BIJ DE VOORPLAAT GROOT VERLOF Een auto hadden we niet en geld evenmin, dus een vakantie zat er nooit in. We waren nog kinderen en de andere kinderen uit de buurt bleven ook thuis en daarom was er verder niets aan de hand. Tot dat de anderen wel weggingen. Naar Zeeland, de Veluwe, sommigen zelfs helemaal naar Duitsland en enkele onverlaten helemaal naar Zwitserland en Italië. Het woord "vakantie" kreeg toen een andere betekenis. Van "niet naar school" werd het "ver weggaan" en zoals dat gaat bij kinderen, je wilt niet achterblijven. Dus uitten de jongste drie van het gezin B. hun ongenoegen over het thuisblijven bij hun moeder. Vader zat op kantoor en voor sommige zaken was het beter hem via Ma te benaderen. "Wij willen ook naar het Lago Maggiore" werd gesteld, want naar die plas water gingen Truus en Henk ook ieder jaar en zij kwamen er altijd enthousiast vandaan met een grote groene meloen die rood van binnen was. Ma wilde eigenlijk ook wel daarheen en zei dat we inderdaad zouden gaan. Vanaf nu zou gespaard worden en volgend jaar zou een auto worden ge huurd, die Vick, nummer twee van het gezin die al een rijbewijs had, zou be sturen. Dit besluit werd met instem ming ontvangen en direkt meegedeeld aan de buurtkinderen en klasgenoten die vroegen waar wij dat jaar heen ge gaan waren. Om kort te gaan: het Lago Maggiore heb ik nog steeds niet gezien. Toch meen ik gezond te zijn naar ziel en lichaam, waarmee maar bewezen wil zijn dat vakanties geen voorwaarde zijn voor een normale ontwikkeling van een mens en dat de jaarlijks terug kerende vakantieneurosen van "ik zal en ik moet" de mensen zichzelf aan doen bij wijze van een luxe zelfkas tijding. Op het voorgaande kwam ik door de voorplaat, een stukje prachtige Suma- traanse aarde. Ik zie geen Indië in de foto, hoewel het er toen ook zo uit heeft gezien, maar wel Indonesië. En Indonesië betekent vakantie. Natuur lijk, ons land van herkomst, maar nu zijn we er toerist. Dat wordt je in alle gesproken en onuitgesproken toon aarden duidelijk gemaakt. Doet dat pijn? Mij niet. Mijn huis en thuis staan in Nederland, in Waddinxveen. Ze hadden in Indonesië kunnen staan, in dat huis op de voorplaat bijvoorbeeld. Dan zou ik een heel ander mens ge weest zijn en alles zou heel anders zijn. Maar nu, in Nederland, achter mijn typemachine, zie ik ook dat huis en vraag me af wat voor kruipend ge dierte zich allemaal ophoudt onder het huis. En daar is de vraag waar ik de auto zou moeten parkeren en of er licht is en stromend water. O ja, ik kan me gemakkelijk voorstellen dat ik daar 's ochtends wakker word en direkt uit kan kijken op zon, water, strand, prachtig groen en dat ik kan luisteren naar allerlei geluiden. Ik kan me zoveel voorstellen bij deze plaat, net zoveel als ik me toen voor kon stellen bij het woord "vakantie" Toen was daar het gevoel van "niet eerlijk" en "ook recht hebben op". Maar het lot besliste dat we niet zou den gaan. Nu kan ik gaan, maar met geen stokslagen krijgt men mij de deur uit, want my home is my castle en dat staat in Waddinxveen. Het had in In donesië kunnen staan, maar ook hier heeft het lot anders beslist. Zo kan dat gaan in een mensenleven, in het leven van een mens die veel kan wil len, zich veel kan voorstellen maar die het geluk niet kan zoeken waar hij niet zijn mag. R.B. TROUW TOT AAN DE DOOD IN EEN MOEILIJK JAAR Het is me het jaartje wel geweest voor Moesson, ik geloof voor iedereen wel. Astrologen en zieners hebben het mis schien wel geweten, maar écht weten doet men het pas als de tegenslagen en rampzaligheden voor de deur staan. Als je het maar druk hebt met je werk, dan is er weinig tijd om te piekeren over hoe- en waarom-toch, voort moet je toch. Voor Ralph