Balische Schilderij-panelen PRAKTISCH EN MOOI VOOR DE KERST TOKO MOESSON Twee grote batik-paintings van bekende PURNOMO de (Vervolg: "Drie maanden waarin zoveel gebeurde") Lopen was onmogelijk, want de hele Postweg stond onder water, zeker 2 tot 3 dm. hoog. Gezellig inenuitde winkels, een grote wadjan gekocht, die hard nodig was. Ik heb me ook weer de weelde ver oorloofd om met een betjak naar huis te gaan. Ik wist toen nog niet, hoe vreselijk krap ik niet lang daarna zou komen te zitten. Met de komst van de Jap, begin maart hielden alle betalingen op, zeker die van de ambtenaren, zaten velen opeens zonder enige inkomsten. Maar ik wist het toen nog niet! Wie wel? Heel dom eigenlijk, maar ook gelukkig! Want wie kan ons die leuke en mooie herinneringen afnemen? Bij mij komen de fijne dingen naar boven, terwijl de nare, die ik later toch volop mee maakte, op de achtergrond raken. De hoofdbewoner van mijn paviljoen had op het grasveld vóór zijn huis ook een grote schuilkelder laten maken. Daar mocht ook ik in, met Siti en Moes, mijn overgetelijke baboe en djongos. Maar wie rende bij alarm het eerste naar die schuilkelder? Dat was Dicky mijn hond. Met zoveel correctie en nog de lessen van de hoofdacte-cursus vond ik die onderbrekingen naar de perlindoengan (schuilkelder) maar lastig. Ik nam dan ook meestal werk mee. Maar er werd te veel en gezellig gebabbeld, meest over de oorlog, maar ook over vroeger. De zoon van de heer des huizes zat op een der marineschepen. Hij is een van de weinigen die er goed afgekomen zijn. Maar wat hij vertelde was gruwelijk! Toen kwam de kerstvakantie, en ik ging gewoon naar mijn moeder in Malang. Daar zag ik duidelijk de ver anderingen. Toko Tayo weg, Saeki, toko Bromo met het zielige over beleefde manneke. (Mijn moeder zag hem later eens terug met allemaal goud-glinster op beide schouders). Wat ik het meeste miste was de kapperszaak Math a josh i, die sinds jaar en dag naast de missigit aan de aloon- aloon had gestaan. De gezellige dikke mama met de vele kindertjes kon mijn haar zo fijn behandelen. De oude heer was tolk geworden ergens bij het gemeentebestuur, niet zo n hoge baan dus. In Batavia mocht opeens de verboden film "The Mikado" weer vertoond worden. Ik erheen natuurlijk, maar op de terugweg kwam opeens luchtalarm. Alles pikkedonker, heel eng. Ik vlucht te de eerste de beste perlindoengan binnen en kwam struikelend overaller lei benen, naast twee Engelse solda ten terecht. Ik vond hettoch wel veilig, dat ze mij toen na all clear thuis brachten. Hun kamp lag in het ver lengde van mijn straat. Ze beloofden een paar dagen later weer langs te komen, maar toen ik 2 dagen later langs hun kamp fietste, was dat hele maal ontruimd. Niet lang daarna kwam het bericht, dat Palembang was geval len. Mogelijk hadden ze daar moeten vechten. Ja, toen drong het pas goed tot me door, dat het oorlog was. Ook toen Singapore zo vlug in handen van de Jap was gevallen. Dat had mijn Bombayer klontong mij voorspeld, maar ik geloofde hem niet. Aan de haven stegen grote zwarte rookwalmen omhoog. Allerlei installaties waren daar in brand gestoken. Op school kwamen hoe langer hoe minder kinde ren. De ouders hielden ze liever veilig thuis. Om de haverklap moesten we de schuilkelder in. Ik had al de zangboekjes van "Kun je nog zingen, zing dan mee" klaarliggen. Die werden meteen gepakt. Eerst was de zuster daar boos over. Bidden moeten we, niet zingen. Ik vroeg alleen, hoe of ze de weinige kinderen, die nog kwamen op hun gemak wilde stellen. Wie er nadien gezellig meezong? Juist! Even een gebedje van haar en dan maar zingen, of raadseltjes, of zelfs hoofd- rekenen. We hebben wel eens in de verte doffe knallen gehoord, en dan was ik zelf toch wel bang. Maar dat kan ook wel geweest zijn, omdat ik mijn hele leven doodsbang ben geweest voor mertjon. De hoofdacte-cursus werd gestopt, omdat de leraren landstormers, of stads- wachters werden. Verschillende leer ling-onderwijzers moesten onder dienst. Van mijn moeder kreeg ik bericht, dat haar gaan naar Tarakan, als Rode Kruis-verpleegster niet door ging, omdat die plaats gevallen was. In Batavia zag je nietveel buitenlandse soldaten meer. Ik heb wel een keer een Engelse soldaat in mijn betjak meegenomen. Ik reed naar Mr. Cornelis en hij stond zo zielig alleen aan de kant te liften. Hij was zijn onderdeel kwijt geraakt. Nou ja, geloof het dan maar. Een beetje ketjepit zaten we, maar we hadden veel plezier. Gelukkig is Engels de taal, die ik vrij aardig beheers, dank zij de uitstekende lessen van Mère Columba op de Mulo in Malang. Batavia was nu een spookstad. Een dreigende stilte overdag, verduistering 's avonds en 's nachts. Alles wat militair was, was naar Bandung. Batavia was tot open stad verklaard. De burgemeester wachtte op de over gave. Op 5 maart barstte de hel los over Batavia! Het was vreselijk! Ik heb dat van zeer nabij meegemaakt, want ik woonde op Petodjo Oedik, de straat, waar de Tangerangseweg haaks op staat. Een van de voornaamste wegen, waarlangs de Jappen Batavia binnen vielen, voorafgegaan door rampok- partijen. Ik hoorde het alleen, maar ben gespaard gebleven! God zij dank. WIL HAZENBERG-VERBEET WE HEBBEN ZE WEER, de glazenonderzetters met ver schillende wajang figuren. Set van 6 stuks f 21,50, porto f 3,— Donkerbruin leer met goud-op- druk. Een chique geschenk! Verzilverde, elegante brief opener met stadswapen van: Batavia - Bandoeng - Semarang Soerabaia - Malang - Medan f 24,50, porto f 2,25 Theelepeltjes met stadwapens f 9,50, porto f 2,25. Set van 6 st. f 55,— incl. porto Suikerscheppen f 1 2,50 (alleen nog Semarang - Medan - Malang) Kleedjes, doekjes, lopers in batik. POPPEN IN INDONESISCHE KLEDERDRACHT f 28,50, porto f 4,50 VERGEET NIET ONZE GROTE COLLECTIE WENSKAARTEN, PADI KAARTEN, INDISCHE BLOEMEN KAARTEN, etc. etc. Prins Mauritslaan 48-A, tel. 070 - 54 34 66, Den Haag oningelijst f 50, ingelijst f 135, Tafereel uit de Ramayana f 800,— Vrouwen op weg naar de pasar f 400,- 4

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1986 | | pagina 4