iwMè^ BRIEVEN OVER... KRUIDEN VAN DE BOVENSTE PLANK «f A f A -V MELISSE MET POIRRIÉ DE WINTER DOOR HELEMAAL NIET DE LEUKSTE THUIS Melisse groeit in Zuid Europa overal in het wild. Hier komt ze alleen gekweekt voor. De smaak en geur doen denken aan citroen, maar zijn weinig houd baar. Gedroogd heeft men er dan ook niet veel aan. Maar van vroeg in het voorjaar tot de late herfst kunnen we takjes en blaadjes blijven plukken, en door onze gerechten doen. Door de sla, in bonenschoteltjes. Bij het inleg gen van paling en haring, sauzen bij vlees en paddestoelen. De blaadjes worden meegekookt bij de bereiding van mei-bowl. Ook in Indische gerech ten kunnen we melisse toevoegen in de plaats van kemangi. In de oerap- oerap, petjel santen en brengkesans. Melisse, de naam zegt het al, (mei' is honing) is een bijen-plant. Maar niet alleen bijen houden van haar, want "wie melisse om de hals draagt, zullen alle dieren volgen "Melisse werkt prikkelend op 't hart en geeft daardoor lieflijke dromen. Het zou ook een geweldig middel zijn tegen hysterie, een kalmerende in vloed hebben bij hartkloppingen en alle pijnen veroorzaakt door nerveusi- teit. Thee trekken van tien gram op een liter water. In wijn gekookt en ge durende enige dagen genomen, sterkt het hart en hersenen en reinigt het de borst." Zo staat het in de boeken. Al metal een kruid, winterhard, waard om een plekje voor in te ruimen in de tuin. Houd haar wel in de gaten, ze is ondeugend en in staat de hele tuin voor zich alleen op te eisen. Dan gaat het wel heerlijk ruiken om je heen. Wat je noemt "sedep". Endan kunt u natuurlijk altijd nog bijen houden Van bijen gesproken: Toen ik nog in Ossendrecht woonde kreeg ik vaak een vriendin te logeren. En als ze dan weer naar huis ging wilde ze nog altijd even "de boer op" om olèh-olèh mee te nemen voor al haar buren en kennissen. Ja, dat hoort eenmaal bij mensen uit Indiëheerlijk Hij I iet me altijd los in "den hof", gaf me een mand en een mes pluk maar. Als ik kwam afreke nen, was ik een paar gulden kwijt. (Weetje nog Lil, waar we jaren geleden jonge dja- goeng plukten? Ik kreeg altijd ook een grote bos bloemen mee. Je hebt gehuild om de beeldige zomer- asters die je vergat mee te nemen.) Mijn vriendin werd door de kinderen altijd vreselijk geplaagd omdat ze zo "mata-krandjang" was, koopziek. "Weet je dat je bij hem ook zuivere bijenhoning kunt krijgen, tante Truus?" "Heus? Achwat jammer nou dat ik dat niet wist." "Nou, ik wil wel voor je bestellen?" "Nou, als je het doen wilt?" "Natuurlijk. Maar je moet er wel op wachten. Je komt op de lijst, want hij heeft maar één bij PLANTERSVROUW ALS U DE TAAL SPREEKT Toen wij een paar jaar geleden met onze dochter, die toen 13 jaar was voor het eerst in Indonesië, een "heim- wee"-reis door Java maakten op eigen gelegenheid en met het openbaarver- voer, belandden wij een keer in een warung in een kleine desa om de inwendige mens te versterken. Nou moet u weten dat thuis één van onze kennissen bij het opstappen na haar bezoek altijd zei: "Even kentjing- kentjong vöör ik mijn jas aantrek, hoor." Toen wij in die warung nu op ons eten wachtten, moest mijn dochter naar het toilet, liep naar een vrouwtje dat buiten de tuin aan het vegen was en vroeg: "Dimana kentjing-kentjong?" Opperste verbazing alom en een ver ontwaardigde dochter, die niet begreep dat zij niet begrepen werd E. LONISSEN EIGEN MOESSON Daar was ze weer, mijn eigen Moes son in de bus Als ik stukjes van Ralph Boekholt lees schaam ik mij dat ik zo lang een zwart-lezeres ben geweest, maar de fout ligt ook bij de abonnees, zij moeten zeggen: neem zelf maar een abonnement. Mw. J. ERENSTEIN-DE HAAN STRAATNAMEN Alle inzend(st)ers na het stukje van W. Oltmans zijn het erover eens dat het Pendrikan was en niet anders. Voor al uw leuke reacties hartelijk dank. Van de heer E. T. Schouten nog deze: "In de oude benedenstad was een straat met de merkwaardige naam "Kortademstraat". Naar verluidt was deze naam ontstaan in de tijd toen daar ter plaatse terdood veroordeel den werden opgehangen. "Nog één keer en dan moet je zelf maar kijken of jouw aansteker hier ligt." Tot mijn spijt en ontsteltenis is mijn praatje bij de mooie vruchtenvoorplaat van de vorige Moesson door sommigen (velen misschien) verkeerd gelezen en uitgelegd. Men las over het eerste, belangrijkste woord, het woord "STELwaarmee ik begon, heen, en toen werd het hele verhaal inder daad een aaneenschakeling van ram pen. Laat me u a.s. toerist, en alle reisbureau s bij deze geruststellen: Het eiland Samosir wordt niet door Cristo ingepakt, De Kraton van Yogya is niet afgebrand ook niet in Mini Indonesia. Pak Udjo en zijn orkest spelen nog steeds angklung, de Borobudur is niet ingestort, Pelabuan Ratu is voor ieder een toegankelijk en Njai Loro Kidul heeft in geen tijden iets van zich laten horen. De dierentuin in Surabaya is helemaal in tact, alle dieren in de juiste hokken, niets opgegeten. Bali is paradijselijk als altijd. Alles danst, verkoopt, offert, masseert, verbrandt lijken als vanouds en de Kecak wordt als altijd perfect uitgevoerd door keurige jongelui. Maar het voornaamste is wél waar: de vruchtentijd is er nu en alle vruchten op de voorplaat smaken net zo lekker als ze er uit zien. Ma'af, sorry, excuus voor het grapje, zal het nooit meer doen! Lilian Ducelle 19

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1987 | | pagina 19