O
HERINNERINGEN BIJ EEN OUDE FOTO
Op de foto van links naar rechts:
Zittend, liggend, hurkend op het dek: Tine
van der Mark, Erna Siegers, Elly Kie, Pop
py Jacobs, Tilly Lont, Magda Belardie, Nora
Simons, Dee Swensen, Hannie van Wakkum.
Staande daar achterIneke van Stralen,
Hannie van Gunkel, Pop Vernet, Erma, mej.
S. C. H. van Helsdingen, Stien Hemler, Didi
Willemse, Martha van Itherson, Magda
Schiff, Carta Catalani, Hilda Westerkamp.
Achter rij 2 tussen de staanden doorglu
rend Anneke Margadant, Abuys,
Jessie de Haas, Emy Bond, Guus Abra-
hamsz met achter haar Eugene van Ouwer-
kerk, Paulien van der Mark, achter haar
Els Hemler, Paula Swensen, Dina Abuys
en een Chinese jongen uit de 2e klas.
Van de omhoog gestoken jongens ken ik
alleen die met de open jas en das, die
Oetopo heet, als ik 't goed heb.
en natuurkunde, want daar heb je ei
genlijk geen ogen voor nodig. Halver
wege zijn studie weer een aanval van
de sluipende tuberculose. Nu werd hij
ook nog volledig doof. Nog steeds
geen antibiotica, geen streptomycine.
Wat zou U doen als alles ineens stik
donker en ijzig stil werd? Bij de pak
ken neerzitten, vegeteren na een on
eindige periode van diepe wanhoop?
Niet die vent X. Men vocht met hem
mee en vond dat tasttoestelletje voor
hem uit. Een juweel, een technisch
hoogstandje, groots en vernuftig. Na
tuurlijk studeerde hij af, werd inge
nieur. Hij trouwde, kreeg kinderen,
twee zoons en natuurlijk had hij een
hond die hem verafgoodde. Gewoon
Hij was een lange, forse Indo. Zijn
vrouw was een mooie vrouw, een
engel. Zijn zoons heb ik nooit gezien,
evenmin zijn hond, allemaal dingen
waar hij wel eens over sprak.
Dat hij de flinkste kerel is van de hele
wereld die ik ken en waarover ik las
en lees, praat niemand mij uit mijn
hoofd. Dat hij bovendien Indo was vind
ik geweldig I Maar hij wou nooit voor
de PERS verschijnen, behalve een
maal, toen hij Helen Keiler op het
vliegveld Schiphol afhaalde en sprak,
beiden waren poliglotten! Hij was een
groter mens dan Helen Keller, want hij
had verloren wat niemand wil missen,
zijn ogen en zijn gehoor. Hij had ge
zien en gehoord en genoten van wat
hij zag en hoorde. Hoe diep moet zijn
wanhoop geweest zijn en hoe ontzag
lijk zijn moed I
En wij maar klagen over assimilatie
en discriminatie en verlies van ONS
vaderland. Kassian wij I
Toen ik hem vroeg: "Hoe kon U stu
deren?" antwoordde hij mij met een
gulle lach: "Ach, dokter, ik had het
makkelijker, ik word nooit afgeleid."
Ik hoop dat zijn incognito vrouw en
zijn kinderen dit eens zullen lezen.
F. CRAMER
Ze heette mejuffrouw S. C. H. van Helsdingen, de directrice van de Salemba-
Mulo in Batavia, die je op de foto ziet met orchideeën in de hand. "Suus" of
"Kalèng" heette ze in de leerlingenmond en het laatste jaar, 1932, dat ze aan
de Mulo les gaf, zaten mijn zuster Paula en ik in 3B. Zij was een dappere, heel
bijzondere vrouw, die ons behalve schoolkennis, ook levenslessen trachtte bij
te brengen. Soms simpele dingen waar ik toen het nut niet van zag, maar waar
ik haar nu om bewonder, dat ze ons die durfde onder de neus te wrijven. Zij
was het ook die doorvoerde dat er op ons rapport een cijfer voor "wellevend
heid" kwam. Rechtop van lijf en ziel wilde ze ons door het leven zien trekken,
opgroeiend tot hoekstenen in de maatschappij en niet tot grote nullen.
