Vriendschap in goud
een kumpulan na SO jaar
14
Groepsfoto van de kumpulan van ex III B-ers P.A.M.S. bij Stien en Miel van Minde, sep
tember 1983. Van rechts naar links Stien v. Minde (onze lieve gastvrouw in Kloetinge
(Zld), Willy v.d. Wulp, Vrouwke Gobée, Nel Jagtman, Noes Jansz (Swaak), Edo Jagtman,
Max Gobée, Tjen v. Steenvelt (op 14 oktober j.l. helaas overleden), Soemanti (Jakarta),
Ger Swaak, Mien Bartman (mijn betere helft I), Lucy Holz (Loing), Anton v. Charldorp,
Maud Loing, Miel v. Minde (onze gastheer), Fred (Tjöh) Bartman.
Ik kan het me allemaal nog zo duidelijk voor de geest halen. Onze goede oude
school aan de Salembalaan, destijds Batavia-Centrum, tegenover het C.B.Z.-
Ziekenhuis. Een imposant scholencomplex, als je er voor staat met je rug naar
het C.B.Z., de lagere school, aan de rechterkant de MULO, daarnaast de A.M.S.
en dan onze P.A.M.S. En daar begon onze vriendschap, 50 jaar geleden.
Batavia-Centrum, september 1933 - Daar stond hij, onze grote, massief gebouw
de Directeur, Ds. de Haan (rekenkunde) en naast hem onze onderdirecteur, de
boom-lange, sympathieke, steeds glimlachende Hr. de Haan (geschiedenis) met
z'n stug haar, cheveux en brosse.
"Dames, even stilte en gaarne uw
attentie," aldus onze Dirk, "U bent
thans ingeschreven als leerling van de
Peadagogische Algemene Middelbare
School, en ingedeeld in klas IB. Uw
namen: Dé Jajanegara, Bertha Dumas,
Lucy Holz, Noes Jansz, Anneke Marga-
dant, Leonie Marlissa, Bertha Men-
singh, Hanny Remmers, Roehaesi,
Greta Schenk, Erna Siegers, Setia-
watti, Soemanti, Tjoa Kiauw Lie en
Willy v.d. Wulp."
"De volgende heren voegen zich bij
juistgenoemde dames," zo vervolgde
heer De Haan, "en vormen aldus de
gehele klasse IB. Uw namen: Achmed,
Frederikus Bartman, Anton van Charl
dorp, Hugo Camerick, Freddy van Daa-
len, Frits van Renesse van Duivenbo-
de, Maximiliaan Gobée, Johannes Ha-
tumena, Ego Jagtman, Boris Mannot,
Emile Th. v. Minde, en Eugene v.
Steenvelt."
Een korte oriëntatie, leuke lui, de ken
nismaking kwam onmiddellijk tot stand.
Het klikte meteen en onze groep
groeide stilaan uit tot een zeer hechte
gemeenschap. Drie onvergetelijke, fij
ne jaren tezamen met z'n ups and
downs, waarbij de vriendschap onuit
wisbaar bleef, begeleid door een staf
van leraren, onze raadgevers, waarbij
niet zozeer het didactisch materialis
me doch voornamelijk het didactisch
formalisme in hun opvoedingssysteem
prevaleerde.
Veel kattekwaad werd er in de jaren
1933-1936 uitgehaald I Spijbelen, stie
kem peukjes roken in de klas, de han
den heftig wapperend om die vermale
dijde smoke sneller te doen verdwij
nen, lange vlechten van de meisjes aan
de stoelen vastbinden, gilletjes veroor
zakend bij het opstaan. "Wat is er nu
weer?" "Ach, niets meneer, ik zat effe
vast."
Zangles van mevrouw Asmaoen-Punt.
Thema: Kruid-je-roer-me-niet (mimo
sa pudica). Opletten. "Vanwaar zijt ge,
wonderlijk dwergen-ras, m'n rozen, ze
blozen, ontzet van het vreemde gezel
schap, dat zo plotseling in hun midden
trad."
"Nogmaals, vanwaar komt dat geluid?"
Stilte. Mevr. Asmaoen: "Nou?" Tjoek,
tjoek, tjoeke-tjoek, en na een korte in
spectietocht, vond ze het I Een stoom
machine in de hoek verborgen, gepikt
uit het natuurkunde lokaal, stond heel
leuk het ritme aan te geven. "Foei,
aanstaande onderwijzers, schaam je I
Wie deed het?" De hele klas, vinger
op.
Biologie-les. Plaatsvervangster van on
ze leraar drs. Holsvoogd, charmant en
jong. Thema: vliesvleugeligen. Wie
heeft er een vliesvleugelige bij zich
Boebie van Renesse, heel snel en heel
handig een vlieg uit de lucht gepikt,
roetsj in de tule-pofmouw van Greet
Schenk: "Daar juf," wijzend naar de
pofmouw van Greet. Gilletje: "Malle
vent, ik zoen jou hoor I"
Practicum leraar, Ir. E. D. G. Frahm,
kort, dik, eeuwig hoestend, houdt veel
van lieve meisjes, zit graag (als het
licht uitgaat) naast een lief kind. Dat
pikken we niet. Enfin, de lichten gaan
uit, hardstikke donker, een gestommel,
een vreselijke stank bedierf snel de
atmosfeer. Het kraantje van het Kip
toestel is opengedraaid, H2S gulpt rij
kelijk het lokaal in, tezelfdertijd floept
het licht aan en welja, daar zat hij,
naast het liefste meisje. Die kop zal
ik nooit vergeten, een vuurtoren was
er niets bij. Alle jongens straf; een rot-
les, maar ja, wat wil je? Ach, er waren
zoveel van die baldadigheden.
Maar de eenheid is gebleven.
Ook na 1936, ons afscheid. Hoe gaat
het dan verder? We werden verliefd,
trouwden, kregen kinderen. Maar er
kwam oorlog, de wereld stond in
brand/cle ene zwoegde aan de Birma-
road, de andere ging naar de mijnen
in Japan, weer een ander stierf duizend
doden in Flores. Maar noch die oorlog,
noch de bersiaptijd daarna, noch de
souvereiniteits-overdracht, zelfs niet
de vlucht als displaced persons van
onze geliefde geboortegrond naar Ne
gen Dingin, heeft onze tempeh-band,
onze hechte vriendschap kunnen ver
breken. Wel-is-waar geen dagelijks
contact, doch wel periodiek wisselen
we nog steeds van gedachten, telefo
nisch, persoonlijk bezoek, een kaart
op verjaardagen, met Kerst en Nieuw
jaar. Dan verschijnt in 1976 in Tong-
Tong, het enige Onafhankelijk Indisch
Tijdschrift, een PAMS-groepsfoto van
klas 1MB. De reactie? Badankt, Tong-
Tong I Je stem werd overal en elders
hoorbaar, zelfs Soemanti, onze lieve
vriendin in Indonesië, hoorde de
"panggilan". De ontmoetingen daarna
werden veelvuldiger en de kumpulans
- geen grandioze reünies, want IIIB is
sterk uitgedund - werden des te in
tiemer. Regelmatig kwamen we ieder
jaar, dan weer eens hier, dan weer
elders, bij elkaar.
1983. We krijgen vanuit Jakarta een
expresse brief, Surat-Kilat van Soe
manti en Bodin. We vertrekken de 11e
augustus naar Holland. De "panggilan"
werd hen weer te machtig! Hoe be
staat het? Ze zullen 6 weken in Ne
derland blijven. Waar moeten ze nu
logeren? Voor ons Indischen vormt dit
geen probleem. We maken gewoon