Kucubung of Ketjoeboeng SCHILDERIJEN Doornappel - Datura De Datura of doornappel uit de familie der Solanaccae of Nachtschadigen kent wel 25 soorten. Als éénjarig kruid, als struik- en boomvormig; gekweekt en verwilderd. De plant is net als alle nachtschade- achtigen giftig. De Datura's hebben een voorkeur voor vochtige zonnige gebieden. Men ziet ze veel langs oe vers. Ze komen overal ter wereld voor, de mooiste in de tropen. De plant heeft groene of houtachtige stengels. De bladeren verschillen van grootte, zijn gaafrandig, gegolfd, heel zacht fluwelig behaard en langwerpig toegespitst van vorm; aan het begin van de voet ongelijk. De kleur is grij zig groen. De wortels zijn knolvormig. De trechtervormige bloemen kunnen wit, geel, rose of paars zijn. Ze va riëren in grootte van 8 tot 30 cm. Bij de struik- en boomachtigen hangen de bloemen en bij de kruidachtigen staan de bloemen rechtop. De Datura Métel wordt 2 meter hoog, heeft 10 cm lange bloemen die wit of paars zijn. De bloemen staan rechtop, de ronde stekelige vruchten hangen; de talrijke zaden zijn gelig bruin. De Datura Stramonium wordt wel eens dolkruid of duivelskruid genoemd en is bijzonder giftig. In Indonesië groeit de plant in de bergen. In Nederland in het wild op bouwland. Dit kruid ruikt onaangenaam. De bladeren zijn diep getand en eirond. De 8 cm witte bloe men en de stekelige langwerpige doosvrucht staan rechtop. Ze worden in droogboeketten verwerkt. Bloemkelk en eigenaardig ongelijk op de steel ingeplant blad van de kucubung (Da tura Suaveolens). Kecubung of Ketjoeboeng (Datura Candida of witte doornappel) De Datura Suaveolens draagt grote hangende bloemen die qua vorm en kleur op lelies lijken. Ze worden en gelentrompet genoemd. De Datura Candida (zie foto) behoort tot de struik- en boomsoorten. De bloemen zijn wit, bloeien rijkelijk en zijn 18 cm lang. De bladeren staan dicht opeen. Het is een mooi gezicht om de kinderen te zien - hun armen vol Datura's - in het berglandschap van Sri Lanka, die de bus afsnijden om te trachten de toeristen de bloe men voor weinig geld aan te bieden. Tegenwoordig is de Datura hier als kamerplant te koop. Zomers kan de plant naar buiten waar hij ingegraven wordt op een zonnig plekje. Veel be gieten en bemesten. Om een bossige struik te krijgen kan men de plant enige malen toppen. De topjes kunnen in februari gestekt worden op een warme ondergrond. Verder kent men nog de Kucubung Kasihan met enkele kleine witte bloe men en de Kucubung merah of itam met grote dubbele paarse bloemen. Veel Datura's hebben een bedwelmen de geur, vooral 's avonds en 's nachts. Ze lokken daardoor nachtvlinders die dan voor de bestuiving zorgen. Als geneeskrachtige plant wordt ze vele malen gebruikt, o.a.: De vlezige wortels dienen als anti- choleramiddel en tegen kiespijn. De bloemen worden gedroogd, opgerold en als sigaret gerookt tegen asthma. De bladeren van de paarse Datura worden gebruikt tegen reumatiek; Ku- cubung-olie tegen gezwollen gewrich ten en oorpijn (indruppelen). Bij kou vatten worden de ledematen gemas seerd met een mengsel van Kajoepoe- tih met Kucubungolie. Tegen maden wordt het fondament ingesmeerd met Kucubungolie. De maden raken be dwelmd en kunnen worden verwijderd. Niet voor inwendig gebruik Als men de gedroogde bloemen en zaden verbrandt en de rook ervan in ademt raakt men bedwelmd. Zo zegt men dat dieven via een bamboekoker tje rook in de slaapkamer blazen. Het slachtoffer raakt dan in een diepe slaap en de dief kan zijn slag slaan. Tegengif; sterke koffie, frisse lucht en wakker houden. Een plant met vele eigenschappen. NETTY SELDER Als kind maakte ik een schilderij, Het was in zwart en wit. Dat witte dat was heel veel sneeuw, Kale bomen was het git. Want dat wist je van plaatjes uit Nederland En Pa vertelde graag er van: Baantje-glijden, sneeuwpop maken, De vreugd die je dat geven kan. Maar buiten scheen de tropenzon, Een briesje als een warme zucht. Bamboeblad fluistert heel stil, Rijstdiefjes in hun vlucht. Een beeld van zwart en wit zie ik nu, Gevat in de lijst van het raamkozijn. De auto's sjlossen langzaam door dat wit. Waar zou dat strompelend mensje nog moeten zijn Ik maak een schilderij met veel kleur: Fel-geel-rood-oranje - veel groen, Een gloeiend-blauwe koepel daar overheen Net als zo'n plaatje van Indiëtoen. P. STOLK 12

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1986 | | pagina 12