VAN KATJONG TOT RIJKSAMBTENAAR HET LIEDJE VAN MEVROUW BERG-PLEIJEL KEUKENHOF Het landgoed waarvan de bloemen tentoonstelling slechts een gedeelte is, heet het landgoed "Keukenhof", be vattende een herenhuis, boerderijen en bossen. Toen na de oorlog alles een beetje moeilijk weer op gang kwam, is in 1949 de toenmalige burgemeester, de heer Lambooy, met een aantal "bollenmen- sen" om de tafel gaan zitten en is het plan ontstaan om mijn man voor te stellen het terrein, genaamd Zandvliet, om te bouwen tot een openlucht ten toonstelling voor bloembollen. Men heeft eigenlijk mijn man een beetje overrompeld en de bloementuin de naam "Keukenhof" gegeven, terwijl het echte Keukenhof, huis - tuin bos, aan de andere kant van de weg ligt, en mijn man eigenlijk nooit geloofde dat het zo'n bekendheid zou krijgen. In de tijd van Jacoba van Beieren en ook er na, heeft dit gebied tot aan de zeeduinen "het keukenduin Van Tey- lingen" geheten, waar middenop een herenhuis werd gebouwd - Keukenhof. Men neemt aan dat Jacoba van Beieren dit huis gebruikte om er de jachtbuit heen te laten brengen en eventueel ook te laten braden. (U ziet - voer voor toeristen). Alleen de hal van het tegenwoordige huis zou toen bestaan hebben, later zijn er telkens stukken aangebouwd - niet altijd even mooi Hier is helemaal geen bewijs van - het leefde alleen in de volksmond, en zo is het bloemen tentoonstellingsterrein "Zandvliet" ge worden tot "Keukenhof". Wij zijn deze drukte al lang ontvlucht en wonen permanent in Brabant. Ko men elke 14 dagen er 3 dagen om te boel te beheren - mijn man is z'n eigen rentmeester. Het is, zoals U in uw artikel schreef: bijna een overdaad aan kleuren - voor mij soms te veel. Geef mij maar een vroege ochtend in de Preanger als de Gedeh uit de ne vels tevoorschijn komt. Zo groen als de sawahs in Indië zijn - deze kleur heb ik nergens meer gezien en alle tulpen mogen ze van mij hebben voor één zonsondergang in Indië in de bergen. Mevr. M. VAN LYNDEN-DE STEENHUIJSEN door H. Smit Het levensverhaal van de schrijver, vóór de oorlog op een koffie-onder- neming, tijdens de oorlog in kamp Kesilir (Oost-Java). Over dit kamp is niet eerder wat gepubliceerd, hoewel het een van de belangrijkste burgerkampen tijdens de bezetting is geweest. Veel documentatie. Een onderhoudend relaas vol aardige details. Geen oorlogsboek. 208 pag. - foto's, illustraties, tekeningen - Prijs f 36,50 porto f 4,25 BOEKHANDEL MOESSON - Prins Mauritslaan 36 - 2582 LS Den Haag Margriet, Margriet, pappa di lodji, Salut, salut, ladjor Laher-lahor major, lafilefisol Boenji djedor. Het voordeel van mondelinge overlevering van liedjes is dat tekst en melodie bij elkaar blijven, het nadeel is dat de tekst meestal corrupt is. In het liedje van Mevr. Pleijel (zie haar vraag in Moesson No. 16, pag. 22) vallen ons, naast be kende woorden als 'salut', 'major', 'pappa' en de nederlandse meisjesnaam 'Mar griet', slechts enkele woorden op die een aanwijzing geven omtrent de taal waarin de tekst gesteld is: 'bunji' - Maleis voor 'klinken', en 'lodji' - Maleis (en Javaans) voor 'loge' of 'fort'. Een normale zinsstructuur mag men in zo'n korte liedtekst nauwelijks verwachten, ze maakt verregaand plaats voor de liedstructuur (waarin men o.a. parallelle passages kan verwachten, vaak door rijm verduide lijkt). Met een beetje geluk komt echter de maleise zinsbouw er toch wel uit, als we goed gokken. anderen in 'di', dan verschijnt ook hier weer de maleise zinsstructuur en wordt de betekenis: 'Margriet, je pappa is in (naar) het fort' en neemt aan de parade deel. Margriet is een soldaten- kind en de kinderen die het liedje zin gen, op een bekende militaire deun, horen in de tangsi thuis. 'Laher lahor' en 'la filefisol' houd ik voor klanknabootsingen. Het tweede voor een roffel op de trom (al kan men ook aan fluiten denken) en het eerste voor de trompet Een insider zou mij moeten bevestigen dat 'lèhèr luhur' - 'een verheven hals' (sterren op de kraag?) een bestaande term is of was. Anders durf ik zo niet te raden. Wat nu betreft Mevr. Pleijel's sugges tie dat de tekst Maleis-Portugees zou kunnen zijn, zo vind ik hiervoor geen enkel bewijs. Het is waar dat bijna alle woorden óók in zó'n tekst zouden kun nen voorkomen, maar men verwacht dan toch wel een of twee portugese woorden ertussendoor. In het geval dat de tekst op de portugese tijd zou te- tuggaan (en de melodie eveneens), zou 'lodji' kunnen slaan op het Kasteel van Batavia (dat in 1811 onder Daendels werd afgebroken). De meisjesnaam 'Margriet' suggereert echter een jon gere origine. We situeren het milieu van de soldatenkinderen dus in de tangsi van de vorige eeuw of begin deze eeuw, en niet op de straten van de oude Mardijkerwijken. Of de woorden nu werkelijk van kin deren stammen? Het zit eigenlijk zo goed in elkaar, als klein compact beeldje van het soldatenleven, dat de onbekende maker ons 'salut' verdient. Het woord 'djedor' is een javaanse klanknabootsing, waarvan we allerlei varianten kennen, allemaal voor dreu nende en slaande geluiden: 'dor', 'doer', 'doear', 'dér'. 'Djedor' is daar om een woord voor 'trom'. Verbinden we dit met 'bunji', dan krijgen we heel normaal: 'bunji djedor' - 'de trommel slaat'. Het is inmiddels wel duidelijk dat woorden als 'salut' en 'major en 'bundji djedor' ons in de militaire sfeer brengen. Luisteren we naar de melo die dan wordt die indruk alleen maar versterkt, het zou een trompetsignaal kunnen zijn. Om verder te komen moeten we gok ken: het woord 'lodjer' maakt geen zin, maar veranderen we het in 'ladjor' (Ba- hasa Indonesia: lajur), dan is de be tekenis: 'rij', 'gelid', gelederen' en zien we voor ons geestesoog marcherende of aangetreden manschappen hun sa luut brengen. Waarom? Omdat de ma joor langs komt, of omdat de troepen langs hem heen marcheren. We den ken dus aan een inspectie of parade. Waar vindt deze parade plaats? In het 'fort'. De betekenis van 'fort' (benteng) voor het woord 'lodji' kan gemakkelijk worden begrepen als men bedenkt dat handelsloges vroeger versterkt en be wapend werden. Op Malang was nooit een handelsloge, wel een fort. Daaraan herinneren nog de straat- en kampong namen Kelodjèn Lor en Kelodjèn Kidul. Als we nu in de eerste regel 'Ie' ver- F. v.d. BOSCH 15

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1982 | | pagina 15