Herkenning in Tutunendo
door Lia van Broekhoven en Ben van Bronckhorst
Chocó, een fantastisch regenwoud doorsneden door ontelbare rivieren. Een
uniek gebied in de wereld maar onbekend. Wie verwacht zo'n tropische
omgeving aan de westkust van Colombia? We hebben een feestje. Ben gaat weg
en een aantal Chocoanen vonden dat aanleiding om een "despedida" (afscheid)
te organiseren. In Tutunendo, een klein mijnwerkersdorp langs de rivier met
dezelfde naam. Do is het Indiaanse woord voor rivier. Voor de bewoners van
Quibdó is Tutunendo al tientallen jaren een uitgangsplaats, te bereiken over de
"carretera" (hoofdweg) die de hoofdstad van het departement Chocó verbindt
met de Andesgebieden, het eigenlijke Colombia. Tutunendo ligt zo'n half uur
met de auto van Quibdo. (Eigenlijk maar tien minuten maar die carretera is toch
slecht!)
Ben van Bronckhorst was eind
1986 als "projectevaluator" op
missie in een Nederlands-Co-
lumbiaans ontwikkelingssamen
werkingsproject. In dat project
liep Lia van Broekhoven stage.
Hun ervaringen opgedaan in het
tropisch regenwoud van Chocó
hebben zij opgeschreven en
daarbij valt het op dat hun
Indische achtergrond geen ach
tergrond is, maar iets dat ge
woon verweven wordt in het
geen zij tegenkomen.
Het feestje is in één van de "banaderos
(badplaatsen) langs de rivier. Het wordt
al donker als we aankomen: zes uur
gaat de zon onder. De rivier is prachtig,
doorschijnend groen water. Een steen
achtige bedding verzekert een heerlijk
fris bad, als tenminste bovenstrooms
geen "dragas" (kleine zandzuigers van
goudzoekers) bezig zijn.
We bekomen met een bad dat de
vochtige hitte van de dag van ons
spoelt. Heerlijk! Waar doet dat ook
weer aan denken? In gedachten doe
men oude familiefoto's uit Indië op: Je
zou ze hier opnieuw kunnen maken,
precies aan de andere kant van de
aardbol en meer dan een halve eeuw
later. Mensen in badbak zwemmend in
de open natuur.
De rivier stroomt snel na de harde
regens vannacht. In Chocó regent het
tegen de tien meter per jaar; meer dan
twee maal zoveel als in Bogor. En ook
wint het departement op het gebied
van onweer; 250 regendagen per jaar
waarvan meer dan de helft zware
onweersbuien zijn.
"Bajo el fuego y la lluvia" (onder vuur
en regen), is de titel van een boek van
de schrijver Carlos Arturo Caiceido
Licona. Een treffende beschrijving van
het klimaat dat deze maatschappij van
nazaten van de vroegere slaven in de
Spaanse goudmijnen vormde. Een
wonderlijke omgeving: Afrika in Zuid-
Amerika! Diep in het regenwoud leven
nog de Indianen, afstammelingen van
het legendarische volk van "El Dorado"
(de Vergulde) wiens rijkdommen de
veroveraars aantrok.
We spreken Spaans met onze vrien
den. Maar het ritme van de muziek is
overduidelijk Afrikaans. Het "chiremia"
orkest doet ons dansen. Dans is thera
pie, vertelt Heriberto Valencia, kenner
van de Chocoaanse folklore en de
dans die de bewoners hielp te over
leven. De chiremia is een fascinerend
mengsel van Spaanse religieuze
muziek en een ritme van de westkust
van afrika. Pure jazz! Het swingt als de
klarinettist met de dansers meebe
weegt. Waar zijn we eigenlijk?
Lia maakt saté. Natuurlijk moet er saté
zijn bij een feest. Onze Chocoaanse
vrienden hadden er al eerder mee
kennis gemaakt, vorig jaar, toen Ben,
overigens voor een kleiner gezelschap,
rijst met saté en urap had gemaakt.
"Overheerlijk", was de conclusie, "dat
doen we nog eens over!" Het was
zover, die eerste november. Op zater
dag gaat men uit. Ons feestje is een
"familie bijeenkomst" met een dertig
tal mensen. Hollanders werkzaam in
een Nederlands ontwikkelingssamen-
werkingsprojekt en de Chocoaanse
collega's met familie. Mensen van alle
leeftijden. Een eenheid van niet bloed
verwanten. Zou het zo ook in Indië zijn
geweest?
Saté en "sancocho". Indische en
Chocoaanse feestspecialiteiten. Het
past prima bij elkaar, de bumbu's die
Lia gebruikte smaken de Chocoanen
goed. Lucero vraagt om het recept.
"En, mag ik wat van jullie "salsa de
soya" (kecap) hebben?" Natuurlijk.
Morgen gaat ze het zelf proberen.
De sancocho is een dikke soep van
vlees, kookbanaan, yuca (cassave),
prei, komijn, silantro. Mijn hemel, hoe
moet je dat alles vertalen? Als derde
generatie ken je de smaken wel, maar
heb je de details vergeten te vragen.
Toch maar weer eens met oma praten,
straks thuis!
We dansen chiremia en luisteren naar
de gitaarbegeleide balladen. Een verre
familietak van de keroncong muziek.
Daarom komt alles ons zo bekend
voor! We dansen chiremia maar be
wegen jaipong. Onze stijl vindt navol
ging. Jorge de Marchy die jarenlang
als topdanser werd beschouwd legde
het even af tegen de traditie van West
Java. Zo ver weg en zo dichtbij.
"Waar komen jullie toch vandaan",
vragen ze.
We wijzen loodrecht omlaag: van die
kant. Niet oost, niet west, de Choco
anen en wij zijn als tegenvoeters
geboren. Dwars door de aardbol heen
beseffen we onze nabijheid!
Een familiefeest in Tutunendo. Een
ceremonie zoals we die van kleins af
kennen; bij elkaar komen om te beves
tigen wat in de loop van de tijd tussen
vrienden groeide. Het gaat niet om
toespraken of andere deftigheden. De
Marchy's pogingen daartoe worden
lachend opzijgeschoven.
Het gaat om het samen beleven van
een sfeer die door onze samenwerking
is gegroeid. Ontwikkeling draait om
mensen. In onze families hebben we
die traditie al belevend geleerd. "Het
gaat om leven, niet om verfijning",
zegt één van onze vrienden. Was dat
ook zo in Indië?
(lees verder volgende pagina)
Balladen op de gitaar begeleid, een verre familietak van de kerongcong