poirrié
9
Scheepvaart had niet buiten deze aan
koop gehouden mogen worden, maar
Aardeman wist uit bittere ervaring, dat
de molens van het Gouvernement erg
langzaam malen, wat wel voor de zo
veelste maal bewezen werd, gezien
het feit, dat men er pas na een jaar
achter was gekomen I Hoe vaak had
hij zulke vergaderingen zelf bijgewoond
die tijd vergden en waarop kritiek met
tegenargumenten moet worden ont
zenuwd, terwijl de goedkeuring - als
die zou wordèn verleend - als mosterd
na de maaltijd zou komen. Wat een
geluk dat de Lipoer, die ook voor het
vervoer tussen de eilanden was inge
schakeld, bij het opstellen van Aarde-
mans verdediging als 36.000 Straits
Dollars in de Gouvernements kas had
doen vloeien en dat na aftrek van af
schrijving en alle kosten De Lipoer
zou dus na nog een klein jaar afbe
taald en eigendom van het Gouverne
ment zijn.
Na het officiële standje dat hij moest
incasseren, deed het hem deugd, dat
de Directeur B.B. de boze brief ein
digde met de opmerking, dat het be
toonde (lucratieve) initiatief overigens
werd gewaardeerd en naar hij hoopte
in de toekomst niet achterwege zou
blijven. Een lachertje dus! Het Hoofd
van de distributie was J. H. Kuneman.
De contacten met de administrateur
Kraayenbrink van de Singkep Tin Mij
en Terwogt van de Bauxiet Mij te Ki-
djang waren van de aangenaamste.
Het was een machtig gezicht de grote
oceaanstomers aan de kade van Ki-
djang te zien liggen, volgeladen met
topkwaliteit bauxiet, die met bauxiet
van mindere soort gemengd moest
worden voordat het op de wereld
markt werd gebracht. Het was hart
verwarmend de enorme baggermolens
te zien werken, die in de zeeën rondom
Singkep dag en nacht bezig waren
het kostbare metaal aan de bodem
van de zee te ontrukken. Aardemans
hart zwol van trots als hij bedacht hoe
kleine, nietige sleepboten deze stalen
monsters duizenden mijlen over woes
te baren vanuit Nederland naar Sing
kep hadden gesleept. Hollands Glorie
Bestrijding van de smokkelhandel
De bestrijding van de smokkelhandel
vanuit Nederlands Indië naar Singa
pore en Malakka gaven het Bestuur
en de Gouvernements Marine ook
handen vol werk. Enkele oorlogsbo
dems patrouilleerden geregeld in de
wateren van de Riouw. Hoe vaak zag
Aardeman niet vanuit zijn kantoor deze
schepen binnen varen. Dan was er
weer werk aan de winkel. Dan kwam
men verslag uitbrengen met een tros
smokkelvaartuigen achter zich aan.
Riouw was namelijk een vrij handels
gebied. Er werden geen tol- of in- en
uitvoerrechten geheven. Er bestond
geen Douane. Dit laatste gold echter
niet voor de vaste wal van Sumatra,
dus ook niet voor Siak en Indragiri, de
op Sumatra gelegen afdelingen van
de Riouw. Alle bootjes, tongkangs,
prauwen, scheepjes of andere vaar
tuigen, die van Sumatra naar de over-
wal voeren en geen papieren hadden,
werden - als men ze te pakken kreeg
- opgepakt en naar Tandjoeng Pinang
gesleept. Indien mogelijk! Want wan
neer de smokkelboot in het nachtelijk
duister van Sumatra vertrok, was die
enkele uren later aangeland in Singa
pore of Malakka. Men kon gerust aan
nemen, dat niet meer dan 10% van alle
smokkelwaar gevangen werd. Maar
die hoeveelheid was al meer dan de
vendumeesters in Tandjoeng Pinang
konden verwerken! Er moesten lood
sen worden gebouwd om de gesmok
kelde goederen tegen wind en weer te
beschermen. En de openbare verko
ping, eens in de week, bracht tiendui
zenden dollars (Straits Dollars!) in de
Gouvernementskas.
Singapore hief wel uitvoerrechten op
goederen met bestemming buitenland.
