TOKO MOESSON
De volgende ochtend gingen de kebon
en ik met een pikolan met daaraan de
pantji's nasi goreng opweg naar de
Stadswacht boys bij de brug. Toen wij
ter hoogte kwamen van de familie
Beer, Soekoen 59, bleek de brug
verlaten, alleen een witte vlag hing
"fier" aan een stok te wapperen.
"Mana bisa, bandera Blanda di tukar
poetih"(Hoe kan dat, de vlag van de
Hollanders is verwisseld voor een wit
te) zei de Kebon. Nu stond ik voor paal,
immers ik had altijd verteld, dat wij de
Jappen wel zouden verslaan. Terug
met de nasi goreng naar huis en daar
hebben wij nog dagen lang van moe
ten eten. Een deel ging naar onze
buren de familie Soerodjo. Dokter
Soerodjo onze vriend en huisarts,
heeft vooral na de capitulatie ons
gratis geneeskundige hulp verschaft
en in de bersiaptijd tijdens de boycot
periode, ons van voedsel voorzien.
Van ons huis heeft hij later een
polikliniek gemaakt, het had niet beter
terecht kunnen komen.
Maar de capitulatie was een feit, doch
in Malang zelf gebeurde er niets. Op 8
maart waren mijn zusters en ik op de
aloon-aloon, een Japans drijvervlieg
tuig gooide twee bommetjes en meer
is er niet gebeurd. Wel kwamen al
fietsende de eerste Jappen binnen.
Slordig gekleed, ongeschoren, maar
zo hadden zij heel Azië bezet, al
fietsende rond Azië. In het Zendings
ziekenhuis Soekoch werden gewon
den aangevoerd en weldra was het
een militair hospitaal. Ook de aangren
zende kinder-vakantiekolonie, werd
als hospitaal ingericht. De directrice
van de vakantiekolonie mevrouw Raaf
en haar dochter Hetty waren de enige
vrouwen, die in het hospitaal aanwe
zig waren, want de Jap had er onmid
dellijk bewaking ingesteld en niemand
mocht er in nog uit. Het wachtgebouw
stond bijna tegenover ons huis en het
geschreeuw van de wacht, wanneer
die in het geweer kwam, bracht bij ons
thuis toch een zenuwachtige stem
ming.
Door de Jappen, die bijna op onze lip
zaten, werd het luisteren naar de ra
dio uitzendingen uit het buitenland
een spannende aangelegenheid. Mijn
zusters en ik moesten op de uitkijk
staan, indien Pa zat te luisteren, na de
uitzending verdween de radio in het
schrijfbureau. Wij kregen ook nog een
dokter in huis, de kapitein Müller, die
als militair arts aan de overkant in het
ziekenhuis werkte. De Jap had er geen
bezwaar tegen, dat hij bij ons woonde,
maar niet voor lang. Toen alle militaren
achter het prikkeldraad verdwenen in
het 8e bataljon achter Rampal, toen
moesten ook Dr. Müller en Bep af
scheid van ons nemen. Wij burgers
bleven achter, tenminste voorlopig.
De berichten van onze gesneuvelden
bracht natuurlijk verdriet in diverse
huisgezinnen. De familie Plug kreeg
bericht, dat Nico in Tarakan was ge
sneuveld, mijn oudste broer overleed
in het Soekoen ziekenhuis aan zijn
verwondingen door de acties bij de
MLD. Zo bereikten deze berichten een
groot aantal Malangse families. Geen
lieve oorlog.
Pa maakte zich ongerust over mijn
broers en zwager, waar wij nog geen
bericht van hadden ontvangen. Ein
delijk hoorden wij dat mijn broer
Albert met de Tawali in Australië was
aangekomen, mijn broer Rinus op de
Poelau Bras niet verder was gekomen
dan Sumatra en mijn zwager Frits van
Beurden de laatste Glenn Martin voor
zijn neus zag vertrekken. Zij leefden
gelukkig nog.
