VOORGEVOEL Wie zou 7 december 1941 kunnen vergeten! Deze dag, welke door de Ameri kaanse president Franklin Delano Roosevelt werd betiteld als de dag, die men zich generaties lang zou herinneren als de dag der schande (day of infamy), verliep voor de meesten van ons in het toenmalige Nederlands-lndië in een gezapig tempo, zoals meestal op zondag en ook verkeerden wij toen nog in zalige onwetendheid van het schokkende drama, dat zich op de vroege morgen van die dag op 9675 kilometer Noordoos telijk van onze archipel afspeelde. Daar, in Pearl Harbor op de Hawaii- eilanden, ging toen de Amerikaan se slagvloot onder een vernieti gende regen van Japanse bommen en torpedo's ten onder. In Indië waren er toentertijd maar weini gen, die het diezelfde dag nog vernamen en een van hen was het hoofd van de regeringsvoorlich tingsdienst te Batavia, die dit hoor de via een Amerikaans radiosta tion op de Filippijnen. Pas op de dag erna, op maandag 8 decem ber, maakte de NIROM ermelding van. Ik bevond me op de morgen van de achtste december in de tuin van mijn ouderlijk huis te Pradjekan, toen ik binnen mijn moeder op een nerveuze en opgewonden toon hoorde praten. Onmiddellijk ging ik toen poolshoogte nemen, om eens te horen wat er feitelijk loos was en hoorde toen, dat de Japan ners een onverhoedse aanval had den gedaan op de Amerikaanse marine-basis Pearl Harbor. Het was de allereerste keer, dat ik de naam Pearl Harbor hoorde vallen. Als bijna veertienjarige was ik toch al in staat te beseffen, dat dit voor ons geliefde Insulinde de nodige consequenties zou inhou den en het huilen stond me dan ook nader dan het lachen. Dat er in heel Europa, uitgezonderd het neutrale Zweden en Zwitserland, een oorlog woedde, daaraan wa ren wij reeds gewend, maar dat er een mogelijkheid bestond, dat de oorlog zich ook tot onze contreien zou uitbreiden, nee, dat was, al thans bij ons kinderen van die tijd, nooit opgekomen. Diezelfde dag nog vernamen wij, dat de Neder lands-Indische regering in opdracht van de regering in Londen, het Japanse keizerrijk de oorlog had verklaard. Onze hoop was nu geves tigd op de slagkracht van onze land-, zee- en luchtstrijdkrachten en op die van de Engelsen en Amerikanen, voorzover die in takt was gebleven. Maar toen hoorden wij via de radio, dat de Amerikaan se luchtmacht op Clark Field op de Filippijnen nagenoeg geheel op de grond was vernietigd en dat de onderzeeboot-basis Mariveles, ook op de Filippijnen, was platgegooid, hetgeen mijn vader geërgerd deed uitroepen: "wat voeren die Yan kees daar toch uit?! Slapen ze of hoe zit dat eigenlijk?!" Langzaam maar zeker begon hettot ons door te dringen, dat ons allemaal een zware tijd te wachten stond en dat alles in ons leven grondig veran derd zou worden. Daags daarna vertrokken verschil lende employés van Pradjekan naar hun oorlogsbestemming bij de landstorm, berg-artillerie, infan terie enz. en wij deden ze allemaal uitgeleide. Bij het zien van al die mannen, die wij heel lang hadden gekend en met wie wij plezierige en minder plezierige tijden had den gedeeld, kon mijn moeder tenslotte haar emoties niet langer bedwingen en barstte in nerveus huilen uit. Zou zij toen al hebben voorvoeld, dat zij behoorde tot degenen, die het einde van de oorlog niet zouden beleven? Soms ben ik geneigd te denken, dat het toen inderdaad het geval is ge weest A. POUTSMA Retour per persoon DENPASAR f 2.195,- AUSTRALIË met stop Jakarta/Bali f 2.800,- JAVA, BALI, SUMATRA, BANGKOK en SINGAPOREf 2.450,- Min. 2 personen 4 dagen UJUNG PANDANG/TORAJA f 485,- 4 dagen BALI f 1Z~,— 5 dagen TOBA MEERf 330,— 5 dagen MENADO f 245,- Inellogies, ontbijt, transfer airport-hotel v.v. Tour naar BUNAKEN (zeetuin), T0M0H0N en het meer van TONDANO. Tevens zeer goede logeeradressen in Ujung Pandang, Menado en Gorontalo. Vraag vrijblijvend informatie. ME TAN Vliegreizen, Keerweer 16, 2381 GC Zoeterwoude ii Mini mi iiiiiiii iiiiiiiiiiiiiiiiiiii ii ii iiiiiiiiiiii in illinium in mi" Oorlogsdreiging in Europa, ook in In dië, maar wie van ons stond er bij stil. Zo stapte ik de 7e december 's mor gens op de fiets om naar mijn werk te gaan (Bakkerij v.d. Veer en restaurant, t.o. de Plantentuin), daar aangekomen was Pa (onze baas) al kant en klaar en luisterde als elke ochtend naar de radio, totdat de stem van Koningin Wilhelmina door kwam en daarna het Wilhelmus. Wat er toen in ons om ging, we keken elkaar alleen maar aan en lieten zo onze gedachten gaan. Bij mij was het: Hoe zal 't verder gaan en wat staat ons te wachten? We waren net een paar maanden verloofd en zouden het komende jaar trouwen. Het is afgelopen, de djongos van v.d. Veer zal geen saucijzebroodjes meer hoeven te brengen bij de toean die paleiswacht heeft. Heb van hem geen afscheid kunnen nemen, is met onbe kende bestemming overgeplaatst. Voorlopig door blijven werken, af en aan kwamen er militairen in ons res taurant, op doorreis naar Bandoeng, tussen zoveel onbekenden toch nog een schoolvriend uit Malang ontmoet. Dan was er nog een vaandrig (reser vist) die er een gewoonte van gemaakt had bij ons z'n kopje koffie te gebrui ken, totdat ook hij weg moest. We hebben elkaar niet meer gezien en tot heden weet ik niet hoe of hij heette. Bij de capitulatie sloegen de rampok- kers hun slag, er was niet veel overvan bakkerij en restaurant, ik kon naar huis, ook daar was 't mis. M'n vader, broers en zusje kregen onderdak bij mijn getrouwde zuster in de Tjiwa- ringinlaan. Door die straat kwamen vaak onze jongens (krijgsgevangenen) met de Jap langs. Als we ze hoorden aankomen dan vlogen we naar buiten om te kijken of er ook bekenden bij waren. Er werd dan ook vaak wat geroepen of gevraagd, maar o wat een schrik, de Jap en één van de jongens keerden terug. Reactie van m'n vader: "Daar heb je 't gedonder!" Die Jap liet me weten dat ik mee moest. Met lood in de schoenen ging ik achter hem aan, klappen heb ik toch al eerder gehad, dit kan er ook nog bij, dacht ik, maar groot was mijn verbazing, de Jap en die jongen hadden zich ergens in een zijstraat verdekt opgesteld, toen ik er dus kwam riep hij: "Je hoeft niet bang te zijn, ik heb gezegd dat je m'n verloofde was." Ik speelde dus het spelletje mee en vloog hem om de hals. Zo gebeurde het dat ik z'n moeder in Batavia kon waarschuwen dat haar zoon in Buitenzorg zat en zij hem nog kon zien en spreken. Dit heeft niet lang geduurd want ook deze jongens gingen heel stilletjes weg, zonder dat wij wisten waarheen. iiiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii ii in in mi mi ii iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii in i minimum 11

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1986 | | pagina 11