De kinder-crèche aan de jalan Johar in Su rabaya. Naast opvang van de jeugd streeft de instelling naar zelfwerkzaamheid. Een drukkerij en een werkplaats waar speelgoed wordt gemaakt zijn twee van de projecten. tig en had er geen moeite mee. Werd ook later door de collega's bedankt, het was inderdaad, wat ze hadden wil len zeggen. Bij het verlaten van het podium vergat ik mijn bul, die ik even had neergelegd- Maar gelukkig werd die me nagebracht door de pedel - met een grijns. Na afloop van de hele plechtigheid verliet eerst de stoet met de Koningin de kerk. Daarna wij, rechtstreeks de kerk uit en de Dam opzonder mantel. En koud! Maar gelukkig sloeg iemand een mantel om mijn schouders, ik weet niet wie. Door het intensieve contact, dat ik nu kort geleden had met mensen van de Vrije Universiteit en zovele anderen in Nederland, ben ik aan het denken geslagen over "menings-vorming". Het is enorm, zoveel informatie over de wereld te krijgen is. Hier ook al. Over oorlogsgebieden, opstanden, rampen zie je direct al op de TV. Wat je zel den ziet zijn de "gewone" toestanden, waar mensen leven en werken, kinde ren groot brengen, sterven. Dat is geen "nieuws". Nieuws is haast altijd slecht nieuws. Of opzienbarende ver anderingen. En dan krijg je commentaren erop van "deskundigen"; als gewoon mens kun je immers - zonder kennis van achter gronden - lang niet alles interpreteren. Deze deskundigen zullen niet liegen, niet bewust tenminste, maar natuurlijk hebben ze hun eigen visie, dikwijls afgestemd op het publiek. Dit is mij opgevallen in de kennis die men in Nederland meent te hebben over Indonesia. Wat men weet is wel feitelijk juist. Maar het is niet meer dan een halve waarheid, dus onwaar. Mij wordt verweten, dat wij in de voor lichting ook niet alles horen. Dat geef ik toe, maar wat we niet officieel te Adat, gebrek aan interesse, vrees voor ingrijpende veranderingen in het dagelijks leven, argwaan, al deze dingen maken het sociale werk moeizaam. Wat men vanuit de verte kan doen? Ik durf hier geen duidelijk antwoord op te geven. Misschien kan ik wel een paar dingen noe men, die jullie NIET moeten doen: uitvoeren van artikelen, die in ei gen land niet meer bruikbaar zijn, verlopen, afgekeurde of obsolete medicijnen, verroeste apparaten, slechte materialen. E.e.a. met mooie reclame-campagnes of met de nodige steekpenningen. Methodes aanpraten, die mis schien elders resultaat hadden, maar waar wij geen behoefte aan hebben. Vertoon van superioriteit en van rijkdom. Een vorm van toerisme, waarbij totaal geen rekening wordt ge houden met de heersende opvat tingen, "doen alsof je thuis bent". Drugs gebruiken en meenemen. Bovendien is dat riskant. Wil je inderdaad helpen, kom niet ongevraagd en houd je aan de spelregels. Word je gevraagd, kom dan met een positieve instel ling en niet uitsluitend critisch. Oriënteer je grondig op de streek waar je terecht komt - mensen in Jakarta weten ook vaak weinig van de toestanden buiten. Luister voor je gaat praten. (Citaat uit haar toespraak in de Nieuwe Kerk) Eindelijk een eigen huis met een tuin Dokter Kruyt woont er gerieflijk in een buitenwijk van Surabaya met als buren de projectleider de heer Souhoka en gezin. weten krijgen horen we toch wel op een andere manier. Het zou toch wel goed zijn, als we twee halve waar heden samen konden voegen en dan iets meer de ware stand van zaken konden benaderenMaar wie wil dat? Ten koste van tevoren gevormde mening? Eén van de standaard-opvattingen is, dat de armoede uitsluitend de schuld Dr. Kruyt (links) met haar assistent Otto Iskandar en nog een medewerkster. is van "de rijken en machtigen". Na tuurlijk is dat niet helemaal onjuist, maar zo gemakkelijk ligt het niet. Het is ontzettend moeilijk "de armen" in beweging te krijgen om hun lot te ver beteren. Er liggen heel diepe wortels van oude tradities, feodaal denken, stam-verschillen en nog veel meer, waardoor pogingen tot ontwikkelen van mogelijkheden telkens weer vastlopen. Er is een gebrek aan wil om vooruit te komen, fatalisme enmen is van kleins af al bang. Dat is immers de oudste methode van opvoeden? Bange mensen zijn een gemakkelijke prooi voor intimidatie." 68 Jaar. Zoals ze er uit ziet, praat over haar werk, een vrouw in de bloei van haar leven. Omdat ze verstandig is, denkt ze vooruit, ze draagt beetje bij beetje haar taken over aan jongeren, krimpt haar bezigheden in, besteedt in haar eigen huis meer tijd aan zichzelf. Lezen, waar ze dol op is. En die "rust" maakt dat ze met dezelfde frisse ener gie kan blijven denken en plannen maken en werken. "Toen ik daar in de Nieuwe Kerk stond", zei ze ineens, "toen was ik zo gelukkig, omdat ik wist dat ik daar stond namens mijn ouders, mijn zus ters. Dat ik die onderscheiding mocht aanvaarden namens hen, dank zij hen. Daarom wil ik ook dat boek schrijven, vertellen over mijn familie waar ik trots op ben." Nog nooit is me overkomen dat ik tot de ontdekking kwam dat ik niets meer te vragen had, hoewel ik nog zoveel had willen weten. Persoonlijke beken tenissen horen niet bij Fiep Kruyt. Vragen wat ze mooi vindt, wat ze het liefst eet, welke muziek ze graag hoort, het is allemaal zo onbelangrijk. Het lijkt allemaal zo naïef. In interviews is het de gewoonte om iemand te be wonderen om wat hij of zij doet, maar om hem/haar tegelijkertijd "zo ge woon" te vinden. Sofie Kruyt is niet gewoon, gelukkig, ze is een vrouw uit honderduizenden. Aan zulke mensen danken honderdduizenden hun leven, wist U dat 14

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1981 | | pagina 14