I J.G. YSSEL DE SCHEPPER I ALLE VERZEKERINGEN NOGMAALS REÜNIE JONGENSKAMP TJIMAHI In het verslagje in het juli-nummer van deze eerste reünie (na 40 jaar!) heb ben wij wel het een en ander gemist. Natuurlijk is de hartelijke sfeer van die dag in een verslag moeilijk over te brengen op diegenen, die om welke reden dan ook - verstek moesten la ten gaan. In een van redactiewege drastisch ingekort verslag kon echter de emotionele kant nauwelijks aan bod komen; zo waren er meerdere ex- tawanans die, door wat zij in dat laat ste oorlogsjaar hadden meegemaakt, de confrontatie niet aandurfden en het dus hebben laten afweten. Degenen die zich over hun aanvanke lijke aarzeling hebben heengezet en er wèl waren hebben, voorzover wij we ten, het een geweldige dag gevonden. Het viel op hoe goed in de meeste gevallen het contact met vroegere hantyo's, slapies en sobats weer kon worden gelegd, ondanks alles wat wij in de afgelopen veertig jaar hebben meegemaakt. Echt ontroerend was de "hormat" die wij aan onze overleden kampcomman dant konden brengen via zijn weduwe en zijn zoon. De situatie in dit kamp was immers verschillend van alle an- EEN KOLONIAAL EREVELD IN ZWOLLE In onze vakantie besloot mijn echt genote het graf te bezoeken van haar grootmoeder, die in 1961, niet lang na haar aankomst in Nederland, in een Indisch bejaardenhuis in Zwolle is overleden. Twee tantes, beladen met risolles en lempers, vergezelden ons op deze dagtrip. Het kerkhof in Zwolle-Noord zou ik willen beschrijven als een der mooiste parken in Nederland; centraal een grote vijver met verschillende soorten lelies in bloei. De begroeiing bestaat uit talloze variëteiten van coniferen, loofbomen en heesters met daartussen onopvallend de graven. Een van de tantes bleek over onver wachte botanische kennis te beschik ken en vrijwel alle Europese bomen van elkaar te kunnen onderscheiden; ze toonde ons wilde kastanjes, beuken, eiken, platanen, te veel om op te noe men. Het graf van Oma, het doel van onze tocht, ligt tussen twee eindeloze rijen rechtopstaande gedenkstenen van overledenen die allemaal in Zand- hove zijn overleden, niet op dezelfde dag, maar in de loop van de laatste 25 jaar, de meesten van vrouwelijke kunne en geboren in plaatsen, ver dere interneringskampen: hier zaten - afgezien van een aantal volwasse nen, die leiding gaven - uitsluitend jongens van 11-20 jaar gevangen en een dergelijke emotioneel kwetsbare groep (puberteitsjaren!) was extra ge baat bij de bescherming, die de flinke kampcommandant met zijn staf tegen de Jappen kon bieden. Daarin schuilt ook het bijzondere van deze reünie. Het betrof een homogene groep in een uitzonderingspositie; in het Jongenskamp was het overgrote deel van alle geïnterneerde jongens uit heel West-Java geconcentreerd, alleen in Tjikoedapateuh (15e Bat., Bandoeng) was nog een andere (klei ne) groep jongens gevangen en ver der zaten er enkele in de twee andere kampen in Tjimahi (Baros 5 en 4e/9e Bat.), deze echter hoofdzakelijk omdat ze daar bij hun vader of broer waren. Omdat van de 1700 geïnterneerden van het Jongenskamp Tjimahi (de huis jes staan er nog!) pas ca. 400 konden worden opgespoord, is het belangrijk dat het adres wordt vermeld waar de ex-tawanans, die nu pas van de reünie horen terecht kunnen voor nadere informatie (misschien komt er nog eens een tweede Het adres is; Fred Stumpf, Julianalaan 63, 3871 VG Hoevelaken, tel. 03495- 3 53 97. HET ORGANISATIECOMITÉ BOKSEN (Moesson 1 mei 1985, nr. 18) Ik mis in uw interessante verhandelin gen/commentaren: Henny Quintemeyer, voor wie voetwerk en the art of self- defence een 2e natuur waren. P, RIJKE deeld