoken en even na zonsop komst wordt het licht gedoofd. Daar zorgen twee lichtwachters voor, die al of niet met familie en één of twee koelies bij de vuurtoren wonen, geheel afgesloten van de bewoonde wereld. Periodiek, eens in de zes of zeven weken komt de "kapal poetih" langs met voedsel en brandstof, voorts voor controle en onderhoud van de licht installatie. Zo'n "stille wachter" staat ook op On- diepwater in de Gaspar straten ter Oostkust Sumatra tussen Banka en Billiton. Zondagmorgen, 8 februari 1914 na het doven van het licht en het vereiste dagelijkse onderhoud, bekroop de lichtwachters het verlangen - het was mooi weer met stralende zon - met de prauw een uitstapje te maken; te gaan vissen, de omstandigheden waren daar gunstig voor. Al gauw verlieten zij beiden hun post met het prauwtje en merkwaardig, hoe verder zij in diep water kwamen, hoe grotere vissen toehapten. Zo fascinerend was deze bezigheid, dat zij niet merkten, dat hun prauwtje in de greep van de stroom was ge raakt en zo ver van Ondiepwater was afgedreven, dat terugroeien niet meer mogelijk was. Tegen de avond was de vuurtoren uit zicht. De koelie, die alleen op de vuurtoren was achtergebleven, vond het maar wat vreemd, dat toen de zon ter kimme neigde de lichtwachters nog niet te rug waren. Eén ding wist hij maar al te goed, wat er ook gebeurd was, de lichtbron moest ontstoken worden, en dus klom de koelie de toren in om het licht aan te steken en het mechanisme in beweging te brengen. Hij had het de lichtwachters meerdere malen zien doen, maar nu hij er alleen voor stond "Wah, pigimaanaa?" Het licht wilde niet branden. De koelie zag zich ge noodzaakt naar beneden te gaan en kwam terug met een"lampoe templek" of een stormking. Natuurlijk, hij kon niet voldoen aan het voorgeschreven karakter (elke 15 sec. schitt. 3 sec.) en ook niet de vereiste lichtsterkte (zichtbaar 20 zeemijl) op brengen doch hij dacht: "beter iets dan niets". De ganse nacht bleef hij daar boven in de toren van ijzer van een gesloten veelzijdige pyramide-vorm op een hoogte van 61 meter boven hoogwater, wind en weder dienende, "djaga" te gen het uitvallen van het lampje. En heus niet slechts een enkele nacht, neen, meerdere nachten achter elkaar. Over plichtsbetrachting gesproken. Een gehele week lang duurde deze zonderlinge situatie en namen de pas serende schepen tot hun verwondering een gloeiende spijker waar. Verlossing uit deze benarde positie kwam eerst maandag 16 februari. Toen presenteerde het s.s. "Java" van de Gouvernements Marine onder bevel van Gezaghebber F. L. Nix het anker nabij de vuurtoren en werden twee andere lichtwachters aan wal gezet, terwijl de 2de werktuigkundige van de "Java" de werking van de lichtinstal latie herstelde. De verschillende passerende schepen hadden namelijk de gloeiende spijker van het kustlicht aan Batavia gerap porteerd, waarop stante pede de "Ja va" op onderzoek werd uitgezonden. Van de beide vissers werd nooit meer iets gehoord of gezien; zij werden als verloren beschouwd. Zoeken naar hen werd niet nodig geacht, weshalve het s.s "Java" naar Tg. Priok terugkeerde. Of de koelie als beloning voor de be toonde buitengewone diensten een paar vrije dagen op Java mocht door brengen, vertelt het verhaal niet. Een dergelijke plichtsbetrachting, die "tempo doeloe" in alle lagen van de Inlandse maatschappij werd aangetrof fen, is o.a. de reden, waarom wij van de "goede oude tijd" kunnen spreken. F. C. BACKER DIRKS Informatiebronnen: "Nieuws van den Dag van Ned.-lndië" van maandag 23 februari 1914; Lichten- lijst van Ned. Oost-lndië; en Gedenk boek Koninklijk Instituut van Ingenieurs 1847-1897. VANAF 1 NOVEMBER 1980: Amsterdam-Singapore-Jakarta v.v. vertrek 6 x per week 1850, Amsterdam-Kuala Lumpur-Jakarta v.v. vertrek 1 x per week 1800, Amsterdam-Jakarta rechtstreeks v.v. vertrek 5 x per week 1950, Wij verzorgen ook alle andere bestemmingen. Wij verzorgen bovendien: Uw visum Uw reis- en annuleringsverzekering Uw hotelreserveringen Uw informatie m.b.t. logeeradressen VOOR NADERE INFORMATIE Loosduinsekade 497 2571 CM 's-Gravenhage Tel.: 070 - 46 89 50 of 46 89 51 Dagelijks geopend van 09.30- 17.30 uur Zaterdag van 10.00- 15.00 uur Woensdagmiddag gesloten SELAMAT DATANG 13

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1980 | | pagina 13