restaurant ken dedes Javaanse traditie op Schiphol Diner Spectacle op 11 maart 1942 aan de Japanners overgegeven. Indien de guerilla, een militaire aan gelegenheid, wel gevoerd zou worden, zouden de burgers die zich daar toe geroepen voelden, verzetsgroepen vormen in de eigen vooroorlogse woonplaatsen. Dit ter ondersteuning van de in het bergland van Java agerende guerillastrijders. Omdat de Japanse bezetting volgens de alge mene opinie niet meer dan enige maanden zou duren, moesten de taken van deze verzetsgroepen afgestemd worden op de behoeften van de spoe dig te verwachten geallieerde strijd krachten. Zo bijvoorbeeld moesten de verzets- deelnemers informaties verzamelen over de sterkte van de Japanse strijd macht op het eiland. Daarbij was het onder meer van belang te weten te komen, waar de Japanse troepencon centraties zich bevonden, hoe groot die waren en van welke kwaliteit. Ook andere inlichtingen, zoals Japanse maatregelen op bestuurlijk, econo misch en financieel gebied en de effecten daarvan op de bevolking moesten worden vergaard. Verder moest worden nagegaan wat er met het Europese en Indo-Europese deel van de bevolking onder Japanse be zetting gebeurde en wat deze bevol kingsgroepen van de bezetter te ver duren hadden. Al deze en andere informatie moest naar een centraal punt op Java, d.i. Bandoeng, worden gezonden. Daar zou dit materiaal gebundeld en ge schikt gemaakt worden voor radio grafische verzending naar Colombo en Australië. Op deze wijze zouden de geallieerde hoofdkwartieren op de hoogte worden gehouden van de algemene situatie op het eiland. De militaire inlichtingen zouden de ge allieerde strijdkrachten van groot nut kunnen zijn als zij tot actie zouden overgaan. Verder moesten aan de guerillagroepen hand- en spandiensten worden verleend. Werd dit takenpakket voor het verzet op Java omvangrijk genoeg geacht, de uitvoering daarvan zou met vele kosten gepaard gaan. Voor de bestrijding hier van stelde de Nederlands-Indische regering fondsen beschikbaar. Met de verdeling daarvan belastte zich onder meer het lid van de Raad van Indië Ch. O. van der Plas, die gouverneur van Oost-Java was geweest. Van de door hem benaderde Indonesische natio nalisten was mr. Amir Sjarifoeddin bereid een verzetsgroep te vormen. Toen het Indische opperbevel besloot de guerilla af te gelasten, werden de taken voor de verzetsgroepen uitge breid. Zij moesten toen ook wapens en munitie verzamelen en dit en ander oorlogstuig in bepaalde gebieden concentreren, verdeeld over de drie provincies die Java telde. Deze arbeid moest binnen drie maanden voltooid worden, opdat de intussen gevormde groepen ex-Knil-militairen en Europese en Indo-Europese jongeren gereed zouden zijn voor het ondersteunen van de geallieerde invasie op het, eiland. In de eerste plaats zouden de Japan ners in de rug worden aangevallen, waarna men zich bij de gelande ge allieerde troepen zou aansluiten voor de voltooiing van de herbezetting. De drie concentratiegebieden waren Bandoeng en omstreken, Magelang en Malang met als achterland Java' s Oosthoek. Traditioneel waren deze plaatsen sterk aan het Knil gebonden. Het zenuwcentrum van de contacten tussen Bandoeng en die plaatsen waar verzetsgroepen zouden worden ge vormd, was het departement van ver keer en waterstaat te Bandoeng zelf. Onder meer moest de P.T.T. zorg dragen voor het gereed maken en verzenden van zend- en ontvangst- apparatuur. Uiteraard waren deze voorbereidingen niet alleen op Java gericht. Per legertransportvliegtuig (Lockheed Lodestar) werd een derge lijke omvangrijke zender naar Midden- Sumatra overgevlogen ten behoeve van de troepen onder generaal Over- akker. In dit kader bezien wordt het ons begrijpelijk, hoe koortsachtig de ver schillende lokale verzetsgroepen op Java na 9 maart 1942 bezig waren met de uitvoering van de gestelde taken. Ook toen juni 1942 voorbij was zonder dat er iets van een geallieerde invasie te merken was, ging men onverdroten verder. Thans met de uitbreiding en vervolmaking van de organisatie van het verzet op Java. Midden in deze tweede fase werd men overvallen door het ingrijpen van Kempeitai en P.I.D. De arrestatie van de voornaamste coördinator van hét Java-verzet, kapitein R. G. de Lange, op 17 augustus 1942 was een klap voor het verzet op het eiland. Ze luidde feitelijk het einde ervan in. Inmiddels was een drietal jongeman nen op 6 juli 1942 er in geslaagd de vissershaven van Batavia op het zeil jacht Pieternel te ontvluchten. Zij had den gegevens over de situatie op Java bij zich en slaagden er in geallieerd gebied te bereiken, Rodrigues, 300 zeemijl ten oosten van Madagascar. Een zelfde succes boekte een groep onder H. J. de Haas, die op 27 sep tember 1942 Java verliet en op de laatste dag van dat jaar in Australië aankwam. Men kan zich achteraf niet zo erg verheugen op deze successen, omdat slechts déze twee vluchtpogingen vanuit Java gelukten. Dat wist men toen, eind 1942, echter niet. In elk geval was Van der Plas optimistisch gestemd over de mogelijkheden met Java in contact te blijven. Tegen deze achtergrond is het te begrijpen dat vanuit Australië vanaf september 1942 tot begin augustus 1943 welgeteld zeven commandogroepen naar Java zijn gezonden om er gegevens te verzamelen en zelfs verzetsgroepen te organiseren. Zij zouden zelfs personen uit het Kesilirkamp naar Australië moe ten trachten doen uitwijken Geniet onbeperkt van een ruime keuze uit gerechten van Javaanse oorsprong. Menu a f 35,- p.p. Kinderen tot 7 jaar f 17,50 p.p. In de maand oktober speciale aandacht voor de bruisende Balinese dansgroep I MADE DJIMAT met 32 dansers. Diverse avonden treden zij op in restaurant groot Ken Dedes. Prijs all-in f 85,- per couvert. Bel voor informatie en/of reservering: 020- 15 21 50 Dagelijks geopend: 12.00 - 15.00 en T7.00 - 23.00 uur en zaterdag en zondag: 12.00 - 23.00 uur. H.E.M.S. B.V., Avioramacomplex, Luchthaven Schiphol. 17

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1987 | | pagina 17