A BIJ DE VOORPLAAT (Foto: H. van Lawick van Pabst) 1986, NON PLUS ULTRA Als een opgewekt peloton draven ze 's morgens achter mij aan de trap af, naar het kattenluikje in de keuken. Vier katten met spanning kijkend naar het vier kante gat in de deur dat met één handbeweging van mij een stroom van koude lucht - en zo de Zon het behaagt - ook nog licht, binnen en hen uit zal laten. Dan volgt een manuaal dat ik al jaren met plezier volg. Een fractie van een seconde staan ze om beurten voor het open luikje stil om dan met een wip, net als een konijn, de sprong naar buiten te nemen. Daarna volgt de bekendmaking van het weerbericht: zijn ze binnen een halve minuut weer binnen dan staat er windkracht 8. Er is niets waar een kat zo het land aan heeft als aan wind. Motregent of sneeuwt het dan blijven ze nog wel een poosje in de tuin har ken. Stortregent het dan schieten ze als kogels terug door het gat, teroes door naar de eerste étage, om zich demonstratief eindeloos droog te lik ken. Ook zijn er van die dagen dat ze niet weten wat ze willen, sluipen in de keuken rond, mij verwijtende blikken toewerpend, alsof ik het weer in Nederland bepaald heb. "Schiet op", zeg ik, "moeten jullie eruit of niet, ik heb geen zin om de keuken te laten bevriezen!" Als drie van de vier kat ten wél gaan en eentje niet, dan be vriest de keuken toch, want het luikje moet open blijven. Vanmorgen dacht ik ineens aan het nieuwe jaar toen ik dat luikje zag waar de katten uitwipten. Hupsakee 1986 binnen, wat zal het ons brengen, wind, regen, sneeuw, warmte, ijs? Van alles wat? Zo'n nieuw jaar, we hebben het dan mooi opgetut met wijn, oliebollen, vuurwerk, hartelijke omhelzingen, kus sen en duizend wenskaarten, wat is het anders dan een simpel sprongetje van de ene dag op de andere? Van het oude jaar weet je wat het was, wat het je gaf of wat het je ontnam. Gekke is dat we alleen maar de tegen slagen schijnen te hebben onthouden, want we wensen elkaar steeds: het allerbeste, alles was wenselijk is, ver vulling van alle wensen en nog veel meer. Hebt u ooit een kaart ontvangen met: "ik hoop dat het nieuwe jaar net zo goed (in ieder geval niet slechter), voor je zal zijn dan het afgelopen jaar!" Misschien dat we in 1987 dan nog heel anders zouden piepen Toch valt me iets anders op; er zijn tegenwoordig van die simpele kaarten. Ik kreeg er eens een met eendjes, zich koesterend in de zon op een dichtge vroren poel. Dat is geluk bij een on geluk. Een mooie Keeshond (eerder in Moesson gestaan) in warme aan hankelijkheid met een rode kater: "Vrede op Aarde". Nog simpeler: een doorkijkje in een inlandse suikerfa briek, dat "inlandse" doelend op een primitief eigen bedrijfje waar de sten gels nog met de hand worden gesne den en geperst. Wel een foto uit een héél oud jaar. Er spreekt toch de stille wens uit naar eenvoud, primitief idee van tevreden heid en omvatbaar geluk. Niet het mooiste, het beste, het gelukkigste. Hoe is dat in vredesnaam nog te ver wachten in deze onwaarschijnlijke psycho wereld. Waar mensen elkaar genadeloos opruimen en dan jamme ren over kruisraketten? Waar geen tolerantie, geen consideratie voor el kaar bestaat maar waar hoog van de toren wordt getoeterd over discrimi natie en onderdrukking? Waar dage lijks de vreselijkste fouten worden begaan door mensen onder elkaar (nu even de regering maar erbuiten laten) en men als compensatie blijft door emmeren over eens gepleegde helden daden? Oudstrijders die elkaar het licht in de ogen niet gunnen en op de aller oudste dag nog blijven staan op de erkenning die ze nooit hebben gehad. Je wordt er wel doodziek van. Alsof er na 40 jaar niets belangrijkers is ge weest dan de herdenking van een oorlog die ons - godbetert - óók over komen is. Alsof er niet 40 jaar lang Nieuwe Jaren zijn geweest met goede wensen, kussen, wijn en oliebollen. Waarvoor dan allemaal als we toch maar achter het luikje blijven zitten met het oude jaar Goed, we slepen onze zorgen mee door het luik, zomaar begraven in de tuin kan niet. "Alsjeblieft niet onder de lupinen rotkat Ook niet daar bij de buren, krijg ik daar weer geduvel mee Ze graven wat af die katten van mij. U ook, hij ook, zij ook, ik ook. Maar we moeten wel, willen of niet. 1986 wacht achter het luikje non plus ultra, beter jaar is er niet. Laten we met de restanten van vorig jaar gewoon ver der gaan, proberen er toch iets rede lijks van te maken. Voor ons zelf, voor de kinderen. Ik wens u 12 maanden van rust en vrede tussen de klapper bomen. Wel even naar onze voorplaat kijken dan. Dag LILIAN DUCELLE LEVEND KERSTLICHT 1946, ergens in Indonesië. Op wacht in zijn stelling zag militair K. H. Tieland in de donkere nacht ineens dit wonderlijke boompje. Honderden vuurvliegjes hadden er de mooiste Kerstverlichting aan gegeven die men zich dromen kan. Kerstnacht in de tropen. Verteld aan zijn vader, de bekende schilder H. H. L. Tieland, maakte deze er een aquarel van die wij hier mochten reproduceren. 2

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1985 | | pagina 2