was daar die moeilijke, tijdrovende en emotionele taak het proces tegen dr. L. de Jong te formuleren in artikelen, interviews met de pers en het uiteindelijke pleidooi zelf. En dat tussen de bedrijven van het redactionele werk voor Moesson door. Hij heeft wel het volle pond gehad van zijn verantwoordelijkheid als hoofdredacteur, van het Enige Indische Tijdschrift (bij de gratie Gods). Tjalie zal in zijn handen hebben gewreven I Het plan voor de nieuwe winkel en het idee van de muziekshow vielen ongeveer samen in de tweede helft van '85 en dat leverde een ontzagge lijke hoeveelheid voorbereiding. Het is bij Moesson altijd hollen, stilstaan is er nooit bij. Enfin, de winkel kwam er in februari '86 en het is een mooie winkel, al zeg ik het zelf en hij draait goed. Moesson's Muziekfeest is ook weer achter de rug. Ralph en ik zei den tegen elkaar: of het wordt erg goed of het wordt de grootste flop aller tijden. Het is het eerste gewor den, heus, daar is Iemand boven die ons wel mag. Maar Diezelfde is het ook geweest die vele van onze dierbaarste vrienden heeft opgeroepen. Zij gingen heen, onverwacht, Van Leeuwen, Verduyn, Lunel, Kossen en nog tientallen an deren uit onze naaste vriendenkring. En honderden uit onze lezerskring. Honderden. Nog nooit is het verlies aan abonnees door overlijden zo groot geweest als in dit afgelopen jaar. Bij het lichten van de kaart van de overledene treft me altijd de notitie die de aanvangsdatum van het abon nement aangeeft. 1959, 1960, 1961, het zijn veelal de trouwste abonnees die we de afgelopen maanden hebben verloren. De trouwste, maar ook de oudste. En dit proces zal zich lo gischerwijs de komende tijd voortzet ten, daar is niets aan te doen, maar dat het proces steeds sneller zal ver lopen, dat geeft naast triestheid, zor gelijkheid. Laten we er rond voor uit komen: ons bestaan hangt af van een bepaald abonnee-bestand. Beneden dat aantal wordt het moeilijk, mis schien wel op den duur onmogelijk om te blijven bestaan. Zover is het nog lang niet, maar we moeten vooruitzien en op alles voor bereid zijn. Moesson MOET gewoon meer abonnees winnen. Het percen tage afzeggingen om andere redenen dan overlijden is lager. "Mijn ogen laten lezen niet meer toe", "mijn AOW maakt een abonnement niet meer mo gelijk", redenen die aanvaardbaar zijn maar triest blijven. Cru klinkt de op zegging: "De laatste verhoging van een rijksdaalder is voor mij voldoende reden van een abonnement af te zien". Er zijn duurte-grenzen natuurlijk, gren zen die niet gelden voor de verhoging van tram- en treintarieven, koffie, sui ker, schoenen, de krant, tv-gidsen en andere bladen, benzine, auto's en woningen. Er zijn een miljoen onmis baarheden in ons moderne leven en Moesson behoort daar voor vele op zeggers niet bij. Dat was het wél voor degenen die heengegaan zijn na het blad 25 jaar en langer te hebben be schouwd als een deel van hun gees telijke behoefte. De brieven die wij kregen met: "Als Moesson in de bus ligt voel ik me weer compleet!" "Als Moesson te laat is, slaat me de angst om het hart, zou er wat gebeurd zijn?" De posttarieven worden verhoogd en om dat "te laat komen" in te dammen hebben we een iets hoger posttarief genomen, dat werd die verhoging van f 2,50 per halfjaar. 40 cent per maand meer, kan dat een reden zijn om bot weg te zeggen: voor mij hoeft het niet meer? Uit de enquette over het "nalezen", het gontjeng, bleek dat op elke 5 abonnees er één het blad doorgeeft aan familie of kennissen. Daarvan is het gemiddelde aantal nalezers 3. Er zijn zelfs meldingen bij van 8 nalezers! Op zichzelf een geweldig leuk be richt, maar even snel omgerekend, 2

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1986 | | pagina 2