De grote zaal van de Planten- en Dierentuin in Tjikini. viering in de Grote Willemskerk, Ko ningsplein, met een prachtige kerst boom en een cadeau. En kan iemand Oud- en Nieuwjaars viering vergeten in Oud Batavia? De kisten met rentengans en pakjes mer- tjons en divers kunstvuurwerk voor de kinderen hebben al wekenlang te dro gen gelegen op tampah's. 's Middags op 31 december werden de lange slierten gehangen van de nangka- of manggaboom; en maar hopen dat het niet zou regenen! Wij klein grut ren den in en uit, liepen iedereen voor de voeten en konden van opwinding niet meer normaal denken. De ronsebonsen kwamen op het voor erf spelen en kregen hun beloning, de ondèl-ondèl poppen dansten en zwaai den, de angkloengs en gamelans tin- kel-tonkelden en oh, hoe laat is het, hoe lang nog tot 12 uur? Wij amuseer den ons voorlopig maar met de sterre tjes en wieltjes en bengaals vuur en de tjabé rawits, na ze voorzichtig te heb ben losgerafeld, en ook voetzoekers en doer-tor's en vuurpijlen. En dan, 12 uur begon het knetterende, knallen de gedaver. De hele straat leek wel op een Grote-wereldoorlogslachtveld. Eén voor één stopten de rentengans in de buurt. Ha, onze is de "langste van de allemaalste!" Totdat de helse mokerslag van de Tamboer het einde aanduidde. In de verte ratelde nog steeds een eenzame renteng. Op scheppers! Ze moesten natuurlijk pas om half één begonnen zijn! In de vroege morgen scharrelden en zochten we in het witte en rode pa piertapijt op het voorerf naar onont- plofte mertjons. Dan later was het visiteren geblazen! Alle ooms, tantes en kennissen moesten worden bezocht en gelukgewenst, vergezeld natuurlijk van ontelbare glaasjes frambozenli- moen en dunne sneetjes spekkoek! Totdat je absoluut "tot hier vol", thuis- keerde. Dat was Oud en Nieuw! Het artikel van de heer Grashuis deed me denken aan onze Soerabajase tijd. Wij woonden n.l. voor een korte pe riode in de Kemoeningstraat naast de familie Grashuis, alvorens te verhui zen naar de Seroenistraat naast de In donesische Lagere School. Dat moet dan ongeveer 1935 zijn geweest. Ik ging toen op de Ketabang HBS en mijn zuster studeerde steno-typen bij me vrouw Steinmetz. Voor haar examen gingen we allemaal naar Malang, waar de examens werden gehouden. Waar om in Malang weet ik tot nu toe niet! Van Malang kan ik me eigenlijk niets herinneren, omdat ik lijd aan een ge brek, genaamd G.K.S. (geheugen kaja saringan). Iemand schreef eens in Moesson over een tocht naar de Tangkoeban Prahoe vanuit Bandoeng. Wel, dat was weer een gelegenheid om terug te denken aan mijn Bandoengse tijd, en wat een plezierige tijd dat was. Ik woonde eerst in de wajangbuurt bij Andir en later in de Altmanlaan niet ver van Tjitjendol. Ik zat één jaar op het Filiaal aan de Helmersweg en daarna tot het bittere einde op Gisolf's HBS, hoewel hij spoedig vervangen werd door Van Meir, mijn oud-wiskundeleraar van Soerabaja nota bene, met wie ik niet op goede voet stond! Wij hadden toen nog al eens verschil van mening over mijn wiskundeknobbel (n.l. het al dan niet aanwezig zijn daarvan). Dat omgekeerde prauw silhouet aan de Bandoengse horizon, de Tangkoe ban Prahoe, is altijd een aantrekkings- punt voor ons geweest, en ik heb dan ook verscheidene tochtjes gemaakt naar de krater. Eens met de klas, waar bij een Chinese jongen, een klasgenoot en goede vriend van mij, vertikte mee te gaan omdat wij moesten gebruik maken van een bus van een Japanse busmaatschappij in Bandoeng. Naderhand gingen een vriend en ik eens op de fiets er naar toe. Ik moet echter hieraan toevoegen, dat op de heenrit van Bandoeng tot aan de kra terrand er weinig gefietst werd en meer gesjouwd; maar de terugweg huiswaarts was zalig zeg! De rem- blokjes waren gloeiend heet. Ter gelegenheid van de geboorte van prinses Beatrix werden wij getracteerd op Deventerkoek en een flesje soft- drink, en wat wij reusachtig apprecieer den was de tijdelijke opschorting van de lessen. Dat was in klas 3B van de Bandoengse H.B.S. in 1938. Ik kan me nog enkele namen herinneren: Connie Groenewe- gen, Annie en Ella Hardie, Aaltje Hischie, Elvire Rundberg en dan Betsy en Mieke Ik ben de namen ver geten van de twee Indonesische meis jes. (lees verder volgende pagina) Een mooi plekje in de Plantentuin in Bogor.

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1981 | | pagina 15