O OPROEP Tjideng- en Tjitiapitbewoners neer hij niet gebonden is aan studio- orchestratie en wanneer hij nummers speelt waarvoor de steel gemaakt is: hawaii, country en krontjong. Maar een plaat om te hebben is "Sentimental steelquitar" zeker, gewoon als fijne achtergrondmuziek. Coy Pereira en Bill Torna zijn 2 Indische jongens die hun hele leven al muziek maken. Vele Indische jongens hebben dat gedaan of doen dat nog. Hun na men zijn nooit wereldberoemd gewor den, want hun successen werden op podia in het buitenland behaald, of in een hoekje in een restaurant of tijdens een koempoelan in een gehuurd zaal tje. Nederlandse camera's zijn zelden op hen gericht geweest en de platen maatschappijen kijken nog steeds al leen naar het paardenhoofd aan de muur en die griet die luistert naar de naam Ramona en door brandend zand de benen heeft genomen. De rest werd en wordt genegeerd en echt goede muziek van veel Indische jongens (en meisjes) bleef en blijft verborgen tot dat er niemand meer is die die muziek kan maken en er zelfs nagenoeg geen platen zijn om te kunnen luisteren hoe het was. De ondergang van een stuk cultuur noem je dat, tenzij we er zelf wat aan doen natuurlijk. RB. ALS JE DENKT Als je denkt: "Ik ben verslagen", is de nederlaag een feit. Als je denkt: 'k zal niet versagen", win je op den duur de strijd. Als je denkt: "Ik kan het niet halen", is de tegenslag op til, want het overslaan der schalen hangt voornamelijk af van wil. Moedelozen gaan ten onder, door hun twijfel, door hun vrees. Vechters winnen, door een wonder, telkens weer de zwaarste race. Denk: "Ik kan het" en dan gaat het. Iedereen vindt bij wilskracht baat en in zaken wint de daad het van het nutteloos gepraat. Als je jammert: "Ik ben zwakker dan mijn grote concurrent", blijf je levenslang de stakker, die je ongetwijfeld bent. Niet de Goliaths en de rijken tellen in de kamp voor zes, maar de fermen die niet wijken hebben vroeg of laat succes Ingez. door A. Devos Dit moet goed geklonken hebben. V.l.n.r.: Bill Toma, George de Fretes, John de Fretes en Coy Pereira. Ten behoeve van een scriptie over: "De Opheffing van de Vrouwen kampen Tjideng (Batavia) en Tjihapit (Bandoeng), zou ik gaarne in con tact komen met ex-Tjideng en/of ex-Tjihapitbewoners. Deze geschiede nisscriptie die Indië of Indonesië als achtergrond heeft, wordt geschre ven in het kader van een M.O. b akte. Er is al 'het nodige oriënterend voorwerk verricht, maar nu komt het aan op de feiten in de kampen zelf, die uiteindelijk al 40 jaar in het verleden liggen. Eigenlijk is het zo dat voltooien van de scriptie niet mogelijk is zonder uw hulp Wie is bereid mij te helpen met dagboeken, krantjes uit of buiten de kampen, foto's, tekeningen en herinneringen? Het gaat daarbij om ge noemde kampen, maar dan met name om de laatste periode voor 15 aug. '45 tot en met april/mei '46. Misschien is het goed om bij dit verzoek ook iets van mijn eigen ach tergronden en doelstellingen van de scriptie te vermelden. Ikzelf ben ex-Tjidengbewoonster. September '45 ben ik "gebolost" en naar Ban doeng afgereisd in gezelschap van mijn broer (ex-Tjimahi-bewoner), waar ook al snel de Bersiapperiode begon. Later zijn wij via Batavia weer naar Singapore gereisd en tenslotte in Nederland terechtgekomen. Na mijn huwelijk begon ik met deze geschiedenisstudie. Daarvoor ben ik o.a. onder Prof. Bastiaans sociaal werkster geweest. Het onderzoekswerk voor deze scriptie wordt begeleid door een hoog leraar eigentijdse geschiedenis, maar ik heb ook morele en praktische steun nodig in de vorm van bovengenoemde kampdagboeken, kamp- krantjes, tekeningen en kampkaartjes èn herinneringen. Na de Tjideng- reünie in september hoop ik een vragenlijst klaar te hebben, die als U wilt meewerken, aan U toegezonden wordt. Mocht persoonlijk materiaal, omdat het voor U van grote persoonlijke betekenis is, niet voor toe zending aan mij privé in aanmerking komen, dan is de documentalist van het ICODO (Willem Barentszstraat 31 c, 3572 PB Utrecht) genegen in e.e.a. te bemiddelen. Linksboven de enveloppe kan dan "Tjideng" of "Tjihapit" vermeld worden. Mijn bedoeling met de scriptie is, om het geschiedenis-mozaïek dat door de vele vernietigde archieven in de Bersiapperiode erg moeilijk in te vullen is, met uw hulp tenslotte toch naar waarheid in te vullen. Wellicht kunnen we elkaar daarmee helpen. W. M. Rinzema-Admiraal, Brêgebuorren 9, 9035 AP Dronrijp (Friesl.) telefoon 05172- 1584. Tenslotte verzoek ik U vriendelijk om, als U wat wilt zenden, duidelijk uw eigen adres en naam te vermelden mèt de uiterlijke datum dat U de stukken terug wenst te ontvangen. 15

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1985 | | pagina 15