O, wee als ze iemand van ons bij het uitgaan van de school hoorde zeggen:
"seg Ruud, wah even op mij", of als we spraken over "mijn broertje/zusje",
wanneer we een jongere broer of zuster bedoelden, die al ver boven de tien
jaar was. Nu kan ik me ergeren aan een buurvrouw die spreekt over "mijn sjusje
van 56 jaar". Als ik die buurvrouw dan aan het verstand breng dat ze beter kan
spreken over "jongere zuster" is haar koppige antwoord: "Toch is ze mijn sjusje,
want ze is vier jaar jonger dan ik."
Juffrouw van Helsdingen lette ook op te laag openhangende blouses van de
meisjes, hoewel de jongens evenmin gespaard werden als ze met openhangende
overhemden de klas probeerden binnen te gaan. "Ga je buiten eerst aankleden
en kom dan weer binnen," kregen ze dan te horen. Ogen en oren moesten we
wijd open zetten, de krant lezen en gearticuleerd spreken. Van boeken moesten
we de schrijver meteen onthouden. Als iemand naar onze naam vroeg, dienden
we onze voornaam en achternaam te noemen. "Of wil je liever Theo van Mammie
blijven heten", hield ze dan voor.
Suus kwam meestal achter het stuur van haar auto rijdend naar school, zwenkte
bij het fietsenhok het schoolerf op, waarop en bloc alle jongens die op het ste
nen bruggetje zaten, oprezen, wachtten totdat koningin Kaleng gepasseerd was
en dan pas weer gingen zitten.
In de tijd dat ik in de derde klas van de Mulo zat, was de eerste klas bevolkt
met vlotte wezentjes die veel meer durfden dan mijn klasgenoten, al of niet uit
ontzag voor Suus. Zo liep er ook een - overigens alleraardigst - kind rond dat
haar wenkbrauwen weggeschoren had waarvoor in de plaats ze twee bruine
streepjes had getekend. In een of andere uitspanning, Suus passerend, werd ze
aangehouden met de vraag, wijzend op die streepjes: "Is dat echt?" "Ja juf
frouw," was het antwoord. "Kind, ik vraag je nogmaals of dat echt is," en nog
maals was het antwoord bevestigend, waarop het lieve kind naar het fonteintje
gesleept werd met de woorden: "Dan ga je ze maar eens afwassen onder de
kraan."
Na mijn miserabele eerste jaren als weduwe zonder geld met twee kleine kinde
ren, heb ik Suus kunnen opzoeken in een of ander rust- of bejaardenhuis, ik
dacht in Voorburg, kan ook Rijswijk of Den Haag zijn geweest, in elk geval heb
ik er ver voor moeten lopen, telkens aan voorbijgangers vragend of ik er al bijna
was. Mij werd verteld dat Suus zich met niemand in haar omgeving bemoeide.
Mijn ontmoeting met Carla Catalani, het meisje dat op de foto met een witte
flaphoed op, boven mij en Hannie van Wakkum staat, was een heerlijke verras
sing. Carla ken ik eigenlijk niet persoonlijk, d.w.z. ik heb nooit een woord met
haar gewisseld. Ik dacht dat zij in de eerste klas van de Mulo zat, toen ik in de
derde zat, maar ze viel op door haar spontane bakvissengedrag, haar ongekun
steldheid. Ze tenniste ook goed. Toen ik enkele jaren geleden met mijn man
een waaiertentoonstelling ging bekijken in het landgoed Beeckestijn bij Santpoort
in de buurt, ontdekte ik tot mijn grote verrassing een - meesterlijk geschreven -
boekje over "Waaiers" van dezelfde Carla Catalani, kan niet missen, haar foto
stond achterop. DEE SWENSEN
11