DE BEGELEIDER UIT TEMPILANG SETIAKAWAN-LENING De 2e Compagnie van het VIIe Bataljon Infanterie was in 1946 gelegerd in Mun- tok, Bangka. De compagniescommandant gaf mij opdracht om in Tempilang, gelegen aan Straat Bangka tussen Bangka en Sumatra, een detachement op te richten voor een peloton. Een barakkencomplex van de Bangka Tin Winning werd als legeringsruimte in gebruik genomen. De eerste nacht verliep rustig, 's Mor gens lichtte ik mijn plaatsvervangend pelotonscommandant in dat ik cotact ging opnemen met het kamponghoofd. Ik zou binnen twee uur terug zijn. Zo dit niet het geval was, zou sergeant 1e klasse Siauta mij gaan zoeken. Ons detachement lag op anderhalve kilometer buiten de kampong. Ik trof het kamponghoofd en begon op oos terse wijze aan de opening van het gesprek, toen ik opeens één schot hoorde Dit kon alleen maar beteke nen dat er moeilijkheden op komst waren. Ik sloot het gesprek af, liep ogenschijnlijk rustig door de kampong en zette de laatste anderhalve kilo meter er de sokken in. Ik trof het detachement niet aan in alarmopstel ling, maar in rust. Sergeant Siauta lichtte me direkt in dat vlak bij de schildwacht een meisje van 9 jaar was gebeten door een dolle hond en dat één schot voldoende was om de hond neer te leggen. Onmiddellijk belde ik de dokter in Muntok op, die me vertelde welke maatregelen ik had te treffen: - de wond joderen - de hersenen uit de hond verwijde ren, zonder dat ze met een metalen voorwerp in aanraking mochten zijn gekomen - de hersenen op alcohol 96% zetten in een glazen pot - patiënt en hersenen opsturen naar het ziekenhuis in Pangkal Pinang en dit instituut tijdig waarschuwen. De schildwacht werd afgelost en ging het meisje zoeken in Tempilang. De beste jager kreeg de kloofopdracht van de hond. De hospitaalsoldaat zocht naar alcohol 96% en een glazen pot. De chauffeur kreeg opdracht zich gereed te maken voor een tocht naar Pangkal Pinang. De ex-schildwacht kwam het meisje brengen, de wond werd gejodeerd en beiden gingen weer terug om een familielid als be geleider op te halen. De hospitaal soldaat veranderde eigener initiatief alcohol 96% in dubbel gebeide rijst- arak. De jager deponeerde daarin de hersenen van de dolle hond. De chauf feur meldde dat hij gereed was. De ex-schildwacht kwam binnen met het meisje en haar grootvader. Grootva der was al erg oud, gekromd door het werk en was in het bezit van nog maar één tand. Ik lichtte grootvader in dat alles ge reed was voor vertrek naar Pangkal Pinang, maar daar had hij godsdien stige bezwaren tegen: "Het was tegen de wens van Toean Allah in om in een auto te gaan zitten Het kostte me drie kwartier praten vóór opa mijn compromis accepteerde. "Als het wél de wens was van Toean Allah, dan zou hij een kort ritje met de auto overleven. Als het tegen de wens van Toean Allah zou zijn, zou hij overlij den". Wel nu, het ritje bleek natuur lijk in overeenstemming te zijn met de wens van Toean Allah om door te rijden naar Pangkal Pinang. Opa ging er - overtuigd - mee akkoord, nam kleindochter en glazen fles onder zijn hoede en vertrok met grote snelheid naar Pangkal Pinang. Met grote snelheid, want het was dinsdag, de enige dag in de week dat er een vliegtuig vertrok naar Batavia en Bandoeng. Zou het meisje dit vlieg tuig niet halen, dan zou ze pas een week later naar Instituut Pasteur in Bandoeng kunnen vertrekken en in dat geval was herstel uiterst problema tisch. Ik belde het ziekenhuis in Pangkal Pinang op en meldde de dokter, dat de patiënt en haar grootvader onder weg waren en dat het laboratorium onderzoek voor 13.30 uur gereed zou moeten zijn. Bovendien zou ingeval de hond wèl dol was de passage tij dig gereed moeten zijn. Omstreeks17.00 uur kreeg ik de arts weer te pakken met als resultaat: de hond was dol, de passage was tijdig geregeld en Sociale zaken hadden opa en kleindochter gekleed en wat zakgeld meegegeven. De dokter had opa ingelicht dat genezing alleen mo gelijk was bij het Instituut Pasteur in Bandoeng, heel ver weg! En daarvoor was een grotere auto nodig! Opa stemde direkt toe en stapte van de jeep over in het vliegtuig. Ik weet niet wat er in opa omgegaan moet zijn toen die "grotere auto" de lucht inging. Toen ik enkele maanden later weer naar Tempilang terugkeerde nam opa contact met me op. Zij beiden hadden nieuwe kleding en zakgeld gekregen, werden in Ban doeng opgewacht door personeel van Instituut Pasteur, alwaar ze werden ondergebracht, voeding en zakgeld kregen. Zijn kleindochter kreeg elke dag een injectie van 10 cc met "soe- soeh" (melk), gedurende zes weken. Intussen had hij ook de nodige erva ring opgedaan. Hij was naar een bios coop geweest, had in een betja geze ten enz. enz. De terugreis was vlot verlopen. Zijn kleindochter was ge nezen zoals de kennelijke wens was van "Toean Allah" en hij kwam me bedanken voor alles. Tenslotte kwam hij met het verzoek "Als er in Tempilang weer iemand door een dolle hond zou worden ge beten of hij dan weer als begeleider mocht optreden, omdat hij nu de weg wist". Toen de gezinnen in december 1946 ook naar Tempilang konden komen, kwam het kleine meisje mijn vrouw één bloem brengen, de katja piring, wat een enorm cadeau was, want in heel Tempilang was maar één heester met katja piring en die stond in de tuin vanOpa! en hij droeg twee bloemen. K. J. SCHREK Binnen 24 uur geregeld en bij U Enige voorbeelden: thuis bezorgd. 16,3% 15,6% 13,9% 13,2% 13,2 12,9% 5.100,— 36 x 177,18 ƒ10.100,— 36 x 344,86 15.100,— 48 x 406,05 20.100,— 60 x 451,88 25.000,— 60 x 562,04 30.100,— 60 x 672,11 Leeftijdsgrens 64 jaar, kwijtschelding bij overlijden. Toezending prospectus op aanvraag. TELEFOON 078- 18 08 66 013-35 01 05 SETIAKAWAN FINANCIERINGEN bv Karei Doorma-nweg 9 - 3317 ZD Dordrecht - Geopend v. 9.00 - 20.00 uur Met droefheid geef ik hierbij kennis dat na een langdurige ziekte, voor zien van de H. Sacramenten, in de leeftijd van 77 jaar is overleden, mijn geliefde echtgenoot MAX COURT Suze Court-Schültze 15 februari 1986 5731 BL Mierlo Pr. Christinastraat 32 De crematie heeft op 19 februari 1986 plaatsgevonden. 11

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1986 | | pagina 11