£,iedjeó gevraagd
De "Digoelsteiger", gelegen ten westen van de K.P.M.-steiger in de Baai van Ambon.
Bovenstaande opname dateert uit 1926. (Foto Abels)
week terug halen. Maar toevallig zag
één van de jagers mijn probleem en
doodleuk zei hij: O dat is Koetoe Ma-
lejo. Vlooien van de boskip. Deze
microscopisch kleine diertjes dringen
in de huid en veroorzaken die rode
bultjes. Ik was nu wel mijn angst
kwijt maar 't heeft daarna nog maanden
geduurd voor ik van die jeukende bul
tjes af was.
Na onze terugkeer in Ambon ging het
zorgeloze en afwisselende leven weer
door. De verjaardag van Sri Baginda
Maharadja Wilhelmina bijv., die bij het
ontzettend koningsgezinde volk van
Ambon drie dagen lang gevierd werd.
Fluitorkesten van allerlei dessa's trok
ken van 's morgens vroeg tot 's avonds
laat door de plaats en om de Esplanade
en afwisselend hoorde je daar allerlei
vaderlandse liederen en hun Rasa sa-
jang kané.
Eens hadden we een groot vlootbezoek
van een heel eskader Ned. oorlogs
schepen. Toen was 't hek helemaal van
de dam. Feestjes over en weer op de
schepen en in de sociëteit aan de wal.
Bij gebrek aan voldoende ongetrouwde
meisjes, waren vele getrouwde vrou
wen dan hun man min of meer ontrouw.
En als wij weer overdag moesten wer
ken, zaten vele van deze dames op de
banken van de fortwallen en onderhiel
den een levendige correspondentie
met officieren aan boord van de sche
pen. Deze brieven werden dan over
en weer gebracht door bereidwillige
sampang roeiers. Het was echt net als
tante voorspeld had een fijne tijd daar
in Ambon.
En nu zijn Ambon en al die prachtige
eilanden van de vroegere Grote Oost,
gewoon een vergeten uithoek. Geen
reisbureau organiséert er zijn reizen
heen. Alles stopt bij Oedjoeng Pan-
dang, 't vroegere Makassar. Net of de
wereld daar ophoudt. Misschien begint
het paradijs daar wel waar men nog niet
komen kan. Vroeger was dit deel van
de archipel ook voor toeristen een gro-
"Lieve Schone, 'k vaar U niet over
Voor geen ring en voor geen lied.
Neen, voor zulke kleinigheden
Treedt gij in mijn schuitje niet."
"Lieve schipper, vaar mij over,
Zeg mij dan, wat U behaagt,
En ik zal U alles geven,
Wat ge in goedheid van mij vraagt."
"Mocht ik eens een kusje drukken
Op Uw malsen rozenmond;
Voor een kusje, lieve Schone
Voer ik U de wereld rond
't Arme meisje stond verlegen
Sloeg haar oogjes blozend neer -
Zachtjes zonk zij in zijn armen
En hij kuste haar keer op keer.
Lieflijk blies de wind in 't zeiltje,
En het scheepje snelde voort;
't Meisje zong een aardig liedje,
En de schipper zong 't akkoord.
Nu zijn beiden saamgestrengeld
Door de banden van de min,
Want het schalkse cupidootje
Trad almeê het schuitje in.
Welke Haagse dame vroeg mij een
jaar geleden de woorden van onder
staand vers?
Hier zijn ze:
Lieve Schipper, vaar mij over
"Lieve schipper, vaar mij over
Naar dat gindse dorpje heen;
'k Zal U dan mijn halssnoer geven
Met deez' kostelijken steen."
"Lieve Schone, 'k vaar niet over
Voor geen halssnoer en geen steen;
Neen, voor zulke kleinigheden
Voer ik U daarginds niet heen."
"Lieve schipper, vaar mij over;
'k Zal U geven een gouden ring
En ik weet een aardig liedje,
Dat ik onder 't varen zing."
IRMA SUSAN-MATHEY
Op weg naar
Ceram aan boord
van het Gewestelijk
vaartuig.
V.l.n.r.:
Lt. Janssen,
de schrijfster,
Civiel Gezaghebber
van Son
en mevr. Janssen.
(U kunt dan misschien wel lachen om
zoveel sentimentele romantiek, maar
deze tekst gezet op een moderne
melodie, gezongen door de Zangeres
zonder naam of een andere bekende,
en een gouden plaat zit er in
te attractie, de beroemde zeetuinen
van Ambon bijv, waarover je in alle
aardrijkskunde boekjes lezen kon.
Die prachtige eilanden als Ternate
en Tidore met hun vulkaanspitsen op
de achtergrond en hun vele herinne
ringen uit de Compagniestijd.
Ambon, eens een parel in de gordel
van smaragd, maar nu in duisternis
gehuld. Alleen de vuurtoren van Noesa
Nivé blijft zijn licht uitstralen,tot de
dageraad aanbreekt. Misschien dat de
dageraad ook voor Ambon nog eens
aanbreekt.
19