STRIPPENKAART proefden en roken ervan. Poppedeine, m'n jonge poes was helemaal wèg ervan, ik vond hoe langer hoe meer stukjes en flarden op de grond, ze at niet meer en keek zó hemels dat ik 't verdacht ging vinden! En ja hoor, ze was high! Ze kreunde en rolde en at alléén nog maar van de ketjoeboeng die hoe langer hoe kaler en armetie riger werd. Toen heb ik een kordaat besluit genomen en de boom in de tuin, in de wind (och arme!) gezet, waar ze totaal en onverdiend verkom merde en ter ziele ging! Uit 't bereik van Poppedeine, dat wel, die achter 't raam met weemoedige ogen naar haar dope gluurde! Maar na een poos werd ze weer normaal, ze at weer en was normaal speels en ondeugend. THERA MOOYEN KETJOEBOENG (II) Ketjoeboeng (Kecubung) is in Indone sië de algemeen gebruikte naam voor een aantal plantensoorten, waaronder Datura metel, verwant aan de ook in Nederland voorkomende Doornappel (Datura stramonium) welke soort overigens ook in Indonesië verwilderd voorkomt. D. metel is in de archipel wijd verspreid en is afkomstig uit Zuid Azië. Beide soorten hebben gestekelde vruchten met veel zaden die grote hoeveelheden giftige alkaloiden bevatten (hyoscya- mine en daturine). De plant afgebeeld op de voorplaat van het Kerstnummer 1987 behoort weliswaar eveneens tot de Nacht- schadigen (Solanaceae) en wordt in Indonesië met dezelfde naam (Ketjoe boeng) aangeduid, maar is de uit Zuid Amerika afkomstige Brugmansia sua- veolens. In tegenstelling tot Datura zet Brugmansia in Indonesië vrijwel nooit vrucht. Op Tangkuban perahu boven Bandung wist ik één plek in het bos waar een struik stond die regel matig vrucht droeg, een spoelvormige, ca. 10 cm lange, gladde vrucht. Naast deze soort wordt ook Brugmansia Candida gekweekt met opvallende dubbele bloemkroon. Beide genoemde soorten bevatten weinig of geen giftige stoffen. M. M. J. VAN BALGOOY MALEISE SHANTY SATOE KALI LAG! Er kwamen nogal wat reacties over de Maleise shanty "Gojang Sagé" (zie Moesson van 15 mei 1986) en te vens waren er verschillende mensen die gebruik gemaakt hebben van het aanbod om de melodie op notenschrift in hun bezit te krijgen. In het maritieme blad "De Blauwe Wimpel" werd hetzelfde artikel in iets gewijzgde vorm afgedrukt mét de muziek op noten, zodat met een zekere mate van waarschijnlijkheid gezegd kan worden dat hier en daar in huizen staande in steden, in dorpen en in de polders van het Hollandse landschap. deze Maleise melodie ten gehore gebracht werd. Een Moesson-lezeres Buskens de la Rie wist nog een ander couplet te melden. Wijlen haar echtgenoot had tijdens de Japanse bezetting die woorden nl. van z'n wat weemoedige Ambonese celgenoot gehoord, die dat liedje vaak zong als hij van de vrijheid en Ambon droomde. De tekst is als volgt: Roemah tangga roemah batoe biroe ba roe ka win tapé soeda kliroe Huis met trap huis van blauwe stenen pas getrouwd en al een vergissing Een andere Moesson-lezer T. A. Rijke kende zo n couplet in iets gewijzgde vorm en wist ook nog te vertellen dat deze vier regelige liedjes vaak spontaan tijdens het werk of tijdens het marche ren gemaakt werden en dat deze spon tane dichtkunst vaak grote hilariteit en bijval uitlokte. Het volgende couplet, waarvan de vertaling zeer "vrij" gehouden werd i.v.m. het ondeugende karakter er van, is een typisch voorbeeld waarom zo'n marcherende groep soldaten in eens na het zingen in lachen uitbarstte: Papa Mati, Mati di Palöppo Mama poelang Poelangnja djoeal pöpo Vader stierf en stierf te Palöppo Moeder ging naar huis en vatte het oudste beroep weer op Tenslotte kan nog vermeld worden dat deze dichtvorm in Indonesië toen - en ook nu nog - "pantoen" genoemd wordt, hetgeen men zou kunnen ver talen met "puntdicht". Ten tijde dat Pohon-Linde de brief van de heer Rijke aan boord kreeg, deed er een vrouwelijke marconist uit Wales dienst en dit madammeke was nogal manziek, alhoewel haarsmaak in deze, twijfels opriep. Tijdens een barbeque party aan boord ergens midden op de Pacific, zat zij weer dermate te lonken, dat er toen spontaan zo'n pantoen bij mij naar boven borrelde en slechts de 1e stuurman Fred van Motman verstond de tekst en lachte begrijpend. Want zachtjes zong ik: Gojang sagé sagé sa gojang gojang padané ini Sparky soeka banjak boeng kallo tidoer minta banjak tjoem Er was nog één plaatsje vrij en daar ging oom Chris zitten, zich voorzichtig vasthoudend aan de handgreep omdat de bus ai op trok, maar ook om zijn buurman aan het raam niet tot enige last te zijn als hij zich zou neerzetten. Het was alsof hij een zucht van opluchting Het toen de operatie gelukt was. Zijn boekentas, die hij zo te zien 25 jaar geleden gekocht moest hebben, hield hij op schoot met zijn beide handen omklemd. Een korte rokershoest bracht zijn rechterhand naar zijn mond en zijn buurman dichter bij het raam. Twee haltes verder moest zijn buurman eruit en toen oom Chris dat merkte, wilde hij op staan om hem door te laten. Maar voordat hij daartoe de kans kreeg, de bus stond nog niet stil, werden zijn knieën opzij gemaaid door de man die zich langs hem heen had gewrongen. Maar ver kwam hij niet. Hij werd van achter in zijn jas gegrepen door de man wiens boekentas op het gangpad was gevallen. Oom Chris zei: "Meneer, als ik jonger was geweest was ik op gestaan en had u gebanting, als u weet wat dat betekent, in ieder geval had u dan nu veel pijn gehad. Maar ik ben ai oud en mag mij niet meer druk maken. Daarom iaat ik dadelijk los. Wees blij dat ik ai oud ben Zonder omkijken verliet de man snel de bus. Een halte verder verliet oom Chris het openbaar vervoer en wandelde naar huis, kort en snel ademend. Thuis gekomen ging hij met een verbeten trek aan tafel zitten, een hand was tot vuist gebald. Zijn ogen waren halfgesloten en keken door het raam maar zagen de door hem zo gehate neer vallende regendruppels niet. RALPH En alhoewel deze woorden zeer kuis gesteld waren, laat Pohon-Linde de vertaling aan ieders verbeelding over en zal slechts het woord 'sparky" nader verklaard worden. De marconist aan boord van koop vaardij schepen wordt vaak "sparks" genoemd, een bijnaam waarschijnlijk afkomstig uit de tijd van de (nu) ouderwetse vonkenzenders. Het En gelse woord voor vonk is immers "sparks". Dit woord "sparks" is ook de aanspreektitel geworden van de mar conist en marconisten die klein van postuur zijn, worden dan ook "sparky" genoemd. Vandaar! Kapitein LUCAS LINDEBOOM alias "Pohon-Linde" 19

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1988 | | pagina 19