geitjes in mijn door Ma gecultiveerde krul len kwam vast te zitten. Ik was toen degene die brulde - Si Matjan moet zich een hoed je geschrokken zijn Oom Meulen had (toen?) zelf geen kinde ren en was dus een groot pedagoog I Hij somde op welke verrukkelijke handelingen allemaal te verrichten waren om het tijger tje tot wasdom te brengen, en vergat niet te vermelden dat de nagels regelmatig zou den moeten worden geknipt, en "Dat mag j ij doen", hetgeen mij het terechte gevoel gaf dat daarmee de balans in evenwicht zou worden gebracht I Ik moet nog vele malen deze matjan gezien hebben, en hem (haar?) hebben zien groei en met een verbijsterende snelheid. Maar het scherpst in mijn peutergeheugen werd gegrift: die schitterende kop met die on doorgrondelijke ogen, die beweeglijke neus, de warme kleuren van de vacht. Het moet oom Meulen groot verdriet gedaan hebben het dier weg te moeten doen toen het te groot werd. Hij sprak er later weinig over, en Matjan's eigen stoel is lang ongebruikt gebleven. THEO EERDMANS VI TIJGER OP KORSI MALES Wie beschrijft mijn opperste verbazing bij het zien van de foto's op bladzij 27 van het Moessonnummer 20 van de 29e jaargang, ik bedoel de tijger met jongen en tijger op korsi males I I Hoe bestaat hetdat jongetje ben ik, toen ik een jaar of 6 was en die tijger hadden we Radja genoemd. Verdorie, wat kan dat raar lopen Maar terug naar die tijger, want daar zit een verhaal aan, dat ik U niet wil onthou den. Radja kwam als verstoten zuigeling bij ons in huis. En dat kwam weer, doordat mijn oudste zuster Lex Haarman, assistente was bij onze dierenarts, die óók de dieren arts was van de Dierentuin in Bandoeng. U weet wel dicht bij het zwembad Tjiham- plas. Niet zo'n uitzonderlijke tuin met dieren, maar toch groot genoeg om er een tijdje in zoek te brengen. Aangezien mijn moeder een soort tangan dingin had voor planten en dieren en wij van kleins af tussen de dieren zijn opgegroeid, kwam elk probleem geval uit de dierentuin bij ons terecht. Hoeveel eieren van allerlei vogels er niet in onze broedmachine zijn uitgebroed, legio en je kon geen gek beest opnoemen of er is wel een jong bij ons groot gebracht. Zo kwam Radja dus ook bij ons, verstoten door de moeder, zijn zusje was al doodge beten en gelukkig redde de oppasser hem van de dood. Wij waren volkomen weg van Radja, vooral toen hij groter werd en ieder- Pas verschenen: NEDERLANDS-INDIË 1940-1946 (deel III) Geallieerd intermezzo 15 augus tus 1945 - 30 november 1946 door Jacob Zwaan Dit derde deel van de trilogie "Ned.- Indië 1940-1946" heeft als onder werp de episode na de Japanse capi tulatie tot aan het vertrek van de Engelse troepen uit Ned.-lndië eind nov. 1946, die bekend staat als de "Bersiaptijd". Evenals de twee vorige delen is ook dit boek met honderden, voor een groot deel onbekende fo to's geïllustreerd, wat deze prachtig uitgevoerde documentaire over een roerig en dramatisch tijdsgewricht des te boeiender maakt. Prijs 55,porto 6,50 BOEKHANDEL MOESSON "EPISODE UIT MIJN LEVEN" - door R. W. Dümpel Een zeer persoonlijk document van een man die terugkijkt op zijn leven voor, tijdens en na de oorlog. Prijs 9,50 inclusief porto. een angstig begon te kijken als hij bij ze kwam. Toen heb ik echt begrepen dat roof dieren niet gevaarlijk zijn, je kon alles met hem uithalen. Maar nageltjes wel geknipt, dong en niet alleen voor de bekleding en de gordijnen. Uiteindelijk moest hij terug naar de Dieren tuin, hoe lang we dat moment ook hebben gerekt, Pa vond het te gevaarlijk, hij gooi de ons ook bij het spelen soms wat hard handig op de grond en nooit huilen daarom, want wij wisten dat hij dat niet om menens deed. Gehuild hebben we toen Radja weg moestzakdoeken