Vier generaties Van Kempen De overgrootouders en hun kinderen. V.l.n.r. achterste rij: George Leopold (1904), August Hendrik (1908) mijn grootvader, Johan Louis (1902), Christiana (1910), Willy (1914). Voorste rij: Overgrootmoeder Maria Magdalena Mesker (1881), Elly (1919), overgrootvader Johan Cornelis (1879). "I take pride in being an "Indische", who still likes eating rice with roasted or fried fish like my parents do. My dad (Mother died in 1982) and his old friends from Indonesia and Holland read your magazine and they often tell me and Ray, my american husband, about good old times in the Dutch East Indies before the Pacific War. Ray and I like to visit Indonesia as well as Holland, where still many rela tions live." JOAN NICKERSON-VAN KEMPEN Deze eenvoudige brief en de foto's werden ons maanden geleden reeds toegezonden. Ze kwamen te laat voor het "ouder"-nummer maar nooit te laat om te bewijzen dat het zoeken naar "roots" en identiteit voor velen gelukkig geen enkel probleem oplevert. Familie-foto's om naar te kijken, herinneringen om door te geven, de hele wereld een akker waar vreemde planten kans krijgen wortel te schieten Mijn vader Ewald en Moeder Elisabeth van Kempen-Korner. Mijn broers Helmuth en Glenn. Mijn grootvader Johan Louis en grootmoeder Eduarda van Kempen-van Soest. BON VOYAGE Have a good trip, Selamat Jalan e.d. advertenties in Moesson sporen je aan om eens ver buiten de grenzen te gaan kijken. Niet doen zegt L.D., rustig op je platje blijven zitten I Nu bèn ik voor het eerst eens een eindje buiten de grens geweest en was van plan daar iets over te vertellen maar voel me nu wel erg bezwaard. Maar er staat ook in Moesson dat je het blad moet propageren om abonnees te werven, dus ik vertel toch maar. Vaak lees je in Moesson iets over bergen, de schoonheid ervan, het ma jestueuze, en ik kan me dat dan niet erg goed voorstellen, want we kennen ze in Nederland niet. Een poos geleden was ik op Engelse les en een échte Schotse was onze lerares. Ze woont ong. 10 jaar nu bij ons in de stad en ik vroeg haar (naar aanleiding van een opmerking van haar dat ik bij de V.V.V. moest gaan werken vanwege m'n ly risch geschrijf over Westfriesland in een Engels opstel) hoe zij het hier in Nederland vond. Prachtig, écht zei ze, alleen ik mis de bergen, het is wat doods zonder ber gen, vond ze. En nu ben ik van de zomer (die geen zomer was en alleen daarom ben ik al blij dat we gegaan zijn) naar Italië geweest. Eerst de Al pen en daarna de Dolomieten. Schitte rend, prachtig, en erg mooi weer! Ook Venetië gezien, en bijna was de variant op Napels (eerst Napels zien en dan sterven) bewaarheid geworden (zou het dan tóch beter zijn om op je platje te blijven?) want de ramp die Italië trof op 19 juli j.l. (stuwdam breuk, meer dan 200 doden) daar reden wij op dat moment precies 30 km bij vandaan. We hebben er niets van gemerkt en niets van gezien. Alleen konden we in het hotel telefonisch de eerste dagen niet Nederland bellen om onze familie gerust te stellen. Op vakantie ontmoet je mensen. En zo ontmoetten wij ook twee Indische dames uit Almelo. Alleraardigste da mes en we raakten aan de praat en ik vanzelf over Moesson. Ze konden het blad niet. Begrepen me ook eerst niet. Nee meneer, wij zijn wèl lid van de Indische Pensioenbond. Ik uitleggen dat je niet lid wordt van Moesson, maar dat je gewoon abonnee bent op een tijdschrift dat speciaal voor Indische Nederlanders wordt gemaakt. O, zo? Zij hebben ons veel verhaald over In- dië, over liedjes en liederen, tradities, adat en hoe ze hun kinderen dat heb ben getracht hier toch bij te brengen e.d. Ze keken er van op dat ik zoveel wist en ook aanvoelde wat ze bedoel den. Ja, dat komt door Moesson We ontmoetten op een wandeling een mevrouw en mijnheer, geen Indischen wel Hollanders, die uit de Betuwe kwa men. Zij vertelden enthousiast over stenen verzamelen. Over het splijten om te kijken wat er binnenin zit. En alweer heeft Moesson mij geholpen door artikeltjes van de Lapidaristen Club en daar hadden zij nog nooit van gehoord. Lapidaristen Club, echt? Ja, echt waar I Deze mensen hebben mijn vrouw en mij een keer meegenomen op zo'n wandeling (wij durfden dat niet met z'n tweetjes, waren we nooit meer teruggekomen) zij hadden routekaarten en hebben ons gewezen op prachtige dingen in de natuur, zoals een schitte rende alpenweide met wilde anjers, vruchten die je kunt eten en nog veel meer. Om kort te gaan ik heb de adres sen van deze mensen en de Indische dames gekregen om ze een Moesson toe te sturen en wie weet abonneren ze zich wel. Al met al heb ik veel ge leerd en gezien op deze vakantiereis en dat is toch positief, ja toch M. SCHOEN 14

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1985 | | pagina 14