over de gehele "Gordel van Smaragd". Plaatsen die ik nog kende, maar soms ook gehuchten waar ik nog nooit van gehoord heb: Klaten, Treng- galek, Poerworedjo, Padangpandjang, enz. Als je niet goed op de overlijdensdata zou letten, zou je kunnen veronder stellen dat tussen 1950 en 1960 een groot leger, bestaande uit voorname lijk bejaarde dames uit het voormalige Nederlands-lndië, Nederland is binnen gevallen en bij Zwolle in de pan is gehakt, zoals oude KNIL-legerberich- ten dat uitdrukten. Zoals oplettende lezeressen en lezers al begrepen hebben, waren dit men sen die door hun hoge leeftijd en mis schien ook door andere handicaps - zoals voor velen de taal - niet meer in staat waren in Nederland een nieuw leven te beginnen. Het werd slechts een ander einde dan ze zich vroeger voorgesteld hadden. Veel nieuwe graven zijn er de laatste jaren niet meer bij gekomen. Zoals ik van een functionaris van een plaatse lijke begrafenisonderneming vernam, is Zandhove geen Indisch bejaarden huis meer, hieraan blijkt sedert het uitsterven van geschetste populatie, geen behoefte meer te bestaan. The EEN MINUUT STILTE Nu de R weer in de maand is en alles in dit land weer min of meer normaal wordt - het weer was dat al gebleven - kunnen we weer uitzien naar gevulde speculaas. Als we ons niet vergissen, is het toch niet zo heel lang geleden dat we ook speculaas en banKetstaaf op tafel hadden. Dat is ook zo, nog geen jaar geleden was dat en nu al weer. "Wat gaat de tijd toch snel" zeggen we vervolgens en met routine volgen we het draaiboek voor de herfst- en wintermaanden. Zo tikt het leven voorbij en nu ik het woord "tikt" heb gebruikt, kan ik overgaan op de pen dule. Een vrij bescheiden wens van mij is het willen hebben van een pendule. Zo'n Westminster die duidelijk de kwartieren slaat en elk heel uur met een waar concert aankondigt. Dat laat ste kan wel eens lastig zijn wanneer je oor nodig is voor een gesprek of muziek, maar dat onverbiddelijke van dat gebimbam is wel een machtig iets. Je kunt natuurlijk ook zeggen dat het angstaanjagend is. Elke bim zegt dat dit moment voorbij is, elke bam zegt daarop dat dit moment ook nooit meer terug komt. Nooit. Bim: weg vrijdag 6 september 1985. Bam: nooit komt er meer een dag als vandaag. En dan is het stil. Je hoort alleen tik, tik, tik en dan weer een bam om ons te herin neren dat het getik wel degelijk be tekent dat de tijd voorbij gaat en dan met de klemtoon op voorbij. Het enige wat dagelijks terugkomt, is het getik en gebimbam. Maar dat is eigenlijk geen terugkomen, maar een voortdu rend doorgaan en hierin zit ook onze vergissing. Kwart voor twee gisteren is niet de. zelfde kwart voor twee van vandaag. Maar ja, kan ik wel praten over een pendule, ik heb een goed werkende centrale verwarming, dus geen haard, laat staan een schoorsteenmantel en dat is wel de enige plek waarop ik die gewetensvolle huisgenoot zou willen plaatsen. Maakt niet uit, ik heb ver schillende digitaal-klokken. We leven nu eenmaal in een tijd dat de waar. heid onhoorbaar wordt gemaakt. RALPH colonial war is over now, het is te hopen dat zij die de oorlog overleefden om hier te sterven, in Zwolle in vrede mogen rusten. R. SCHUCHNER ^Nlllll!!ll)ll1[lllll!illlllll!!ll!lllll!llll!llll!!ll!lllllllllll!l!lllll!lllllllilllll[l!ll!llll!llllllllll!ll!!llll!!llll!l!l![!llll|]l' Alg. Assurantiebedrijf "Argo" j Kantoor en woonhuis Corn, de Witt- laan 83, Den Haag, Tel. 070-55 71 72 flIIIIUIIllllllllIIIIIIIIIIIIIIIIIUIIIIIIIlllllllllliïiIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIlI 15

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1985 | | pagina 15