Maar Pa bleef optimistisch en zijn
karabijn bleef weggestopt paraat. Heel
triest was het, toen de dag aanbrak,
dat de wapens moesten worden inge
leverd. Daar ging Pa in de dogkar met
zijn karabijn in foudraal naar het
Residentiehuis op de aloon aloon. Er
moet toen heel wat in hem zijn omge
gaan, hij had de oorlog verloren, zijn
Indië was niet meer, een teleurstelling
ook voor zijn generatie genoten,die
van ons Indië hadden gemaakt wat het
toen was.
Ons huis Soekoen 45 heeft de vijand
toch nog schade berokkend, niet door
Pa's karabijn, maar door onze hond
Kazan. Op een dag stak Kazan de weg
over, kwam tussen de spaken van een
Japanse motorfiets, Kazan was op
slag mati en de Jap ging over de kop
volkomen mampoes. Andjing dateng
Jepang mati. Soedah ja al.
THEO KAPPERS
Prins Mauritslaan 48 A
Den Haag, tel. 070-54 34 66
VERSE TAPE SINGKONG
niet uit de diepvries
11,50 per pond
Verrukkelijk om te goreng, voor
tapé-taart of in een koude drank
van santen en stroop.
Blijft gegarandeerd 3 weken goed
op een koele plaats.
NIEMAND
Vandaag heeft hij precies drie
woorden gesproken: 'kop koffie
graag en het liep tegen het
middaguur toen hij dat zei tegen
een serveerstertje. Toen het be
stelde werd gebracht, heeft hij
alleen maar geknikt en twee gulden
in haar hand gestopt, die met
"dank u wel" werden ontvangen.
Dat waren tevens de en/ge woor
den die vandaag tot hem gericht
zouden worden, maar veel meer is
hij allang met meer gewend.
In zichzelf praten doet hij nooit, 's
Morgens opent hij zijn ogen en
luistert naar buiten, naar het verkeer
en naar eventuele neervallende
regen. Hij staat dan op. maakt
koffie en gaat dan met een nog
dichtgevouwen krant bij het raam
(hij woont één hoog) zitten om naar
buiten te kijken zonder iets te zien.
Het is de om de tien minuten
voorbij rijdende bus die zijn raam
licht doet trillen die hem het sein
geeft zijn koffie te roeren en de
krant open te slaan. Hij leest ruim
een half uur. gaat dan het kopje
wassen (ontbijten doet hij nooit),
kleedt zich aan en maakt het bed
op. Als het regent, bhjft hij binnen,
luistert naar de radio, rookt en leest
een boek. 's Middags maakt hij dan
de teevee aan. Duitsland, en kijkt.
Hij bhjft kijken, tot en met het
laatste nieuws. Echt eten doet hij
dan met. Hij trekt wat open. gooit
dat m een pan en eet uit de pan.
Telefoon heeft hij met en de post
brengt alleen maar giro-afschrif-
ten en tijdschriften.
Een paar dagen terug was de
huisbel gegaan. Hij was daarvan
met geschrokken maar een fractie
van een seconde zat hij toch wel
roerloos. Niet vanwege de vraag
"wie kan dat zijn" maar door het
heldere, bijna vrolijke geluid van de
bel dat hem m die fractie direkt
deed herinneren aan blijheid. Toen
hij de deur opendeed zag hij een
collectant staan die vroeg ofhij wat
over had voor het Rode Kruis. Die
bel heeft toen die dag helemaal
veranderd. Hij bleef haar maar ho
ren en het zette hem aan om op te
ruimen hoewel er eigenlijk weinig
op te ruimen viel. Toen hij weer
ging zitten, had hij geen geduld
meer voor de teevee of voor een
boek. Hij wachtte, tegen beter we
ten in. maar hij genoot van dat
gevoel. Toen een paar uur later de
kamer helemaal donker was. ont
stak hij een lamp en maakte de
teevee aan.
Vandaag is het droog geweest en
hij heeft uren door de stad
geslenterd. Nu ligt hij op bed en
denkt en denkt. En niemand die te
weten komt wat hij denkt.
RALPH