Maar ter bevordering van de export
werden sommige artikelen, z.g. "ex-
Bond" naar de Riouw vervoerd. Ge
slepen handelaren van de overwal
brachten al snel met een officiële ex
portvergunning Player en Capstan si
garetten tegen ex-Bond-prijs naar Tg.
Pinang, per pakje 60 dollarcents. Van
wege de enorme hoeveelheid ex-Bond
sigaretten werden die terug gesmok
keld naar Singapore, waar zij voor 90
dollarcent werden verkocht, of tegen
een zodanige prijs, dat de Engelse
authoriteiten ernstige klachten bij de
Resident van Riouw indienden omdat
de sigarettenverkoop daar stagneerde.
De officiële prijs was daar 1 dollar 20.
Het was niet moeilijk aan te tonen, dat
de schuld bij de Engelse Administratie
lag. Die was blijkbaar niet in staat de
clandestiene her-import tegen te gaan.
Maar dit alles leidde er wel toe, dat
veel minder vergunningen voor export
van ex-Bond rokertjes werden afge
geven.
"Dat was dan weer een geweldige jaarwis
seling. Pa heeft een darmkoliek, Ma een
zenuwinstorting en Nono ligt met brand
wonden in 't ziekenhuis."
Op toeurnee in het gewest
Gemiddeld tien tot veertien dagen per
maand was Aardeman op tournee om
de eilanden te bezoeken, waar bestuur,
rechtspraak en medische verzorging
31/2 jaar hadden ontbroken. Daar on
derhield hij het contact met de aldaar
geplaatste Nederlandse en Inheemse
ambtenaren. De controleurs B.B. die
op die eenzame posten waren ge
plaatst, moesten na ruim één jaar
worden afgelost. Dat kwam doordat
zich bij enige ambtenaren mensen
schuwheid en melancholie voordeden.
Te lang in de eenzaamheid kan een
mens, van aard een sociaal wezen,
niet verdragen. Eén geluk ervoer de
Resident evenwel: de bevolking van
de diverse eilanden was zo weinig
in contact met de Jap geweest, dat hij
hier en daar met groot vertoon van
aanhankelijkheid werd ontvangen. Ja,
het gebeurde zelfs, dat men hem met
versierde prauwen een eind tegemoet
voer, terwijl men in de boot een groot
portret van Hare Majesteit Koningin
Wilhelmina meenam.
Enige jaren vóór de oorlog had de
Regering het zogenaamde "donkere
Zuiden" van de Residentie Oostkust
van Sumatra bij de Residentie Riouw
getrokken. Aardeman bezocht dan ook
het uitgestrekte gebied van de Sultan
van Siak, Bengkalis en Bagan Si Api-
Api. De sultan was echter met de
Noorderzon verdwenen. Men beweer
de dat hij uitgeweken was naar Atjeh
en daar was hij onbereikbaar gewor
den voor het Gouvernement, want
Atjeh kon niet worden bezocht van
wege de grote animositeit die daar
tegen de blanda's heerste. Het paleis
van de sultan was door de Japanner
ongemoeid gelaten, wat Aardeman het
bewijs leverde dat deze potentaat tij
dens de bezetting de zijde van Japan
had gekozen.
Een tournee naar deze streken duurde
meer dan een week. Het was voor
Aardeman een grote voldoening de
uitgehongerde en verziekte bevolking
weer in de verzorgingssfeer van het
Gouvernement te kunnen opnemen.
De arts en tandarts die hij op tournee
had meegenomen, hadden een paar
heel drukke dagen met de mensen, die
van heinde en ver waren toegestroomd.
Het herinnerde hem aan de eerste
B.B.-tijd, toen hij te paard of op de
fiets de eenzaamste streken bezocht.
Als Resident had hij slechts toe te
kijken. Hij kreeg de schoonste kamers
en het beste bed toegewezen, als hij
ergens logeerde. Meestentijds zat hij
op de comfortabele Enggano, sliep in
zijn hut of genoot van de avondrust
op het dek van zijn varend hotel. Hij
voelde zich dan als een miljonair met
een eigen jacht I
Het normale bestuurswerk bestond uit
correspondentie met de bestuursamb-
(lees verder volgende pagina)