i /i i J.G.Yssel de Schepper Je-Lah-Je-Rot en Je-Lah-Je-Kripoet De Heldin I-I ■W i fv,. HUMOR UIT HET OUDE INDIË De bezettingstijd zijn wij, vier vrouwen, buiten het kamp kunnen blijven. Die vier waren: mijn grootmoeder, die door mij "Opoe" werd genoemd, waarna een ieder die naam overnam. Mijn tante Jettie, de oudere zuster van Mams. Mijn moeder zelf en ik, toen een spichtig kind van 12 jaar. Ik was goed in bomen klimmen, op daken en hele smalle muurtjes lopen. Vanaf ons huis kon ik via alle achtermuren tot aan de Tjimahiweg komen. Ons huis was zowat leeg, alles met dagang omgezet in rijst, katjang en andere levensbehoeften. Onze tuin leverde ook groenten en vruchten. Om een beetje regelmatige inkomsten te hebben, had Mams de voorste helft van het huis verhuurd aan een familie, bestaande uit man, vrouw en kind. Vreemd genoeg, de man bleef buiten het kamp, waarom weet ik niet. Deze familie had kennelijk kontakten met een "luisterkring". Opeens werd een hele groep vrouwen opgepakt door de P.I.D. (Politieke Inlichtingen Dienst) en ook onze huurder verdween. Na een paar dagen kwam hij alweer thuis, maar tijdens zijn afwezigheid is er door ons wel wat gedaan! Mijn moeder wist het zeker: "wij krijgen beslist huiszoeking". Nou had Opoe een eigen goedang met kisten vol barang van vroeger. Waaronder grote portretten van de Koningin en het Prinselijk gezin. Affiches van Nederland zal Herrijzen, Bombardement op Rotterdam enz. Ook de speldjes die voor de oorlog verkocht werden waren nog in ons bezit. Papier kon verbrand worden, de vlag werd losgetornd en de afzonderlijke banen hier en daar bij het linnengoed en naaiwerk gelegd. Alles leek opgeruimd, behalve het grootste obstakel en misschien voor ons wel het gevaarlijkste! Het was een enorm zwaar brok, de oude radiozender (of ontvanger?) van mijn oom Loet, een van de eerste radio amateurs in Holland in de twintiger jaren. Toen hij in 1 937 naar Atjeh werd overgeplaatst, zouden wij dat voor hem bewaren. Er zaten nog lampen op, die hebben we onder het huisvuil met de grobak meegegeven. Het apparaat was ca. 80 x 60 cm en dan minstens 25 cm hoog. We hebben het eerst in de zijtuin begraven, onder die kleefplanten "vuile oortjes". Mams sliep slecht die nacht en besliste de volgende dag dat er een andere oplossing gezocht moest worden. Nu viel er op die bewuste dag iets te vieren. Alle Indonesiërs werden per rondrijdende luidsprekers opgeroepen naar Gambir te gaan. En alle hoge Japanse officieren die in de verdiepingshuizen om ons heen woonden waren voor deze feestdag ook niet thuis. Overal om ons heen was het doodstil. De djaga op nr. 7, het huis naast ons, was met zijn gezin stadswaarts getrokken. Toen kwam Mams met haar plan: Tineke de klimgeit, moest het doèn! Opoe werd aan de oude keukentafel in onze garage/- woonkamer gezet, zij moest patience spelen en was zo ook de uitkijk met het gezicht op de ingang van het erf. Haar koetang werd volgepropt met de juwelen van haar dochters (onze voedsel-veiligstelling voor de toekomst) en de beide speldjes met "Nederland zal Herrijzen" konden er ook nog bij, ze was van zichzelf al flink van gemoed. Toen begon Operatie Radio! Ik klauterde op het platte dak van de bediende w.c. van het buurhuis. Mams en tante Jet schoven het gevaarte langs de muur naar boven. Toen ik "beet" had, kon ik het op het dakje verder schuiven. Probeerde zoveel mogelijk te doen alsof ik met mijn klim- J hobby bezig was. Het moeilijkste moest nog komen. De zware bak moest ik zó van het dak afschuiven, dat het regelrecht de diepe put in zou schieten. Maar ik moest ook zorgen er niet achteraan te gaan. Het werd dus schatten en nog eens schattenhoe zou de boog moeten lopen om hem er precies in te mikken? Bij een verkeerd geschatte afstand zou het toestel op de grond of op de putrand terecht komen. Dat zou betekenen dat ik me aan de andere kant van de muur moest laten zakken en dan op eigen houtje dat ding optillen en over de putrand schuiven. Gezien het gewicht, was dat voor een 12-jarig kind niet te doen. Opoe zat te bidden boven haar patience-spel, Mams en tante Jet, onder mij in onze eigen tuin, deden hetzelfde, bijna geluidloos.En ik dacht zelf verder niets en zette mijn handen onder het toestel en kiepte het over de dakrand en daar ging hetregelrecht de put in. Ik liet me plat op het dak vallen, bleef liggen en toen kwam de knal. Of er een kanon werd afgeschoten! Zó hard klonk de slag toen het toestel met de bodem op de waterspiegel viel, het echode tegen de achtergevels van al die verdiepingshuizen om ons heen "God zij dank, geen mens te zien", hoorde ik mijn moeder zeggen. Ze zag spierwit en hielp mij met mijn trillende knieën zo gauw mogelijk weer van dat dak af. We gingen gauw naar binnen en daar werd ik lekker verwend met stroop soesoe en kwee talam. Opoe maakte haar spelletje af en ik pakte maar weer een fijn boek en ging zitten lezen. De volgende dag kwamen ze de huiszoeking doen en vonden niets. Alleen de oefenschriften stenografie van tante Jet werden meegenomen. Verder werden wij met rust gelaten. Alleen die knal, die hoor ik soms nog, mèt echo. TINEKE NAUTA-MEERTENS MlIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIM Alg. Assurantiebedrijf "Argo" 1 1 ALLE VERZEKERINGEN Kantoor en woonhuis Corn, de Witt- laan 83, Den Haag, tel.,070 - 55 71 72. 1 ïïiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiT De eerste herdruk van de meest gelezen moppenboekjes in een nieuwe frisse omslag. Nu beide delen "Je-lah-je-rot" en "Je-lah-je-kripoet" in één uitgave. Prijs f 22,50, porto f 4,50 BOEKHANDEL MOESSON 17

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1987 | | pagina 17