PASAR MALAM BESAR HET MYSTERIE VAN LORE U zult vermoedelijk met enige verbazing aankijken tegen bovenstaande foto. Zij werd circa drie jaar geleden door de bekende schrijfster Aya Zikken genomen op de hoogvlakte van Lore in Midden-Celebes. Deze monoliet, dit (mannelijke) beeld, vermoedelijk een godheid voorstellend, staat daar sinds onheugelijke tijden. Niemand kon ter plaatse ook maar enige opheldering verschaffen inzake herkomst resp. betekenis. In haar boeiende boek "Eilanden van vroeger" zegt zij o.a.: "Is het een vorst, een god, een astronaut uit vroeger tijden? Hij staat indrukwekkend in een lege prairie, grijs en onwaarschijnlijk gaaf tegen de achtergrond van het Fennema- gebergte. Ik heb nog één dergelijk groot beeld gevonden. Het stond ook hele- lemaal alleen, geen huisje in de nabijheid. En alle beelden, die in het bos en op de hooggelegen vlakten, staan met het gezicht gekeerd in de richting van het Takolekayu-gebergte, de richting van de zee, de Straat van Makassar. Voor mij hebben ze iets huiveringwekkends en niet voor mij alleen blijkbaar. Men denkt er niet aan in de buurt van een beeld een huis te plaatsen. Het is mogelijk dat de geest van het beeld daartegen in opstand zou komen, het zou zich kunnen wreken." Het blijft een mysterie. Is onder U iemand die er meer over weet? Staat er opeens een Hollander bij de stand, dertiger, 2 meter hoog en breed, T-shirt en jeans met een enorme riem. "Hopeloos verdwaald" denk je en je kijkt wat hij doet. Hij doet niets bij zonders. Hij knikt om af te rekenen. Hij koopt Piekerans deel I en de her denkingstegel van Tjalie. "Enorme schrijver" zegt hij en gaat verder. Iets dergelijks met een Hollands meisje met uilenbril dat amper boven de sta pel boeken uitkomt. Ook oudere In do's kopen boeken, de jongere amper. Opeens zit er een onbekende naast je die zegt dat Van Mook toch bepaal de fouten heeft gemaakt en dat de beschieting van Soerabaja door de Engelsen voorkomen had kunnen wor den indien de Sikhs niet bedreigd waren geweest. Tien dagen Pasar Malam Besar en we hebben wat mensen voorbij zien schui ven. Gemeen natuurlijk, maar je gaat de bezoekers observeren en dat hield de moed erin. De belangstelling voor onze boekenstand was bepaald be vredigend maar als je ziet hoe sommi gen boeken behandelen, heb je zin enige educatieve tikjes uit te delen. Mag niet en je kijkt alleen. Dat helpt wel want het was meer een zenuwtrek om überhaupt een boek te pakken, de bedoeling was eigenlijk een bapao. Dan had je de dames-met-een-zuinig mondje die met een recht hoofd en door zo'n tierlantijn-bril zich verwaar digen een boek door te bladeren om het vervolgens terug te leggen als zijnde ver beneden hun niveau (want hun man is kapitein). Van de Indo sticker schrikken ze helemaal en om te bekomen gaan ze twee stands ver der tjendol drinken. Maar de meesten waren leuk, lief en aardig. Is zo'n pasar nu een world of make believe of niet? Toen op de laatste dag opeens honderden TL-buizen licht ga ven, spullen werden ingepakt, stands afgebroken, kortom in een mum van tijd de bezoekers weg waren en de Houtrust in een bende veranderde, zou je toch menen van wel. Blijkbaar vond iedereen het welletjes en wilde men weer overgaan tot de orde van de dag. Het zat er op, het was gebeurd. Wat zat er op Het slenteren langs tientallen min of meer Oosterse kraampjes, het ruiken van sateh, luisteren naar voornamelijk Indone sische klanken en bovenal het zien vari mensen: Indo's, Indonesiërs en Nederlanders ofwel de (verre) buren uit het Indië van weleer. Ja, en of je wilt of niet, soms krijg je dan die sfeer en entourage waarin niet alleen de nostalgici zich thuisvoelen, maar ook zij die heel nuchter kunnen verlangen naar iets dat moeilijk te definiëren is. Eén keer overviel me dat gevoel, dat was op de laatste zaterdagavond toen eindelijk een normaal aantal bezoekers binnen was, de zon door het glazen dak melancholiek afscheid nam van de dag en iedereen vol goodwill to men scheen. Zelfs de Indonesische delega tie liep glimlachend rond, tot dan meende ik een wat spottende blik ge zien te hebben. Onder meer daarom zei ik zojuist dat die bepaalde sfeer alleen soms werd ervaren: meestal waren daar Indonesiërs, Nederlanders en Indo's en zo voelde men zich ook, zo gedroeg men zich ook. Is dat dan niet logisch en wat is daar tegen. Ma'af, ma'af, niets, helemaal niets Ook de Pasar Malam is geen world of make believe. R.B. Akar Teki Akar Teki (Cyperus rotundus) is een algemeen onkruid, dat op Java voor komt tot 1000 meter boven de zee spiegel. Het is overblijvend schijngras, 10 tot 75 cm hoog, waarvan de bittere, aromatische wortelknollen als poeder medisch worden gebruikt, onder meer als middel tegen maagklachten, wor men, diarree, kiespijn en mondziekten. (Vervolg: "Rawah Banké") In oude sigaardozen van Negresco vond je botjes en beentjes (djimats) en onder een glazen plaat zag je ape- schedeltjes, gedroogde ingewanden en allerlei andere dierlijke kadavers. On ze wonderdokter zat dan deftig op een vouwstoel zijn waren aan te prijzen. De petromax op een houten kist van 'Friese vlag melk' liet het felle licht vallen op een opvouwbare openge slagen Duitse anatomische atlas: het menselijk lichaam op halve ware grootte. Voorts verkocht hij ook een rij medische boeken keurig opgesteld waarmee hij dan tegelijk zijn uitstal plaats duidelijk markeerde. Je kon op deze pasar uren vol vermaak door brengen. Als wij vakantie hadden was zo'n bezoek een groot feest. De vol gende morgen als het parkeerterrein keurig was aangeveegd stonden de sado's en delemans er alweer. (slot volgt) 28

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1984 | | pagina 28