INDISCHE SPEKKOEKEN Brown's Sugar Babies in Batavia, omstreeks 1933: klarinettist en leider Harry Braun, saxofonisten Piet Bruyn van Rozenburg en Harry v.d. Brink, trompettisten Ernst v.d. Puil en Eddie Krafft, bassist Tjoh Tomassouw, accordeonist (was de pianist) Eddie Grashuis, gitarist Albert Lapré en drummer Rohadi. En dank zij hun veelvuldige optredens voor de Bataviase Radio Vereniging en de NIROM werden de bands in de heie archipel bekend en geliefd. Heel wat dansavonden op de voorgalerij, ergens op Sumatra of Borneo, werden opgeluisterd met prima dansmuziek via de radio. Het was een heerlijke en onbezorgde tijd waaraan door de op handen zijnde strijd met Japan een pijnlijk abrupt einde kwam. Pas na de beëindiging van het conflict zou er, mèt het herstel van het Nederlandse gezag, een op leving komen van de Indische dans- orkesten. De vanouds bekende In dische jazzmusici die de oorlog over leefd hadden bliezen hun partij weer danig mee. Maar deze episode zou slechts van korte duur zijn. Na de souvereiniteitsoverdracht in december 1949 bleef er nog een klein aantal musici in Indonesië maar het werd steeds duidelijker dat er voor Neder landers geen werk meer was en zo verdwenen ze geleidelijk aan naar Nederland of de U.S.A. Dank zij hun muzikale begaafdheid en hun toewijding hebben zij gedurende een twintigtal jaren de Europese ge meenschap in Indië voorzien van jazz en dansmuziek van hoog niveau. En degenen die het mochten meemaken zijn er hun blijvend dankbaar voor Rythm-sectie van de naoorlogse Welfare-band van Charlie Overbeek Bloem in Hotel des Indes in 1947. Charlie Overbeek Bloem (piano), Dick van der Capellen (bas) en Boetje Pesulima (drums). MENSENLEVEN Oom Piet is overleden. Onverwacht en nog zo jong, begin zestig. Hij is inmiddels begraven, de grootste schok is verwerkt en de eerste storm van herinneringen aan hem is ook al geluwd. Oom Piet is er altijd geweest, hij hoorde bij tante Emmy en die woonde in Den Haag, waar ook de tantes Rien, Dee, Stans en Non woonden met de ooms Fred, Henk, Boy en Wim en hun kinderen die allemaal neven en nichten waren. Emmy en de andere tantes waren zusters van mijn moe der. Den Haag - Den Bosch was vroeger nog een hele afstand en daarom zag men elkaar maar een of twee keer per jaar. Maar in de zomer was het altijd een grote koempoelan in het zuiden, want daar woonde het grootste gezin en die had het ongeschreven recht om zich niet te hoeven verkassen. Oom Piet (en tante Emmy) bleven dan altijd enkele dagen logeren. Wat ik me daarvan herinner, is alleen dat het gezellig was. Ook als kind weet je wanneer het gezellig is. Buiten stond de motor van oom Piet, zijn trots waarmee hij langs 's Heren dreven raasde en soms mochten de kleintjes om de beurt achterop voor een ritje, 's Avonds als we in bed lagen, kwam oom Piet altijd even kijken en dat was eens wat anders als een oom hele maal uit Den Haag vrolijk binnen kwam om wat te praten. Maar als hij weer wegging, zei hij "sssttt, slapen anders wordt mamma boos". Even later hoorde je beneden weer zijn stem en gelach. Later hadden ze allemaal een auto en ook de logeerpartijen waren voorbij. Men kwam soms een zater dag op en neer en oom Piet vroeg dan hoe het op school ging. Weer later hóórde je alleen hoe het met hem en de anderen ging, want je was al het huis uit en ontmoette hen zelden meer. Op de dag van zijn heengaan heb ik hem ook herdacht. Ik zag hem weer komen en hoorde hem weer lachen. Toen ging ik rekenen. Zes jaar was ik toen hij al kwam loge ren en hij moet dus 61 min 26 is 35 jaar geweest zijn. 35 was hij toen pas. Even oud als ik nu bijna ben. Toen schrok ik even. RALPH TANTE NON's Franco thuis in speciale verpakking. Min. 500 gram f 20, Min. 750 gram 25, stort op giro 38 92 616 Mevr. F. Y. ROBERT-FLAMAND Mozartlaan 629 5011 SP TILBURG, tel. 013-56 08 35

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1986 | | pagina 5