te weinig en we wa ren dagelijks in de dierentuin te vinden, soms in de kooi van Radja (stoer toch I). Tot bij de capitulatie was hij daar nog, als een fantastisch specimen van zijn soort. Helaas weet ik niet wat er tijdens en na de oorlog met de dieren is gebeurd, maar Radja en Ramon (de Orang Oetan) draag ik altijd in mijn hart mee. Ach ik kan wel door vertellen, maar ik mag maar 400 woor den gebruiken en daar ben ik al overheen denk ik, jammer, Hoe bestaat hetwaar Moesson toch niet goed voor is TH. J. HAARMAN INSTITUUT WIJNGAARDEN Bij de voorplaat (Moesson No. 4 on derste foto) nog een paar bijzonder heden die we de vorige keer wegens plaatsgebrek niet kwijt konden: Op de 1e rij rechts, 2e bank: Frans van der Capellen, Henri Jacobs (t)- Achterste rij rechts midden Leo Jacobs. Tweede rij rechts, achterste bank links: Mathil- de Jacobs. Andere meisjes waren: Ine ke Schreuder, Titi Clignet, Marlisa. Wie zijn de anderen? Graag opgeven aan L. Jacobs, Enschedelaan 63t 2541 CH Den Haag. FONDS RESTAURATIE KRATON SURAKARTA Verantwoording van via de Bank ont vangen giften: Stichting Thurkowfonds 2.500,J. Hesselbach-Vingerhoets 50,E. v. Helsdingen 25, Totaal ontvangen per 23-9-85 f 3.399, Voor hun goede gaven zeggen wij alle begunstigers van harte dank. Bijdragen voor de restauratie van de kraton kunnen worden gestort op Spaarrekeningnr. 3576.147.225 t.n.v. Coöperatieve Rabobank "Schevenin- gen" B.A. onder vermelding van: "Fonds Restauratie Kraton Surakarta". Het postgironr. van de Bank is 262130. STILLE GROET Nog geen minuut ben ik binnen geweest. Handdruk, dit zijn de boeken, belofte dat we er zuinig op zullen zijn, handdruk, bedankt en het beste. Ik zou in ieder geval 's morgens komen, dat was afgesproken toen hij enkele dagen eerder opbelde met de vraag of belang stelling bestond voor enkele oude boeken die hij weg wilde doen. Blijkbaar wilde hij meer weg doen. Zijn kamer lag orde lijk overhoop. Naast het voor ons bestemde stapeltje geschrif ten lagen er nog verschillende andere, met een papiertje voor wie het bestemd waren. Op de grond stonden dozen en schil derijen en her en der verspreid lagen nog stukken die zeer de moeite waard leken om nader bekeken te worden, maar dal was blijkbaar niet de bedoeling. Met ons stapeltje keerde ik dan ook maar weer deurwaarts en voor de tweede en allerlaatste maal drukte ik zijn hand. Terug, zien zal ik hem nooit want van daag of morgen is hij dood. Dat zie je soms en aan hem was het duidelijk te zien. Hij was oud en op. Moe van het leven was hij geloof ik niet. Tevreden zal hij gaan, dankbaar voor wat ge weest is maar de tijd is gewoon om en vlak voor tijd moet je je klaarmaken voor vertrek en dat deed hij dan ook. Van zijn bezit tingen maakte hij stapeltjes en elk stapeltje kreeg een bestem ming die hem goeddunkte. Wan neer dan de laatste geweest zal zijn om zijn stapeltje op te halen, zal hij gaan zitten in zijn stoel en tevreden rond kijken in zijn kamer die dan een stuk leger is. Klaar voor vertrek. En op verschillende plaatsen zijn mensen die wat spullen van hem hebben en die af en toe nog even aan hem zullen denken wanneer ze een oud boek open slaan en zijn naam in zijn hand schrift op de eerste pagina zien staan. Een bladzijde die vervol gens wordt omgeslagen. Mis schien had ik nog even met hem moeten praten, bedacht ik in de auto. Die behoefte had hij niet, antwoordde ik mijn twijfel en de auto werd gestart zonder eerst de vraag te stellen of ik hem misschien toch dingen had kun nen vragen. Maar dat is een veel te moeilijke vraag als je haast hebt. Oude mensen gaan en jon ge mensen laten hen gaan. Zo gaat het. RALPH

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1985 | | pagina 21