Het omstreeks 1810 gebouwde paleis van de sultans van Ternate, dat plaatselijk bekend staat als de Kedaton. Toegangspoort tot het paleis van de sultans van Ternate. van de 10de Sultan van Ternate ligt begraven en tot op de dag van vandaag worden driemaal per week door leden van de sultans-familie o.a. bloem blaadjes geofferd op dit graf. Het huidige paleis op het eiland Ternate is rond 1810 gebouwd door vermoe delijk een Engelsman en bestaat be halve de troonzaal en de schatkamer Kamar Pudji uit verschillende ruimtes voor de Sultan, zijn naaste familie en bediendes. Het hofleven van Ternate moet bijzonder kleurrijk zijn geweest en het is een zekere J. T. Bik die hiervan in het begin van de 19e eeuw een beschrijving geeft tijdens het bezoek van de expeditie van Professor Reinwardt aan Ternate in 1821. "Bij onze komst vonden wij den tuin van het paleis met flambouwen verlicht, en eene kompagnie inland- sche soldaten in eene dubbele rij geschaard tot aan de trappen van den koepel. De Sultan en zijne Rijksgrooten ontvingen ons min zaam, terwijl de militairë muzijk de Nederlandsche volksliederen uit voerde. De Dames werden door de zonen van den Vorst uit hare rij tuigen geholpen, en toen het rijtuig van den Resident voorreed, had de Sultan de beleefdheid, deszelfs gemalin persoonlijk naar boven te geleiden. Ik was verwonderd over den onge dwongen en toch wellevende toon, die bij deze ontvangst heerschte. De kleeding van onze hoogen gast heer was rijk en sierlijk. Hij droeg eenen donkerblaauwen lakenschen rok, met gouden borduursels op den kraag, de mouwopslagen en de panden; de met edelgesteenten bezette kroontulband prijkte met twee groote zwarte vederen; Gene- raals-epauletten dekten zijne schouders, terwijl eene zwaar ver gulde sabel langs den witte pantalon afhing." De heer Bik beschrijft vervolgens hoe de "soiree" aan het hof van de Sultan verloopt; hoe de "oorverscheurende" klarinet wordt gebruikt; hoe "wan luidend" het Inlandse lied gezongen werd en zijn beschrijving van dansers is zonder meer beeldend: "Door een voordanser, een "vol wassen" jongeling, aangevoerd, daalden zij in grootte af, zoodat de kleinste, nauwelijks vijf jaren oud, met zijn driekanten steek van welks beide achterste punten paradijs vogels afhingen, zijn oud-Spaan- sche rokje, met wijde mouw-op- slagen, groote knoopen en belletjes aan de ellebogen, en zijn houten degen, volmaakt een aangekleeden aap geleek." Een dergelijk hoffeest zullen we nim mer meer aan het hof van de Sultan van Ternate kunnen bijwonen. In het jaar 1976 werd mede dank zij de toestemming van Sultan Muda Mudafar Syal het oude paleis, de "Kedaton" overgedragen aan de Indonesische overheid. Op 29 april 1982 was het paleis gerestaureerd en kon het als museum worden geopend door de Minister van Cultuur, Menteri Pendidi- kan dan Kebudayaan, de heer Daoed Joesoef. Verscheidene relikwieën van het oude Sultanaat staan in dit museum (lees verder pagina 31) De kroon van de sultans van Ternate, t B bezet met o.a. amethisten, citrienen en bergkristallen, die tot voor enige jaren op deze wijze tentoon werd gesteld in de kroonkamer. Tegenwoordig is dit histo- 9 rische relikwie in een beter afsluitbare vitrine opgeborgen. In de troonzaal van het paleis staan verscheidene attributen van het sultanaat (Foto: Mevr. K. Platenkamp) tentoongesteld, zoals de statie parasols. 15

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1987 | | pagina 15